Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Verkeer en Waterstaat | Staatsblad 1997, 568 | AMvB |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Verkeer en Waterstaat | Staatsblad 1997, 568 | AMvB |
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 16 juni 1997, nr. HDTP/97/1043/JH, Hoofddirectie Telecommunicatie en Post;
Gelet op de artikelen 13a, eerste lid, 13b, 13g, 13h, 13k, en 41 van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen;
De Raad van State gehoord (advies van 8 juli 1997, nr. WO9.97.0342);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 20 november 1997, nr. HDTP/97/2501/NG, Hoofddirectie Telecommunicatie en Post;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Het Besluit vergunningen mobiele telecommunicatie1 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel d wordt de zinsnede «een GSM-dienst onderscheidenlijk een ERMES-dienst» vervangen door: een GSM-dienst, een ERMES-dienst of een DCS 1800-dienst.
2. Onderdeel e komt te luiden:
e. GSM: het systeem voor openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land, zoals omschreven in de bijlage bij aanbeveling nr. 87/371/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 juni 1987, inzake de gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap (PbEG L 196) en zoals omschreven in de ERC Decision nr. ERC/DEC/(97)02 van 21 maart 1997;
3. Onder verlettering van onderdeel g tot onderdeel h, wordt een onderdeel g ingevoegd, luidende:
g. DCS 1800: het systeem voor openbare digitale cellulaire mobiele telecommunicatie te land, zoals gestandaardiseerd door het Europese Telecommunicatie Standaardisatie Instituut (ETSI);
Aan artikel 3 worden, onder vervanging van de punt aan het eind van het artikel door een puntkomma, de onderdelen c en d toegevoegd, luidende:
c. voor DCS 1800, 16;
d. voor DCS 1800 gecombineerd met GSM, twee.
Na artikel 3 worden ingevoegd artikel 3a en artikel 3b, luidende:
Onze Minister bepaalt welke radio-frequenties voor de uitvoering van de vergunningen voor DCS 1800 en voor DCS 1800 gecombineerd met GSM, beschikbaar zijn.
1. De veiling van het gebruiksrecht op radio-frequenties voor DCS 1800, en voor DCS 1800 gecombineerd met GSM vindt plaats over meer ronden, waarbij alle beschikbare radio-frequenties simultaan worden aangeboden. De deelnemers aan de veiling brengen hun biedingen schriftelijk in.
2. Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld omtrent de wijze waarop de in het eerste lid bedoelde veiling plaatsvindt, alsmede regels omtrent de wijze van betaling van het verschuldigde bedrag.
Artikel 6, eerste lid, komt te luiden:
1. Een aanvraag wordt slechts in behandeling genomen indien de aanvraag voldoet aan de regels, gesteld bij de ministeriële regeling, bedoeld in artikel 4.
Aan artikel 9 worden twee nieuwe leden toegevoegd, luidende:
3. Een vergunning voor DCS 1800 wordt verleend voor een periode van 15 jaren.
4. Een vergunning voor DCS 1800 gecombineerd met GSM wordt verleend voor een periode van 15 jaren.
In artikel 11, eerste lid, wordt de zinsnede «voor GSM onderscheidenlijk voor ERMES» vervangen door: voor GSM, ERMES, DCS 1800 en DCS 1800 gecombineerd met GSM.
Artikel 12 komt te luiden:
Degene aan wie een vergunning zal worden verleend op de wijze van artikel 13h of op de wijze van artikel 13ha van de wet, kan een bij ministeriële regeling vast te stellen bedrag verschuldigd zijn, onderscheidenlijk is een bij ministeriële regeling vast te stellen bedrag verschuldigd, in verband met de kosten van de bemoeiingen met betrekking tot de vergunningverlening.
Artikel 13, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel a komt te luiden:
a. wat betreft GSM en ERMES, ten minste van de door hem in de aanvraag opgegeven capaciteit is, en, wat betreft GSM, van voldoende capaciteit is om het verkeer van, naar en tussen zijn gebruikers af te wikkelen, en, wat betreft ERMES, het verkeer naar zijn gebruikers af te wikkelen,
2. Onderdeel b komt te luiden:
b. beantwoordt aan de door internationale organisaties vastgestelde normen, standaarden en specificaties, onder meer wat betreft de voor GSM, ERMES en DCS 1800 gestelde kwaliteitseisen, zoals deze onder andere zijn vastgesteld door het Europese Telecommunicatie Standaardisatie Instituut of door de Internationale Telecommunicatie Unie en, wat GSM en ERMES betreft, ten minste van de door hem in de aanvraag opgegeven kwaliteit is,
3. In onderdeel d wordt «tenminste» vervangen door: ten minste.
In artikel 14 wordt de zinsnede «GSM-diensten onderscheidenlijk ERMES-diensten» vervangen door: GSM-diensten, ERMES-diensten of DCS 1800-diensten.
Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «tenminste» vervangen door: ten minste.
2. In het eerste lid, onderdeel b, wordt de zinsnede «voor GSM onderscheidenlijk voor ERMES gestelde kwaliteitseisen» vervangen door: voor GSM, ERMES en DCS 1800 gestelde kwaliteitseisen.
3. Het tweede lid komt te luiden:
2. De houder van een vergunning voor GSM, voor DCS 1800 en voor DCS 1800 gecombineerd met GSM is tevens verplicht er voor te zorgen dat zijn gebruikers door het kiezen van een alarmnummer kunnen communiceren met een nooddienst die werkzaam is in de regio waarin de gebruiker zich bevindt op het tijdstip waarop hij het alarmnummer kiest.
4. Aan artikel 15 wordt een derde lid toegevoegd, luidende:
3. De houder van een vergunning voor GSM en de houder van een vergunning voor DCS 1800 gecombineerd met GSM zijn tevens verplicht:
a. te garanderen dat aan eenieder via één informatienummer inlichtingen worden verstrekt over het nummer van zijn gebruikers, tenzij het een geheim nummer betreft, en
b. te garanderen dat zijn gebruikers toegang hebben tot de nummerinformatiediensten van de telecommunicatie-infrastructuren waarmee zijn telecommunicatie-infrastructuur gekoppeld is en te garanderen dat diegenen die gebruik maken van de gekoppelde telecommunicatie-infrastructuren toegang hebben tot zijn nummerinformatiedienst.
In artikel 18 wordt na «een vergunning» ingevoegd: voor GSM, voor ERMES, en voor DCS 1800 gecombineerd met GSM.
Het Besluit aanwijzing DCS 1800 wordt ingetrokken.
1. Onze Minister maakt in de Staatscourant bekend wanneer de procedure voor het aanvragen van een vergunning zal beginnen.
2. Onze Minister stelt een aanvraagdocument op, waarin een overzicht wordt gegeven van de gestelde regels omtrent de indiening en behandeling van de aanvragen om een vergunning en van de gestelde regels omtrent de inhoud van de aanvragen en de daarbij over te leggen gegevens. In het aanvraagdocument wordt voorts informatie gegeven over de aanvraagprocedure.
3. Vanaf de inwerkingtreding van dit besluit tot aan een door Onze Minister te bepalen moment waarop de aanvragen moeten zijn ontvangen, kan een ieder aan Onze Minister een verzoek doen om toezending van het aanvraagdocument. Het aanvraagdocument wordt uitsluitend verzonden aan degene die daarvoor een bedrag van f 500,– heeft betaald als tegemoetkoming in de kosten van de vervaardiging.
4. Onze Minister beslist op een aanvraag om een vergunning binnen zesentwintig weken na aanvang van de procedure voor het aanvragen van een vergunning.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnootDe Minister van Verkeer en Waterstaat,
A. Jorritsma-Lebbink
Uitgegeven de zevenentwintigste november 1997
De Minister van Justitie,
W. Sorgdrager
Het onderhavige besluit voorziet in wijziging van het Besluit vergunningen mobiele telecommunicatie, in verband met de invoering van DCS 1800, een systeem voor openbare digitale cellulaire mobiele telecommunicatie te land.
Op 1 september 1994 is de Wet van 16 juni 1994, tot wijziging van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen (Wtv), het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de doorbreking van het exclusieve recht van de concessiehouder in hoofdzaak door middel van de invoering van een gelimiteerd vergunningenstelsel voor specifieke vormen van openbare mobiele telecommunicatie, in werking getreden. Daarmee werd voor openbare mobiele telecommunicatie een liberaler regime in de Wtv ingevoerd.
Daarbij werd voor aangewezen innovatieve systemen van openbare mobiele telecommunicatie, in een nieuw hoofdstuk IIA van de Wtv, een apart regime ingevoerd. Het betreft diensten waarbij gebruik wordt gemaakt van nieuwe technologieën, namelijk GSM, ERMES en DCS 1800. De systemen GSM en ERMES zijn reeds eerder in Nederland ingevoerd. Zowel voor GSM als voor ERMES zijn twee vergunningen verleend.
Dit besluit voorziet voorts in de uitvoering van een aantal artikelen van de Wtv. De Wtv is gewijzigd door de Wet tot wijziging van de Wtv in verband met de invoering van het veilen van schaarse radio-frequenties voor systemen van digitale mobiele telecommunicatie en door de Wet tot wijziging van genoemde wet. Voor een meer uitgebreide toelichting op de gevolgen van deze wetswijzigingen zij kortheidshalve verwezen naar de memories van toelichting bij de betreffende wetsvoorstellen. (kamerstukken II 1996/97, 25 171, nr. 3, en kamerstukken II 1997/98, 25 722, nr. 3).
Tenslotte is, onder verwijzing naar richtlijn nr. 83/189/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 28 maart 1983 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften (PbEG L 109), nog vermeld dat artikel 13 van het Besluit vergunningen mobiele telecommunicatie, zoals dat komt te luiden na inwerkingtreding van het onderhavige ontwerp-besluit, aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen is genotificeerd. Het betreffende artikel is eveneens gemeld via het secretariaat van de Wereldhandelsorganisatie ter voldoening van artikel 2, negende lid, van het op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen verdrag inzake technische handelsbelemmeringen (Trb. 1994, 235). Hiervan is mededeling gedaan in de Staatscourant.
De notificatieprocedure is inmiddels afgerond. Er zijn geen reacties van de Europese Commissie, de lidstaten, de Wereldhandelsorganisatie of de staten partij bij genoemd verdrag ontvangen.
Toegevoegd is het onderdeel g, houdende de definitie van DCS 1800.
Om tot daadwerkelijke vergunningverlening voor DCS 1800 te kunnen overgaan, is de aanwijzing als technisch systeem, bedoeld in artikel 13a, eerste lid, van de Wtv, overgeheveld van het Besluit aanwijzing DCS 1800 naar artikel 2 van het Besluit vergunningen mobiele telecommunicatie. Daarmee is het Besluit aanwijzing DCS 1800 in feite overbodig geworden. In artikel II van het onderhavige besluit is dan ook voorzien in de intrekking van het Besluit aanwijzing DCS 1800.
Voor DCS 1800 gecombineerd met GSM zijn twee landelijke vergunningen beschikbaar. Voor beide vergunningen zijn 15 Mhz DCS 1800-frequenties en 5 Mhz GSM-frequenties beschikbaar. Aan deze vergunningen wordt de verplichting gekoppeld dat een landelijk dekkend net wordt opgebouwd. De radio-frequenties die beschikbaar zijn voor DCS 1800, zijn verdeeld over meerdere pakketten van ongeveer 2,5 Mhz. Voor DCS 1800 zijn 16 vergunningen beschikbaar. Aan deze vergunningen wordt geen landelijke dekkingsplicht gekoppeld.
Dit artikel strekt tot uitvoering van artikel 13b, laatste volzin, van de Wtv, zoals gewijzigd door de eerdergenoemde wetten. Krachtens deze bepaling wordt voor elke te verlenen vergunning bepaald welke radio-frequenties voor de uitvoering van die vergunning ter beschikking zijn. Deze bepaling komt in de plaats van artikel 13e van de Wtv, zoals deze luidde voor de voornoemde wijziging, en houdt verband met het feit dat er thans op twee verschillende wijzen radio-frequenties kunnen worden verworven, namelijk al dan niet via een veiling. Indien het gebruiksrecht op radio-frequenties op een veiling wordt verkregen, zal de aanvrager die het hoogste bod uitbrengt het gebruiksrecht op de ter beschikking zijnde radio-frequenties verkrijgen. In dat geval is een beschikking houdende frequentietoewijzing, tegelijkertijd met de verlening van de vergunning, overbodig.
Deze bepaling van de voor de vergunning beschikbare radio-frequenties moet, voor alle duidelijkheid, niet verward worden met het vaststellen door de minister van de radio-frequenties die voor het technisch systeem DCS 1800 in zijn algemeenheid zijn bestemd. Het vaststellen van deze radio-frequenties zal plaatsvinden op grond van artikel 13a, eerste lid, van de Wtv, zoals dit artikel na voornoemde wijziging zal luiden.
Het eerste lid van het nieuwe artikel 3b strekt tot uitvoering van artikel 13h, tweede en achtste lid, van de Wtv, zoals gewijzigd door de wetten tot wijziging van de Wtv in verband met de invoering van het veilen van schaarse radio-frequenties voor systemen van digitale mobiele telecommunicatie. Krachtens deze bepaling vindt de veiling van het gebruiksrecht op radio-frequentie voor DCS 1800 en voor DCS 1800 gecombineerd met GSM over meer ronden plaats. Ten behoeve van de veiling wordt het gebruiksrecht op radio-frequenties in kavels verdeeld.
Het aantal ronden van de veiling wordt niet vooraf bepaald. Na iedere ronde wordt aan de deelnemers bekendgemaakt hoe hoog de hoogste biedingen op iedere kavel zijn. Op grond van die informatie kunnen de deelnemers hun bod voor de volgende ronde bepalen. De veiling eindigt in ieder geval op het moment dat er geen nieuw bod of geen enkel geldig bod wordt uitgebracht. Voor de deelnemers aan de veiling is het voor het bepalen van hun eigen bod van belang te weten welke waarde de andere bieders aan de radio-frequenties toekennen. Door de beschikbare kavels simultaan en in meer ronden aan te bieden, worden de deelnemers in staat gesteld hun bod zo goed mogelijk te bepalen. De minister stelt nadere regels vast omtrent de wijze van veilen. Tevens stelt hij regels omtrent de wijze van betaling van het verschuldigde bedrag, dat wil zeggen de veilingsom.
Wijziging van artikel 6 van het Besluit vergunningen mobiele telecommunicatie is noodzakelijk omdat met de wijziging van de Wtv door de eerdergenoemde wet in principe voor het verlenen van vergunningen na veiling is gekozen. In dat geval dient een aanvrager niet – zoals tot het moment van de wetswijziging het geval was – een tenderdocument, doch een zogenoemd aanvraagdocument aan te vragen. Overigens wordt in de Wtv noch in het onderhavige besluit uitgesloten dat het instrument van de tenderprocedure als alternatief voor de veiling kan worden toegepast. Ook hier zij voor een nadere toelichting verwezen naar de memorie van toelichting bij het betreffende wetsvoorstel.
In artikel 6, eerste lid, wordt een delegatiebepaling opgenomen om de voorwaarden waaronder een aanvraag in behandeling wordt genomen, bij ministeriële regeling te geven. Dit maakt het mogelijk om voor iedere specifieke vergunningverlening, of deze nu na een veiling- of na een tenderprocedure plaatsvindt, de benodigde eisen te stellen.
Hoewel dit artikel door de wijziging van de Wtv door de eerdergenoemde wet van rechtswege reeds vervalt, is er om redenen van inzichtelijkheid voor gekozen dit artikel uitdrukkelijk bij het onderhavige besluit te laten vervallen. Immers, door de betreffende wijziging, waarbij artikel 13h, derde lid, onder c, van de Wtv zoals deze luidde voor de betreffende wetswijziging komt te vervallen, worden de eisen ten aanzien van de vergunning niet meer bij algemene maatregel van bestuur, doch door de minister gesteld. In dit verband zij tevens verwezen naar de memorie van toelichting van het betreffende wetsvoorstel.
Evenals voor het technisch vergelijkbare systeem GSM het geval is, is de geldigheidsduur van een vergunning voor DCS 1800 en van een vergunning voor DCS 1800 gecombineerd met GSM op 15 jaren gesteld. De verwachting is dat deze periode voldoende is om de investeringen terug te verdienen.
Artikel 12 van het Besluit vergunningen mobiele telecommunicatie bepaalde dat de kosten van de bemoeiingen met betrekking tot de vergunningverlening verschuldigd zijn door degene die een vergunning verkrijgt. Deze bepaling zag alleen op vergunningverlening na vergelijkende toets. Indien vergunningverlening na veiling plaatsvindt, is het over het algemeen slechts gewenst de kosten van de veiling te verhalen op degene die de vergunning verkrijgt, indien de veilingkosten de veilingopbrengst te boven gaan. Als dit niet het geval is, ligt het in het algemeen in de rede de veilingkosten ten laste te brengen van de veilingopbrengst. Artikel 12 is dan ook aangepast in die zin, dat in plaats van een dwingende bepaling een facultatieve bepaling is opgenomen.
De voorgestelde wijzigingen van artikel 13 dienen ertoe de houder van een vergunning voor DCS 1800 gecombineerd met GSM vrij te stellen van enkele verplichtingen, die aan met name de houders van vergunningen voor GSM zijn opgelegd. In concreto gaat het om verplichtingen ten aanzien van de capaciteit en de kwaliteit van het netwerk.
Deze wijziging vloeit voort uit de asymmetrie die door het betreffende wetsvoorstel wordt beoogd, namelijk het verkleinen van de achterstand van de vergunninghouders voor DCS 1800 gecombineerd met GSM ten opzichte van de vergunninghouders voor GSM. Voor een nadere uiteenzetting van deze asymmetrische regelgeving zij verwezen naar de memorie van toelichting bij het betreffende wetsvoorstel.
Zoals reeds vermeld in artikel B van deze toelichting wordt het Besluit aanwijzing DCS 1800 ingetrokken.
Dit artikel voorziet in een regeling voor de bekendmaking van het tijdstip waarop de procedure voor het aanvragen van een vergunning zal beginnen. De procedure wijkt op enkele ondergeschikte punten af van de procedure zoals die geldt voor het aanvragen van vergunningen voor GSM en ERMES. Zo is de termijn binnen welke de minister beslist op een aanvraag om een vergunning teruggebracht van dertig naar zesentwintig weken na de bekendmaking van de start van de aanvraagprocedure.
Om de inwerkingtreding van dit besluit af te stemmen met de inwerkingtreding van de wetten tot wijziging van de Wtv in verband met de invoering van het veilen van schaarse radio-frequenties voor systemen van digitale mobiele telecommunicatie en inwerkingtreding van de benodigde uitvoeringsregelingen, is gekozen voor inwerkingtreding op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
A. Jorritsma-Lebbink
Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.
Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 9 december 1997, nr. 237.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-1997-568.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.