Besluit van 21 oktober 1996, houdende de vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 26 september 1996, tot wijziging van de bepalingen uit het Wetboek van Strafvordering betreffende het proces-verbaal van de terechtzitting en het vonnis, Stb. 1996, 487

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 10 oktober 1996, Directie Wetgeving, nr. 582331/96/6;

Gelet op artikel III van de Wet van 26 september 1996 tot wijziging van de bepalingen uit het Wetboek van Strafvordering betreffende het proces-verbaal van de terechzitting en het vonnis, Stb. 1996, 487;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet van 26 september 1996 tot wijziging van de bepalingen uit het Wetboek van Strafvordering betreffende het proces-verbaal van de terechtzitting en het vonnis, Stb. 1996, 487 treedt met ingang van 1 november 1996 in werking.

Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 21 oktober 1996

Beatrix

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Uitgegeven de negenentwintigste oktober 1996

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven