Wet van 14 mei 1998 tot wijziging van de Luchtvaartwet, houdende aanpassing van de geluidsheffing

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, teneinde de kosten van het tweede saneringsprogramma rondom luchtvaartterrein Schiphol te compenseren, het noodzakelijk is het tarief van de heffing per rekeneenheid geluidsproduktie in de Luchtvaartwet te verhogen voor dat luchtvaartterrein;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Luchtvaartwet1 wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 77 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1. In het eerste lid wordt «artikel 26» vervangen door: artikel 26d.

2. Na het achtste lid wordt onder vernummering van het negende lid in het tiende lid ingevoegd:

  • 9. Voor luchtvaartterrein Schiphol wordt het tarief van de heffing per rekeneenheid geluidsproduktie, bedoeld in het achtste lid, met f 155,– verhoogd.

B

In artikel 77b, tweede lid, wordt «ingevoerd» vervangen door: ingevorderd.

ARTIKEL II

Het Heffingenbesluit Geluidhinder Burgerluchtvaartuigen wordt ingetrokken.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van de eerste kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, met uitzondering van artikel I, onderdeel A, onder 1, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en dat terugwerkt tot en met 17 augustus 1994.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te 's-Gravenhage, 14 mei 1998

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink

Uitgegeven de drieëntwintigste juni 1998

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager


XNoot
1

Stb. 1996, 26, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 14 mei 1998, Stb. 317.

XHistnoot

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Kamerstukken II 1997/98, 25 743.

Handelingen II 1997/98, blz. 5592.

Kamerstukken I 1997/98, 25 743 (320).

Handelingen I 1997/98, blz. 1533.

Naar boven