Besluit van 24 augustus 1998 tot wijziging van het Besluit kadastrale tarieven 1997

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 26 juni 1998, nr. MJZ98059731, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op de artikelen 104, derde lid, 108 en 109 van de Kadasterwet;

De Raad van State gehoord (advies van 6 augustus 1998, nr. W08.98.0296);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 21 augustus 1998, nr. MJZ 98081539, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit kadastrale tarieven 19971 wordt gewijzigd als volgt.

A

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3

  • 1. Voor de inschrijving van een stuk, inhoudende vestiging van het recht van hypotheek is verschuldigd:

    a. ingeval de hoofdsom f 100 000,– of minder bedraagt: f 90,–

    b. ingeval de hoofdsom meer dan f 100 000,– bedraagt: f 180,–

  • 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de inschrijving van een proces-verbaal van inbeslagneming, zij het dat:

    a. voor «de hoofdsom» wordt gelezen: het in het proces-verbaal genoemde bedrag, en

    b. ingeval geen bedrag in het proces-verbaal van inbeslagneming is vermeld, het tarief, vermeld in het eerste lid, onder b, geldt.

B

In artikel 5, vierde lid, wordt «alsmede van een stuk op een hernieuwde aanbieding als bedoeld in artikel 20, vierde lid, tweede volzin, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek.» vervangen door: van een stuk op een hernieuwde aanbieding als bedoeld in artikel 20, vierde lid, tweede volzin, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, alsmede van een stuk dat uitsluitend op verzoek van de Dienst ter inschrijving wordt aangeboden, ten einde de kadastrale registratie of de registratie voor schepen te verbeteren.

C

Artikel 7 komt te luiden:

Artikel 7

  • 1. Voor het verstrekken van gegevens uit de kadastrale registratie is verschuldigd:

    a. indien het een negatieve mededeling betreft: f 10,–;

    b. indien het gegevens inzake hypotheken en beslagen betreft: per object f 10,–, en,

    c. indien het gegevens betreft, anders dan bedoeld onder a en b: per object f 10,–.

  • 2. Voor het verstrekken van gegevens door middel van een permanente aansluiting op de geautomatiseerde kadastrale registratie, waaronder mede is begrepen een schriftelijke weergave van deze gegevens, is verschuldigd:

    a. indien het gegevens inzake hypotheken en beslagen betreft: per object f 5,–;

    b. indien het gegevens betreft, anders dan bedoeld onder a: per object f 5,–, en

    c. per abonnementsperiode van een maand, als vergoeding voor de vaste kosten f 10,–.

  • 3. Voor het verstrekken van kadastrale uittreksels die zijn aangemaakt door middel van de permanente aansluiting, bedoeld in het tweede lid, is per object verschuldigd f 4,–.

D

Artikel 11, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Voor het verstrekken van gegevens uit de openbare registers is per inschrijving verschuldigd f 10,–.

E

Artikel 12 komt te luiden:

Artikel 12

  • 1. Voor het verstrekken van gegevens uit de registratie voor schepen of voor luchtvaartuigen is per schip onderscheidenlijk luchtvaartuig verschuldigd:

    a. indien het een negatieve mededeling betreft: f 10,–;

    b. indien het gegevens inzake hypotheken en beslagen betreft: f 10,–, en

    c. indien het gegevens betreft, anders dan bedoeld onder a of b: f 10,–.

  • 2. Voor het verstrekken van gegevens door middel van een permanente aansluiting op de geautomatiseerde registratie voor schepen is verschuldigd:

    a. indien het gegevens inzake hypotheken en beslagen betreft: per schip f 5,– en

    b. indien het gegevens betreft, anders dan bedoeld onder a: per schip f 5,–.

F

Artikel 13, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. Voor het verrichten van standaardonderzoeken naar erfdienstbaarheden teruggaand tot maximaal het jaar 1929 is per onderzoek verschuldigd:

    a. indien het een beperkt onderzoek betreft: f 60,– en

    b. indien het een volledig onderzoek betreft: f 120,–.

G

Artikel 14 komt te luiden:

Artikel 14

  • 1. Voor het verlenen van inzage van de kadastrale kaart of een hulpkaart – desgewenst tevens inhoudende de verstrekking van een reproduktie op papier op formaat A3 of A4 – dan wel het verstrekken van een kadastrale kaart per electronische post, is per kaart verschuldigd f 10,–.

  • 2. Voor het verstrekken van een reproduktie van een netteplan is verschuldigd:

    a. op papier: f 25,– en

    b. op transparant, niet maatvast materiaal: f 50,–.

H

In artikel 15, eerste lid, wordt «ingeval van» vervangen door: in geval van.

I

In artikel 20, eerste lid, onder a, wordt «aanvraag» vervangen door: verzoek.

J

Artikel 27 komt te luiden:

Artikel 27

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit kadastrale tarieven 1998.

ARTIKEL II

De tekst van het Besluit kadastrale tarieven 1998 wordt in het Staatsblad geplaatst.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 1998.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 24 augustus 1998

Beatrix

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. W. Remkes

Uitgegeven de derde september 1998

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

Dit besluit heeft betrekking op de kadastrale tarieven en is gebaseerd op de artikelen 104, derde lid, 108 en 109 van de Kadasterwet. Het beoogt een wijziging van het Besluit kadastrale tarieven 1997 dat op 1 september 1997 in werking is getreden. Bij dat besluit werden de tarieven verlaagd met gemiddeld 10%. Overeenkomstig artikel 108, tweede lid, van de Kadasterwet worden de onderhavige tarieven tot geen hoger bedrag vastgesteld dan wordt vereist tot dekking van de ten laste van de Dienst voor het kadaster en de openbare registers komende kosten van het verrichten van de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid van genoemd artikel.

Op grond van het onderhavige besluit treedt opnieuw een verlaging van tarieven op. Om deze reden is van het maken van een overgangsbepaling afgezien.

2. Achtergrond van de verlaging van de tarieven

Op basis van de resultaten 1997, inzichten in de planning 1998 en de meerjarenbegroting, opgenomen in het meerjarenbeleidsplan zijn, gelet op de uitgangspunten met betrekking tot het eigen vermogen, zoals vermeld in de Organisatiewet Kadaster, de tarieven met gemiddeld 25% verlaagd. Dit is exclusief inflatiecorrectie. Volgens de huidige inzichten leidt dit uiteindelijk aan het eind van de planperiode in 2002 tot een klein maar aanvaardbaar tekort op het normvermogen.

De tarieven zijn niet alle met hetzelfde percentage verlaagd. Mede op grond van inzichten in de kostendekkendheid van de produkten is een gedifferentieerde tariefsaanpassing doorgevoerd. Deze differentiatie houdt het volgende in:

a. de tarieven voor de inschrijving van hypotheken zijn verlaagd met gemiddeld 37%, waarbij een structuurwijziging is doorgevoerd voor hypotheken met een hoofdsom van meer dan f 100 000,–. Met het vorenstaande worden de tarieven meer in overeenstemming gebracht met de kosten;

b. de tarieven voor inzage in de kadastrale registratie, de registratie voor schepen en voor luchtvaartuigen zijn verlaagd, evenals daaruit te verstrekken uittreksels, zoals in de artikelsgewijze toelichting is uiteen gezet;

c. de overige tarieven zijn niet verlaagd.

3. Gebruikersraad

Omtrent het onderhavige besluit is de Gebruikersraad, bedoeld in artikel 16 van de Organisatiewet Kadaster gehoord. De Gebruikersraad heeft positief over het voorstel voor het onderhavige besluit geadviseerd.

II. Artikelsgewijs

Onderdeel A

In artikel 3 zijn de tarieven voor de inschrijving van hypotheken en beslagen vastgelegd. Het aantal categorieën van hypotheken is teruggebracht van drie naar twee, namelijk een categorie met een hoofdsom tot en met honderdduizend gulden en een categorie boven dit bedrag. Het voorheen bestaande tweede lid is vervallen, aangezien daaraan geen behoefte meer bestaat. Bedoeld lid werd ingevoerd in de tijd dat de hoogte van de tarieven voor de inschrijving van hypotheken een splitsing van de hoofdsom wettigde als de hypotheek op meer dan één kantoor van het Kadaster werd ingeschreven.

Onderdeel B

Het vierde lid van artikel 5, waarin de kosteloze inschrijving van bepaalde stukken is geregeld, is uitgebreid met stukken om welker inschrijving door het Kadaster is verzocht met het oog op een correcte kadastrale registratie of registratie voor schepen. Daarbij kan worden gedacht aan een stuk dat de doorhaling regelt van lang tevoren ingeschreven dagvaardingen. Zoals is opgemerkt in de memorie van toelichting bij artikel 40 van de Kadasterwet, is de bewaarder behulpzaam bij het doorhalen van dergelijke waardeloze inschrijvingen. De onderhavige bepaling slaat ook op andere stukken die op verzoek van het Kadaster worden ingeschreven met het uitsluitende doel om tot een juiste kadastrale registratie of registratie voor schepen te komen, bijv. een verklaring dat een gevestigd opstalrecht, dat destijds werd gevestigd, op een gedeelte van een perceel, niet bestaat ten aanzien van het in een latere akte overgedragen deel van hetzelfde kadastrale perceel, of een verklaring inhoudende wijziging van de beschrijving van een schip. De onderhavige bepaling ziet in geen geval op de inschrijving van akten van rectificatie ter verbetering van fouten in bijvoorbeeld de kadastrale omschrijving van het perceel in de akte of verbetering van andere fouten die niet aan het Kadaster zijn te wijten.

Onderdelen C, D en E

Behoudens de maandelijkse kosten van een permanente aansluiting op de geautomatiseerde kadastrale registratie, zijn de overige tarieven, neergelegd in de artikelen 7, 11 en 12, verlaagd ten einde de toegankelijkheid van de informatie te optimaliseren, voor zover de kosten dat toelaten.

Onderdeel F

Dit onderdeel voorziet in een uitbreiding van artikel 13, tweede lid, met een tarief voor een volledig standaardonderzoek naar erfdienstbaarheden. Tot op heden was alleen een beperkt standaardonderzoek getarifeerd. Het verschil tussen beide onderzoeken is dat bij het beperkte onderzoek niet alle ingeschreven akten worden onderzocht (bijv. niet de akten van levering, maar wel de akten waarbij uitsluitend een erfdienstbaarheid is gevestigd), terwijl bij het volledige onderzoek alle akten worden onderzocht. Voor beide onderzoeken geldt dat niet verder wordt teruggezocht dan het jaar 1929.

Onderdeel G

Dit onderdeel voorziet in verlaging van de tarieven voor inzage in de kadastrale kaart en verstrekking van een reproductie op formaat A3 of A4, neergelegd in artikel 14, tot tien gulden. Als gevolg daarvan zijn het eerste en het tweede lid samengevoegd tot het nieuwe eerste lid.

Het tweede lid voorziet in de regeling van het voorheen geldende derde lid, zij het dat deze is gewijzigd in die zin dat thans tarieven zijn gesteld voor reprodukties van het netteplan. Dat is een kaart die dient ter raadpleging door het publiek aan de balie. De reproducties worden op A0-formaat geleverd.

Het voorheen geldende vierde lid is vervallen in verband met het feit dat geen analoge kaarten meer bestaan. De kadastrale kaart is thans volledig digitaal.

Onderdelen H en I

De onderhavige wijzigingen van de artikelen 15 en 20 betreffen redactionele verbeteringen.

Onderdeel J

Dit onderdeel voorziet in aanpassing van de citeertitel van het Besluit kadastrale tarieven 1997. Deze aanpassing hangt samen met de in artikel II voorziene tekstplaatsing van het alsdan geheten Besluit kadastrale tarieven 1998.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. W. Remkes


XNoot
1

Stb. 1997, 367.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven