Wet van 26 juni 1996, houdende wijziging van de Mediawet in verband met verlenging van het huidige toezicht op toegang tot draadomroepinrichtingen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de in artikel 69 van de Mediawet opgenomen tijdelijke regeling inzake het toezicht door het Commissariaat voor de Media op de toegang tot draadomroepinrichtingen te verlengen;

Zo is het dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Artikel 165a van de >Mediawet1 wordt vervangen door:

Artikel 165a

Artikel 69 vervalt met ingang van 1 januari 1997. Bij koninklijk besluit kan een ander tijdstip worden vastgesteld waarop artikel 69 vervalt.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te 's-Gravenhage, 26 juni 1996

Beatrix

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

A. Nuis

Uitgegeven de achtentwintigste juni 1996

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager


XNoot
1

Stb. 1994, 386, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 28 maart 1996, Stb. 320.

XHistnoot

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Kamerstukken II 1995/96, 24 762.

Handelingen II 1995/96, zie vergadering d.d. 18 juni 1996.

Kamerstukken I 1995/96, 24 762 (291).

Handelingen I 1995/96, zie vergadering d.d. 25 juni 1996.

Naar boven