Besluit van 26 oktober 1996 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van Hoofdstuk V van de Wet belastingen op milieugrondslag

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van 21 oktober 1996, nr. WV96/700 M, Directoraat-Generaal voor Fiscale Zaken, Directie Wetgeving Verbruiksbelastingen;

Gelet op artikel XIII van de Invoeringswet Wet belastingen op milieugrondslag;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Hoofdstuk V van de Wet belastingen op milieugrondslag treedt in werking met ingang van 1 januari 1997.

Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Het Oude Loo, 26 oktober 1996

Beatrix

De Staatssecretaris van Financiën,

W. A. F. G. Vermeend

Uitgegeven de zevende november 1996

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

NOTA VAN TOELICHTING

Bij koninklijk besluit van 23 december 1994, Stb. 949, tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet belastingen op milieugrondslag en van de Invoeringswet belastingen op milieugrondslag is de Wet belastingen op milieugrondslag in werking getreden met ingang van 1 januari 1995, met uitzondering van hoofdstuk V.

Hoofdstuk V bevat de belasting op uranium-235. Tijdens de behandeling in de Eerste Kamer is destijds toegezegd de inwerkingtreding van dit onderdeel van de wet uit te stellen tot 1 januari 1997 (Handelingen Eerste Kamer, 20 december 1994, blz. 11-381). Inmiddels is het bezwaar van het specifiek doorbelasten ondervangen en zal de belasting op uranium-235 in de landelijke verrekening van productiekosten van elektriciteit worden verwerkt, analoog aan de wijze waarop thans de overige belastingen op milieugrondslag worden doorberekend.

Dit besluit strekt ertoe de belasting op uranium-235 op 1 januari 1997 in werking te laten treden.

De Staatssecretaris van Financiën,

W. A. F. G. Vermeend