Besluit van 15 december 1997, houdende de overgang
van de beheersverantwoordelijkheid over het Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse
en Arubaanse Zaken van Onze Minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse
Zaken naar Onze Minister van Binnenlandse Zaken, alsmede de overgang van het
Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken naar het ministerie
van Binnenlandse Zaken
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
van 11 december 1997 nr. 97M009780;
Gelet op artikel 44, eerste lid, van de Grondwet;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
Het Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken, thans behorende
tot de beheersverantwoordelijkheid van Onze Minister voor Nederlands-Antilliaanse
en Arubaanse Zaken komt met ingang van 1 januari 1998 onder de beheersverantwoordelijkheid
van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en gaat daarmee over naar het ministerie
van Binnenlandse Zaken.
Artikel 2
1. Onze Minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken is belast
met de beleidsmatige aspecten van de coördinatie van aangelegenheden
de Nederlandse Antillen en Aruba betreffende en met de beleidsmatige aspecten
van de zorg voor de aan de Nederlandse Antillen en aan Aruba te verlenen hulp
en bijstand.
2. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de beheersmatige aspecten
van de coördinatie van aangelegenheden de Nederlandse Antillen en Aruba
betreffende en met de beheersmatige aspecten van de zorg voor de aan de Nederlandse
Antillen en aan Aruba te verlenen hulp en bijstand.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1998. Indien het
Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december
1997, treedt het in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1
januari 1998.
Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken is belast met
de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting
in het Staatsblad zal worden geplaatst.
's-Gravenhage, 15 december 1997
Beatrix
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
W. Kok
Uitgegeven de dertigste december 1997
De Minister van Justitie,
W. Sorgdrager
NOTA VAN TOELICHTING
De ministerraad heeft – op voorstel van de minister voor Nederlands-Antilliaanse
en Arubaanse Zaken en van de minister van Binnenlandse Zaken – besloten
om het Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken (hierna KabNA)
te integreren in het ministerie van Binnenlandse Zaken. De rijksministerraad
is over dit voorstel geconsulteerd op 26 september 1997 en kon zich hiermee
verenigen. Besloten is dat KabNA op 1 januari 1998 bij het ministerie van
Binnenlandse Zaken administratief wordt ondergebracht. Dit is tot uitdrukking
gebracht in artikel 1. Daarmee gaat de beheersverantwoordelijkheid
voor het takenveld van KabNA over op de minister van Binnenlandse Zaken, hetgeen
in artikel 1 is geregeld.
De minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken blijft verantwoordelijk
voor de beleidsmatige coördinatie van de samenwerking van Nederland met
de Nederlandse Antillen en Aruba. Dit is vastgelegd in artikel 2, eerste
lid. Daarmee blijft deze minister tot de afronding van de kabinetsformatie
1998 ten aanzien van het beleid en de beleidsaspecten van de begrotingsverantwoordelijkheid
voor hoofdstuk IV van de rijksbegroting volledig verantwoordelijk. Bij de
vorming van het nieuwe kabinet is het voornemen, zoals uiteengezet in de brief
van de Minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken d.d. 26 september
1997, kenmerk 972478, aan de voorzitter van de Tweede Kamer, dat de alsdan
optredende minister van Binnenlandse Zaken de ministeriële verantwoordelijkheid
voor de portefeuille Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken op zich neemt.
Met het oog op die overgang wordt de minister van Binnenlandse Zaken tot
die tijd geconsulteerd over en betrokken bij belangrijke beleidswijzigingen
waar deze relevant zijn voor de toekomst.
De beheersverantwoordelijkheid van de minister van Binnenlandse Zaken
is in het tweede lid van artikel 2 vastgelegd.
Aangezien het van het grootste belang is dat de organisatorische overgang
op 1 januari 1998 plaatsvindt, voorziet artikel 3 in terugwerkende
kracht indien de datum van inwerkingtreding van het besluit later dan 1 januari
1998 valt.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
W. Kok