Besluit van 2 mei 1997, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 2 mei 1997 tot wijziging van de Algemene bijstandswet in verband met de preventie en bestrijding van armoede en van sociale uitsluiting (Stb. 193)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 29 april 1997, Directie Bijstandszaken, nr. BZ/UK/97/7481;

Gelet op artikel IV, eerste lid, van de Wet van 2 mei 1997 tot wijziging van de Algemene bijstandswet in verband met de preventie en bestrijding van armoede en van sociale uitsluiting (Stb. 193)

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet van 2 mei 1997 tot wijziging van de Algemene bijstandswet in verband met de preventie en bestrijding van armoede en van sociale uitsluiting (Stb. 193) treedt, behoudens artikel I, onderdeel J, in werking met ingang van 1 juli 1997, met uitzondering artikel I, onderdelen F en G, die in werking treden met ingang van 1 oktober 1997.

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 2 mei 1997

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. P. W. Melkert

Uitgegeven de zesde mei 1997

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven