Besluit van 20 april 1998, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Nieuwe bepalingen inzake De Nederlandsche Bank N.V. in verband met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Bankwet 1998)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op voordracht van Onze Minister van Financiën van 17 april 1998, WJB98/486M;

Gelet op artikel 34 van de Nieuwe bepalingen inzake De Nederlandsche Bank N.V. in verband met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Bankwet 1998);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Nieuwe bepalingen inzake De Nederlandsche Bank N.V. in verband met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Bankwet 1998), treden in werking met ingang van de dag waarop de Europese Centrale Bank en het Europees Stelsel van Centrale Banken overeenkomstig artikel 109 L, eerste lid, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap worden opgericht.

Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 20 april 1998

Beatrix

De Minister van Financiën,

G. Zalm

Uitgegeven de achtentwintigste april 1998

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

NOTA VAN TOELICHTING

Met dit koninklijk besluit wordt de inwerkingtreding van de Bankwet 1998 conform artikel 34 van deze wet geregeld. Omdat er geen noodzaak aanwezig is artikelen of onderdelen daarvan buiten werking te laten, treedt de Bankwet 1998 in zijn geheel in werking.

Door de gekozen redactie valt de inwerkingtreding van de Bankwet samen met de dag waarop de Europese Centrale Bank (ECB) en het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) zullen worden opgericht. Een eerdere inwerkingtreding ligt niet in de rede gezien de achtergrond van het vernieuwen van de Bankwet, namelijk het functioneren van De Nederlandsche Bank N.V. als integrerend onderdeel van het ESCB. Een latere inwerkingtreding zou in strijd zijn met artikel 108 EG-Verdrag hetwelk vereist dat de nationale centrale bankwetgeving uiterlijk op de datum van oprichting van het ESCB verenigbaar is met het EG-Verdrag en de ESCB-statuten. Door de inwerkingtreding van de Bankwet 1998 samen te laten vallen met de oprichtingsdatum van de ECB en het ESCB is aan dit vereiste voldaan. Deze oprichtingsdatum wordt bekendgemaakt in het Staatsblad.

De Minister van Financiën,

G. Zalm

Naar boven