Besluit van 24 november 1997 tot wijziging van het
Besluit van 22 december 1972, houdende vaststelling van een algemene maatregel
van bestuur als bedoeld in artikel 52 van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 8 oktober
1997, Directie Sociale Verzekeringen, Nr. SV/WV/97/3843;
Gelet op artikel 52 van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering;
De Raad van State gehoord (advies van 20 oktober 1997, No. W12.97.0652);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid van 17 november 1997, Directie Sociale Verzekeringen, Nr.
SV/WV/97/4364;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het besluit van 22 december 19721, houdende vaststelling
van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 52 van de Wet
op de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 8 wordt vervangen door:
Artikel 8
1. De bij de toepassing van de artikelen 1 tot en met 7 noodzakelijke omrekening
van de in een buitenlandse munteenheid uitgedrukte uitkering op grond van
de sociale wetgeving van een andere Mogendheid in de Nederlandse munteenheid
geschiedt voorzover het inkomen is uitgedrukt in de munteenheid van een lid-staat
van de Europese Unie, volgens de op basis van artikel 107 van verordening
(EEG) nr. 574/72 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 maart 1972
(Pb EG L74) tot vaststelling van de wijze van toepassing van verordening (EEG)
nr. 1408/71 vastgestelde kwartaalkoersen, en voorzover de uitkering niet is uitgedrukt in de munteenheid van een lid-staat, met behulp van de
door De Nederlandsche Bank NV geadviseerde wisselkoersen.
2. Een wijziging in de in het eerste lid bedoelde koers beïnvloedt het
op grond van de artikelen 1 tot en met 7 en artikel 9 tot uitbetaling komende
bedrag niet, met dien verstande dat:
a. bij herziening van het bedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering,
anders dan op grond van artikel 15 van de Wet op de arbeids-ongeschiktheidsverzekering
of bij wijziging van het tot uitbetaling komende bedrag als gevolg van de
toepassing van de artikelen 1 tot en met 7, een omrekening plaatsvindt; en
b. tenminste een keer per jaar een omrekening plaatsvindt.
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota
van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnoot's-Gravenhage, 24 november 1997
Beatrix
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
F. H. G. de Grave
Uitgegeven de vierde december 1997
De Minister van Justitie,
W. Sorgdrager
NOTA VAN TOELICHTING
Het besluit van 22 december 1972, houdende vaststelling van een algemene
maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 52 van de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering
heeft tot doel het voorkomen of beperken van samenloop van een uitkering op
grond van deze wet met een uitkering op grond van de sociale wetgeving van
een andere Mogendheid.
In artikel 8 wordt aangegeven welke wisselkoers bij de omrekening van
de buitenlandse uitkering in de Nederlandse munteenheid moet worden gehanteerd.
Verordening (EEG) nr. 574/72 geeft in artikel 107 voorschriften voor een omrekening
van buitenlandse valuta. Artikel I beoogt hierbij aan te sluiten. Voorzover
de uitkering niet is uitgedrukt in de munteenheid van een lid-staat van de
Europese Unie geschiedt de omrekening op basis van de door De Nederlandsche
Bank NV geadviseerde wisselkoersen.
Bij herziening van de arbeidsongeschiktheidsuitkering of bij wijziging
van het tot uitbetaling komende bedrag als gevolg van de toepassing van de
artikelen 1 tot en met 7 moet een omrekening plaatsvinden. Dit geldt niet
voor een herziening van de arbeidsongeschiktheidsuitkering die voortvloeit
uit een herziening van het bedrag genoemd in artikel 8, eerste lid, onder
c, van de Wet Minimumloon en minimum vakantiebijslag.
Om uitvoeringstechnische redenen is bepaald dat bij gelijkblijvende uitkering
op grond van de sociale wetgeving van een andere Mogendheid de uitkering tenminste
één keer per jaar herberekend wordt op grond van koersverschillen.
In bijzondere gevallen kan het Landelijk instituut sociale verzekeringen dit
ook vaker doen. Een bijzonder geval kan zich voordoen wanneer bij een gelijkblijvende
uitkering de wisselkoers tussentijds sterk wijzigt. Zonder de mogelijkheid
tot tussentijdse aanpassing bij een sterk wijzigende wisselkoers zou betrokkene
bijna een jaar moeten wachten op herberekening van de uitkering op grond van
dit koersverschil. Dit zou onder omstandigheden bezwaarlijk kunnen zijn.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
F. H. G. de Grave
XHistnoot
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond
van artikel 25a, vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, omdat
het zonder meer instemmend luidt.