Besluit van 17 december 1996, houdende de vaststelling van de gedeeltelijke inwerkingtreding van het Warenwetbesluit deponering informatie preparaten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 12 december 1996, GZB/CO/965589 gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken;

Gelet op artikel 5 van het Warenwetbesluit deponering informatie preparaten;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Het Warenwetbesluit deponering informatie preparaten treedt voor preparaten, welke in de zin van artikel 3 van de Richtlijn 88/379/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 7 juni 1988, betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de Lid-Staten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten (PbEG L 187) als zeer vergiftig, vergiftig of bijtend worden beschouwd, in werking met ingang van 1 januari 1997.

Onze Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 17 december 1996

Beatrix

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. G. Terpstra

Uitgegeven de drieëntwintigste december 1996

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven