Besluit van 21 mei 1996 houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen 2, onder h, 3, onder c, en 5, tweede en derde lid, van het Asbest-verwijderingsbesluit (Stb. 1993, 290)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 13 mei 1996, nr. MJZ96027382, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op artikel 12, tweede lid, van het Asbest-verwijderingsbesluit;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

  • 1. De artikelen 2, onder h, en 3, onder c, van het Asbest-verwijderingsbesluit treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, met dien verstande, dat voor zover de bouwverordening voor 1 januari 1997 in overeenstemming is gebracht met deze artikelen, de desbetreffende voorschriften van de bouwverordening eerst in werking kunnen treden op 1 januari 1997.

  • 2. Artikel 5, tweede en derde lid, van het Asbest-verwijderingsbesluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1997.

Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 21 mei 1996

Beatrix

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Margaretha de Boer

Uitgegeven de dertiende juni 1996

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

NOTA VAN TOELICHTING

De artikelen van het Asbest-verwijderingsbesluit, die op grond van dit koninklijk besluit in werking zullen treden, hebben betrekking op onderzoek door een deskundig asbestonderzoeksbedrijf, voorafgaand aan de sloop van asbest uit bouwwerken (artikelen 2, onder h, en 3, onder c) dan wel voorafgaand aan het uit elkaar nemen van asbesthoudende objecten (artikel 5, tweede en derde lid). Nu met de Regeling merkteken asbestonderzoek uitvoering is gegeven aan artikel 1, onder c, van het Asbest-verwijderingsbesluit kunnen deze bepalingen in werking treden.

Door middel van de Regeling merkteken asbestonderzoek wordt als merkteken voor asbestonderzoek als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van het Asbest-verwijderingsbesluit, het beeldmerk «KOMO» aangewezen. Asbestonderzoeksbedrijven zijn deskundig in de zin van het Asbest-verwijderingsbesluit, indien zij beschikken over een geldig KOMO-procescertificaat voor asbestonderzoek. De nationale beoordelingsrichtlijn voor dit certificaat (BRL nr. 5052) zal in het voorjaar van 1996 worden gepubliceerd en is te bestellen bij de Stichting Bouwkwaliteit te Rijswijk. De betrokken partijen zijn overeengekomen, dat bedrijven, die aan deze BRL voldoen, het KOMO-beeldmerk mogen voeren.

Op grond van artikel 8, negende lid, juncto achtste lid, van de Woningwet, zijn gemeenten verplicht de in het eerste lid van dit besluit genoemde bepalingen binnen een jaar na inwerkingtreding in de bouwverordening te verwerken. Gezien de periode die asbestonderzoeksbedrijven nodig hebben om het KOMO-procescertificaat voor asbestonderzoek te verwerven, treden de desbetreffende voorschriften van de bouwverordening eerst op 1 januari 1997 in werking, indien de bouwverordening voor dat tijdstip met de artikelen 2, onder h, en 3, onder c, van het Asbest-verwijderingsbesluit, in overeenstemming is gebracht.

In verband met vrije toegankelijkheid van de markt voor asbestonderzoeksbedrijven moeten deze bedrijven ook na 1 januari 1997 het KOMO-procescertificaat voor asbestonderzoek kunnen verwerven. Daartoe dienen echter onder meer beoordelingen door de certificatie-instelling plaats te vinden op bedrijfslocaties, waar asbestonderzoekswerkzaamheden plaatsvinden. Het asbestonderzoeksbedrijf kan dit onderzoek naar de letter van het Asbest-verwijderingsbesluit echter niet uitvoeren, omdat het over een KOMO-procescertificaat voor asbestonderzoek dient te beschikken. Om dit probleem op te lossen zal het Asbest-verwijderingsbesluit tijdig worden aangepast.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Margaretha de Boer

Naar boven