Wet van 17 december 1998, houdende regels met betrekking tot de vervanging van verwijzingen in overeenkomsten, statuten en testamenten naar de Amsterdam Interbank Offered Rate en andere referentierentes, alsmede tot wijziging van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, in verband met de deelname van Nederland aan de Economische en Monetaire Unie (Wet vervanging referentierentes)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat De Nederlandsche Bank N.V. vanaf het tijdstip waarop Nederland de gemeenschappelijke munt zal aannemen de Amsterdam Interbank Offered Rate en de vaste voorschotrente niet langer zal vaststellen, en dat het met het oog op de rechtszekerheid en de continuïteit van overeenkomsten daarom wenselijk is een voorziening te treffen waardoor verwijzingen naar de Amsterdam Interbank Offered Rate, of een andere daarmee vergelijkbare referentierente (die niet langer wordt berekend en gepubliceerd) uit een staat die lid is van de Europese Unie en die deelneemt aan de derde fase van de Economische en Monetaire Unie, dan wel de vaste voorschotrente of het promessedisconto, in bestaande overeenkomsten, statuten en testamenten van rechtswege kunnen worden vervangen door verwijzingen naar een andere referentierente, alsmede dat het wenselijk is om de Wet toezicht effectenverkeer 1995 te wijzigen teneinde de bestaande onzekerheid omtrent de juridische status van bepaalde vormen van transacties in effecten weg te nemen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

Onze Minister van Financiën wijst referentierentes aan die in overeenkomsten, statuten en testamenten waarop het Nederlands recht van toepassing is en waarin de Amsterdam Interbank Offered Rate of een andere daarmee vergelijkbare referentierente uit een staat die lid is van de Europese Unie en die deelneemt aan de derde fase van de Economische en Monetaire Unie als referentierente is opgenomen, laatstgenoemde referentierentes van rechtswege vervangen vanaf het tijdstip waarop deze niet meer worden berekend en gepubliceerd, voor zover de desbetreffende overeenkomsten, statuten en testamenten hierin niet voorzien.

Artikel 2

  • 1. Onze Minister van Financiën wijst referentierentes aan die in overeenkomsten, statuten en testamenten waarop het Nederlands recht van toepassing is en waarin de vaste voorschotrente of het hierop gebaseerde promessedisconto als referentierente is opgenomen, laatstgenoemde referentierentes van rechtswege vervangen vanaf het tijdstip waarop de vaste voorschotrente niet meer wordt vastgesteld en gepubliceerd, voor zover de desbetreffende overeenkomsten, statuten en testamenten hierin niet voorzien.

  • 2. Een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid heeft een beperkte werkingsduur welke in elk geval niet op een later tijdstip eindigt dan op 31 december 2001.

Artikel 3

Vervanging van rechtswege van een overeengekomen referentierente als bedoeld in de artikelen 1 en 2 vormt geen grond voor gehele of gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst of wijziging van de gevolgen van de overeenkomst wegens onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 258 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 4

De aanwijzingen van Onze Minister van Financiën, bedoeld in de artikelen 1 en 2, worden bekend gemaakt in de Staatscourant en in een landelijk verspreid dagblad.

Artikel 5

In de Wet toezicht effectenverkeer 19951 wordt na artikel 2 een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2a

De omstandigheid dat de koper van effecten zich bij de koop heeft verbonden tot een latere overdracht van een gelijke hoeveelheid effecten van dezelfde soort aan de verkoper, brengt niet met zich dat die koop, in strijd met artikel 84, derde lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, ten doel heeft de effecten over te dragen tot zekerheid of de strekking mist de effecten na de overdracht in het vermogen van de koper te doen vallen, tenzij de effecten na de levering in handen van de verkoper blijven.

Artikel 6

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1999. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst wordt uitgegeven na 31 december 1998, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij, wat de artikelen 1 tot en met 3 betreft, terug tot en met 1 januari 1999. Artikel 2 vervalt met ingang van 1 januari 2002.

Artikel 7

Deze wet wordt aangehaald als: Wet vervanging referentierentes.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te 's-Gravenhage, 17 december 1998

Beatrix

De Minister van Financiën,

G. Zalm

Uitgegeven de tweeëntwintigste december 1998

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals


XNoot
1

Stb. 1995, 574, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 1 juli 1998, Stb. 483.

XHistnoot

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Kamerstukken II 1997/98, 1998/99, 26 124.

Handelingen II 1998/99, blz. 1299.

Kamerstukken I 1998/99, 26 124 (70, 70a).

Handelingen I 1998/99, zie vergadering d.d. 14/15 december 1998.

Naar boven