Besluit van 7 augustus 1998, houdende wijziging
van het Tariefbesluit Pachtwet 1995
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
van 16 juni 1998, No. J. 985487, Directie Juridische Zaken;
Gelet op artikel 113 van de Pachtwet;
De Raad van State gehoord (advies van 17 juli 1998, No. WII.98.0266,);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij van 31 juli 1998, No. J. 987134, Directie Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Artikel 1 van het Tariefbesluit Pachtwet 19951 wordt
als volgt gewijzigd:
De aanduiding «3%» wordt vervangen door: 5%.
Het bedrag «f. 25,–» wordt vervangen door: f 100,–.
Het bedrag «f. 750,–» wordt vervangen door: f 900,–.
ARTIKEL II
Voor verzoeken als bedoeld in artikel 1 van het Tariefbesluit Pachtwet
1995, die zijn ingediend vóór de datum van inwerkingtreding
van dit besluit, wordt het recht geheven dat gold ten tijde van de indiening
van het verzoek.
ARTIKEL III
Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van de tweede
kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt
geplaatst.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota
van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnoot's-Gravenhage, 7 augustus 1998
Beatrix
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
H. H. Apotheker
Uitgegeven de vijfentwintigste augustus 1998
De Minister van Justitie,
A. H. Korthals
NOTA VAN TOELICHTING
De grondkamers behandelen diverse verzoeken op grond van de Pachtwet.
Het gaat daarbij onder meer om de goedkeuring van (ontwerp)pachtovereenkomsten,
van overeenkomsten tot beëindiging van pachtovereenkomsten, en om de
behandeling van verzoeken tot herziening van de pachtprijs. De Centrale Grondkamer
behandelt de beroepen die worden ingesteld tegen beschikkingen van de grondkamers.
De tarieven die de grondkamers en de Centrale Grondkamer in rekening mogen
brengen voor de behandeling van deze verzoeken en beroepen, zijn laatstelijk
herzien bij het Tariefbesluit Pachtwet 1995.
In de nota van toelichting bij dat besluit werd onder meer aangegeven
dat door de nieuwe tarieven nog niet geheel kostendekkend gewerkt zou kunnen
worden. Ook werd aangekondigd dat over vijf jaren, als de nieuwe werkwijze
van de grondkamers een feit zou zijn, opnieuw zou worden bezien of de tarieven
aangepast dienen te worden teneinde kostendekkend te kunnen werken.
Blijkens de nota van toelichting bij het Tariefbesluit Pachtwet 1995 is
bij de vaststelling van dat besluit rekening gehouden met de kostenbesparende
werkwijze van de te reorganiseren grondkamers en secretariaten van de grondkamers.
Een analyse van de kostendekkendheid voor de periode 1998–2001 laat
zien dat de reorganisatie en de automatisering van de grondkamers wel leiden
tot een lagere kostprijs per product, waardoor de mate van kostendekkendheid
stijgt, maar dat deze stijging niet zodanig is dat hierdoor volledige kostendekkendheid
bereikt zal worden.
Daarnaast is van belang dat met name het aantal verzoeken als bedoeld
in de artikelen 5 en 19 van de Pachtwet is toegenomen, terwijl voor verreweg
de meeste van deze verzoeken een tarief wordt betaald dat ver onder de werkelijke
kostprijs ligt. De tarieven voor de meest voorkomende zaken, genoemd in artikel
1 van het Tariefbesluit Pachtwet 1995, zijn gerelateerd aan de hoogte van
de vast te stellen pachtprijs. Ongeveer 70% van de pachtovereenkomsten bevat
dermate lage pachtprijzen dat de behandeling van verzoeken minder dan f 50,–
per overeenkomst oplevert. In totaal 80% van de pachtovereenkomsten levert
minder dan f 100,– op. De kosten voor de behandeling van dergelijke
verzoeken variëren momenteel van circa f 125,– tot f 275,–.
Met de huidige tarieven wordt de gemiddelde kostprijs – die momenteel
circa f 140,– bedraagt – niet gedekt.
Om te voorkomen dat de hierdoor ontstane budgettaire problemen verergeren,
wordt thans een verhoging van de tarieven noodzakelijk geacht.
Besloten is de tarieven uit artikel 1 van het Tariefbesluit Pachtwet 1995,
betreffende de goedkeuring van pachtovereenkomsten en van ontwerp-pachtovereenkomsten,
te verhogen. Daarbij is het percentage van de pachtprijs verhoogd van 3% naar
5%, het minimumtarief is verhoogd van f 25,– naar f 100,–
en het maximumtarief is verhoogd van f 750,– naar f 900,–.
De nieuwe tarieven zullen naar verwachting leiden tot volledige kostendekkendheid.
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
J. J. van Aartsen
XHistnoot
Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging
bij het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden
opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 8 september 1998, nr.
170.