Besluit van 24 mei 1996, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 18 maart 1996 tot wijziging van enige wetten op het gebied van de mijnbouw in verband met de uitvoering van de richtlijn nr. 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 30 mei 1994 betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de produktie van koolwaterstoffen (PbEG L 164) (Stb. 199), zomede van twee algemene maatregelen van bestuur

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 20 mei 1996, nr. 96029151 WJA/W;

Gelet op artikel IX van de wet van 18 maart 1996 tot wijziging van enige wetten op het gebied van de mijnbouw in verband met de uitvoering van de richtlijn nr. 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 30 mei 1994 betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de produktie van koolwaterstoffen (PbEG L 164) (Stb. 199), zomede op artikel 6.3 van het Besluit vergunningen koolwaterstoffen continentaal plat 1996 en op artikel 5.1 van het Besluit concessies koolwaterstoffen Nederlands territoir 1996;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst treden in werking:

a. de wet van 18 maart 1996 tot wijziging van enige wetten op het gebied van de mijnbouw in verband met de uitvoering van de richtlijn nr. 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 30 mei 1994 betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de produktie van koolwaterstoffen (PbEG L 164) (Stb. 199);

b. het Besluit vergunningen koolwaterstoffen continentaal plat 1996;

c. het Besluit concessies koolwaterstoffen Nederlands territoir 1996.

Onze Minister van Economische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 24 mei 1996

Beatrix

De Minister van Economische Zaken,

G. J. Weijers

Uitgegeven de vierde juni 1996

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven