Wet van 21 december 1995 tot wijziging van de begroting
van de uitgaven en de ontvangsten van het Fonds Economische Structuurversterking
voor het jaar 1994
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van
een wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk,
vastgesteld bij de wet van 21 december 1995 Stb. 1996, 53;
Zo is het, dat Wij met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben
goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1
De begroting van de uitgaven van het Fonds Economische Structuurversterking
voor het jaar 1994 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit kolom 2 van de bij deze
wet behorende begrotingsstaat, onderdeel uitgaven.
Artikel 2
De begroting van de ontvangsten van het Fonds Economische Structuurversterking
voor het jaar 1994 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit kolom 2 van de bij deze
wet behorende begrotingsstaat, onderdeel ontvangsten.
Artikel 3
In artikel 6 van de >Wet Fonds Economische
Structuurversterking1 wordt de datum van 1 januari
1993 gewijzigd in 1 januari 1994.
Artikel 4
Indien het bij koninklijke boodschap van 29 januari 1993 ingediende voorstel
van wet, houdende instelling van een Fonds Economische Structuurversterking
(Kamerstukken II 1992/93, 23 002) tot wet wordt verheven en in werking
treedt, treedt deze wet op hetzelfde tijdstip in werking en werkt zij terug
tot en met 1 juli 1994.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst
en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
histnootGegeven te 's-Gravenhage, 21 december 1995
Beatrix
De Minister van Economische Zaken,
G. J. Wijers
De Minister van Financiën,
G. Zalm
Uitgegeven de zesde februari 1996
De Minister van Justitie,
W. Sorgdrager
Begrotingsstaat behorende bij de Wet van 21 december 1995,
Stb. 1996, 54
Begroting 1994, inclusief eerste suppletore begroting
Fonds Economische Structuurversterking
Onderdeel uitgaven (bedragen x f 1 000)
| | | (1) | (2) |
---|
Art. | Omschrijving | Oorspronkelijk
vastgestelde begroting | Mutaties (+ of –) op grond van eerste suppletore
begroting |
| | | uitgaven | uitgaven |
| | TOTAAL | 600 000 | – 3 700 |
01 | | Algemeen | 600 000 | |
| 01 | Bijdrage
aan de begroting van het Infrastructuurfonds in het kader van verkeer &
vervoer | 508 000 | |
| 02 | Bijdragen aan andere begrotingen
in het kader van bodemsanering | 61 000 | |
| 03 | Bijdragen
aan andere begrotingen in het kader van kennisinfrastructuur | 31 000 | – 3 700 |
| 04 | Bijdragen ten laste van geraamde ontvangsten uit extra
export aardgas | 0 | |
Ons bekend,
De Minister van Economische Zaken,
G. J. Wijers
De Minister van Financiën,
G. Zalm
Begrotingsstaat behorende bij de Wet van 21 december 1995,
Stb. 1996, 54
Begroting 1994, inclusief eerste suppletore begroting
Fonds Economische Structuurversterking
Onderdeel ontvangsten (bedragen x f 1000)
| | | (1) | (2) |
---|
Art. | Omschrijving | Oorspronkelijk
vastgestelde begroting | Mutaties (+ of –) op grond van eerste suppletore
begroting |
| | | ontvangsten | ontvangsten |
| | TOTAAL | 600 000 | – 3 700 |
01 | | Algemeen | 600 000 | |
| 01 | Ontvangsten
uit extra export aardgas | 0 | |
| 02 | Ontvangsten uit de overbelevering
common area | PM | |
| 03 | Overige ontvangsten uit aardgas | 0 | |
| 04 | Ontvangsten uit het vervreemden van vermogensbestanddelen
van het Rijk | PM | |
| 05 | Nadelig eindsaldo | 600 000 | – 3 700 |
Ons bekend,
De Minister van Economische Zaken,
G. J. Wijers
De Minister van Financiën,
G. Zalm
XNoot
1Stb. 1996, 51, gewijzigd bij de wet van 21 december 1995, Stb. 1996, 52.
XHistnoot
Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:
Kamerstukken II 1993/94, 23 741.
Handelingen II 1993/94, blz. 5625.
Kamerstukken I 1995/96, 23 741 (91).
Handelingen I 1995/96, blz. 631–639.