Besluit van 7 november 1995, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies ter zake van waterschade (Besluit subsidies waterschade 1995)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 8 maart 1995, nr. WJA/JZ 95018227;

Gelet op artikel 2 van de Kaderwet verstrekking financië;le middelen EZ;

De Raad van State gehoord (advies van 29 mei 1995, nr. W10.95.0114);

Gezien het nader rapport van Onze voornoemde Minister van

1 november 1995, nr. WJA/JZ 95053023;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Paragraaf 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder de Stichting: de Stichting Watersnood Bedrijven Nederland 1995.

Artikel 2

  • 1. De Stichting verstrekt op aanvraag een subsidie aan de ondernemer die schade heeft geleden als direct gevolg van de hoge waterstanden in het stroomgebied van de Maas en de Rijn in januari en februari 1995 in de in bijlage 1 bij dit besluit genoemde gemeenten.

  • 2. Geen subsidie wordt verstrekt indien:

    a. de ondernemer een rechtspersoon is die krachtens publiekrecht is ingesteld;

    b. de ondernemer een vennootschap is en meer dan de helft van het geplaatste kapitaal wordt verschaft door een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld;

    c. op de ondernemer de Bijdrageregeling landbouwbedrijven overstromingschade 1995 van toepassing is.

Artikel 3

  • 1. De subsidie bedraagt:

    a. 65 procent van de schade aan activa en van de kosten van maatregelen ter bescherming van activa;

    b. 100 procent van de evacuatie-, opslag- en verzekeringskosten.

  • 2. Indien:

    a. de ondernemer op grond van de Subsidieregeling waterschade 1994 subsidie heeft ontvangen of

    b. aan de ondernemer op grond van de Regeling borgstelling waterschadekredieten 1994 een krediet is verstrekt of

    c. aan de ondernemer in 1994 een uitkering is verstrekt door de Stichting Watersnood Bedrijven Limburg,

    bedraagt de subsidie, in afwijking van het eerste lid, onder a, 90 procent van de schade aan activa en van de kosten van maatregelen ter bescherming van activa.

  • 3. Indien de onderneming van de ondernemer geheel of gedeeltelijk is gevestigd in één van de in bijlage 4 of bijlage 5 genoemde gemeenten of gedeelten van gemeenten bedraagt de subsidie met betrekking tot de kosten als bedoeld in het eerste lid, onder b, ten minste f 1500,–.

Artikel 4

  • 1. Als activaschade wordt uitsluitend in aanmerking genomen het schadebedrag zoals dat door een door de Stichting aangewezen deskundige is vastgesteld met gebruikmaking van een formulier, waarvan het model is opgenomen in de bij dit besluit behorende bijlage 2, en met toepassing van de in dat model vermelde schadeberekeningsgrondslagen, indien dit bedrag is goedgekeurd door de Stichting, verminderd met de door de ondernemer ontvangen of aan de ondernemer toegezegde verzekeringspenningen met betrekking tot activaschade waarop het schadebedrag betrekking heeft.

  • 2. Tot activaschade wordt niet gerekend:

    a. schade aan motorrijtuigen in de zin van artikel 1, eerste lid, onder 2e, van de Wegenverkeerswet;

    b. schade aan schepen in de zin van de Schepenwet.

  • 3. Als kosten van beschermingsmaatregelen worden uitsluitend in aanmerking genomen redelijke kosten, voor zover door de ondernemer aan derden verschuldigd voor het in opdracht van de ondernemer door die derden tussen 1 januari en 8 februari 1995 verrichten van beschermingsmaatregelen ter voorkoming van schade, alsmede redelijke en aangetoonde kosten voor het verrichten van beschermingsmaatregelen in diezelfde periode door de ondernemer of door zijn werknemers, buiten de normale werktijden, tot een maximum van f 33,– bruto per mensuur.

  • 4. Als evacuatie-, opslag- en verzekeringskosten worden uitsluitend in aanmerking genomen:

    a. redelijke kosten van transport voor zover verschuldigd aan derden voor de evacuatie van de tot de onderneming van de ondernemer behorende roerende zaken vanuit één van de in bijlage 1 genoemde gemeenten en voor het terugbrengen van deze goederen naar de plaats van evacuatie,

    b. aan derden verschuldigde redelijke kosten voor opslag van deze goederen

    c. redelijke en aangetoonde kosten voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van evacuatie en opslag door de ondernemer of door zijn werknemers, buiten de normale werktijden, tot een maximum van f 33,– bruto per mens-uur, en

    d. de met de onder a en b bedoelde activiteiten samenhangende kosten voor verzekering,

    voor zover deze activiteiten zijn verricht tussen 15 januari en 1 maart 1995 en voor zover deze kosten zijn verschuldigd door de ondernemer, verminderd met de door de ondernemer ontvangen of aan de ondernemer toegezegde verzekeringspenningen met betrekking tot de activiteiten waarop de kosten betrekking hebben.

  • 5. Tot schade of kosten als bedoeld in dit artikel wordt niet gerekend de verschuldigde omzetbelasting, voor zover deze verrekenbaar is.

  • 6. Schade komt niet voor subsidiëring in aanmerking voor zover deze had kunnen worden voorkomen of beperkt, indien de ondernemer de maatregelen had getroffen die in redelijkheid van hem konden worden gevraagd om schade te voorkomen dan wel te beperken.

Paragraaf 2. Aanvragen

Artikel 5

  • 1. Een aanvraag om subsidie wordt ingediend bij de Stichting vóór

    1 augustus 1995.

  • 2. Indien de onderneming van de ondernemer geheel of gedeeltelijk is gevestigd in één van de in bijlage 5 genoemde gemeenten of gedeelten van gemeenten, en

    de gevraagde subsidies met betrekking tot de kosten als bedoeld in artikel 3, eerste lid, aanhef en onder b, niet meer bedraagt dan f 1500,– ,

    wordt een aanvraag, voor zover deze betrekking heeft op de bovengenoemde kosten, in afwijking van het eerste lid, ingediend bij de Stichting vóór 15 december 1995.

  • 3. Indien vóór 1 augustus 1995 een subsidieaanvraag is ingediend voor subsidiëring van activaschade kan een vervolgaanvraag worden ingediend tot uiterlijk 1 november 1995, indien activaschade is opgetreden na de indiening van de subsidieaanvraag.

  • 4. Een aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van een formulier, waarvan het model is opgenomen in bijlage 3 bij dit besluit .

  • 5. Aanvragen worden niet ingediend per telefax.

Artikel 6

De Stichting geeft op de aanvraag een beschikking binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag. Indien de beschikking niet binnen dertien weken kan worden gegeven, stelt de Stichting de aanvrager daarvan in kennis en noemt zij daarbij een redelijke termijn waarop de beschikking wel tegemoet kan worden gezien.

Artikel 7

  • 1. De Stichting beslist in ieder geval afwijzend op de aanvraag voor zover die betrekking heeft op activaschade en beschermingsmaatregelen, indien de som van de activaschade en de kosten van de beschermingsmaatregelen, voor aftrek van verzekeringspenningen, minder dan f 2000,– bedraagt.

  • 2. De Stichting kan afwijzend beslissen op een aanvraag:

    a. indien niet is voldaan aan een verzoek als bedoeld in artikel 6 van de Kaderwet verstrekking financiële middelen EZ;

    b. indien de aanvrager in het kader van de aanvraag gegevens heeft verstrekt, waarvan hij wist of behoorde te weten dat deze onjuist of onvolledig waren en de verstrekking van deze gegevens tot een onjuiste beschikking op de aanvraag zou hebben geleid.

Paragraaf 3. Subsidieverstrekking en verplichtingen

Artikel 8

Een beschikking op een aanvraag, inhoudende een verstrekking van subsidie, bevat een vermelding van:

a. het in aanmerking te nemen schadebedrag, vastgesteld overeenkomstig artikel 4;

b. de in aanmerking te nemen kosten, vastgesteld overeenkomstig artikel 4;

c. de verzekeringspenningen waarmede het schadebedrag en de in aanmerking te nemen kosten met toepassing van artikel 4 is verminderd;

d. het subsidiebedrag.

Artikel 9

In geval van een beschikking op een aanvraag, inhoudende een verstrekking van subsidie worden geen gegevens met betrekking tot die beschikking vermeld in het register, bedoeld in artikel 11 van de Kaderwet verstrekking financiële middelen EZ.

Artikel 10

Aan de subsidieverstrekking is voor betrokkene de verplichting verbonden om:

a. de Stichting binnen twee weken na kennisname in kennis te stellen van de toekenning of ontvangst van verzekeringspenningen met betrekking tot de schade als bedoeld in artikel 4, voor zover die verzekeringspenningen blijkens de subsidietoezegging bij de verstrekking van de subsidie niet in aanmerking zijn genomen,

b. indien de verzekeringspenningen betrekking hebben op de in artikel 4, eerste lid, bedoelde activaschade, of op de in artikel 4, derde lid, bedoelde beschermingsmaatregelen, 65%, of, indien toepassing is gegeven aan artikel 3, tweede lid, 90% van deze verzekeringspenningen, en indien de verzekeringspennningen betrekking hebben op de in artikel 4, vierde lid, bedoelde kosten, 100% van deze verzekeringspenningen binnen vier weken na ontvangst te betalen aan de Stichting door overmaking op bankrekeningnummer 65.22.82.679 onder vermelding van «Verzekeringspenningen waterschade».

Artikel 11

De betrokkene voldoet aan hetgeen door door Onze Minister of de Stichting aangewezen personen wordt verzocht, voor zover dat noodzakelijk is voor een goede uitvoering van dit besluit, omtrent:

a. het verlenen van inzage van gegevens en bescheiden,

b. het maken van kopieën van de onder a bedoelde gegevens en bescheiden en

c. het verlenen van medewerking aan het verstrekken van gegevens door anderen.

Paragraaf 4. Slotbepalingen

Artikel 12

De Subsidieregeling waterschade 1995 wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op aanvragen die zijn ingediend voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 13

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van de uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Artikel 14

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit subsidies waterschade 1995.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 7 november 1995

Beatrix

De Minister van Economische Zaken,

G. J. Wijers

Uitgegeven de zestiende november 1995

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit strekt ertoe ondernemers die als gevolg van de evacuaties en de recente overstromingen in het stroomgebied van de Maas en de Rijn – derhalve inclusief aftakkingen als de Waal en de IJssel – schade hebben geleden in de in bijlage 1 bij dit besluit opgenomen gemeenten, voor een gedeelte financieel tegemoet te komen. Deze lijst is in overleg met de Minister van Binnenlandse Zaken samengesteld op grond van door de provincies verstrekte gegevens.

Ingevolge de Kaderwet verstrekking financiële middelen EZ dienen financiële verstrekkingen als die waarin dit besluit voorziet te worden verstrekt krachtens een algemene maatregel van bestuur. Het betreft hier immers financiële middelen die aan ondernemers worden verstrekt, terwijl het totale bedrag dat daarmee gemoeid is naar verwachting f 20 miljoen te boven zal gaan. De financiële nood van de betrokken bedrijven als gevolg van de overstromingen en de evacuaties vereiste echter een onmiddellijke voorziening. Om die gewichtige reden is de onderhavige faciliteit, overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, derde lid, van de Kaderwet verstrekking financiële middelen EZ, vooruitlopend op de totstandkoming van een algemene maatregel van bestuur, tot stand gebracht in een ministeriële regeling. Deze ministeriële regeling, de Subsidieregeling waterschade 1995, is op 23 februari 1995 in werking getreden.

Op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit wordt de Subsidieregeling waterschade 1995 ingetrokken.

Met de voordracht voor dit besluit op 8 maart 1995 is voldaan aan de in artikel 2, derde lid, van de bovengenoemde Kaderwet neergelegde verplichting om binnen twee weken na de inwerkingtreding van de ministeriële regeling een voordracht te doen voor een algemene maatregel van bestuur die hetzelfde onderwerp regelt.

Aan het bepaalde in artikel 2, zesde lid, van de Kaderwet verstrekking financiële middelen EZ is voldaan met brieven van 21 februari 1995 aan beide kamers der Staten-Generaal.

Omdat in 1995 ondernemers niet alleen schade hebben geleden door overstromingen maar ook, in gebieden die geëvacueerd zijn, door de aan de evacuatie en de tijdelijke opslag van de geëvacueerde goederen verbonden kosten, komen ook deze kosten voor subsidie in aanmerking, evenals de kosten van verzekering die betrekking hebben op dit transport en deze opslag.

Indien de ondernemer subsidie verzoekt voor schade toegebracht aan activa, is het uitgangspunt voor de hoogte van de te verstrekken subsidie het schriftelijk door een door de Stichting Watersnood Bedrijven Nederland 1995 aan te wijzen deskundige vastgestelde schadebedrag. Voor anderszins gemaakte kosten is geen taxatie vereist.

Indien de Stichting gerede twijfel heeft over de juistheid van de getaxeerde kosten kan ze opdracht geven tot hertaxatie. De door de deskundige te verrichten taxatiewerkzaamheden worden betaald door de overheid.

Kosten die zijn gemaakt voor beschermingsmaatregelen en voor transport, opslag en verzekering zijn subsidiabel indien het kosten betreft voor werkzaamheden die in opdracht van de ondernemer door derden zijn verricht. Deze kosten moeten verschuldigd zijn, hetgeen moet worden aangetoond door fiscaal erkende facturen, zoals bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Wet op de omzetbelasting 1968. Indien een ondernemer gebruik maakt van de in artikel 25, derde lid, van de Wet op de omzetbelasting 1968 bedoelde ontheffing, dienen de facturen te voldoen aan artikel 35, eerste lid, behoudens voor wat betreft de gegevens waarvoor ontheffing is verleend. Alleen redelijke kosten zullen in aanmerking worden genomen. Om te waarborgen dat de kosten zijn gemaakt in de periode waarin de overstromingen en evacuaties zich hebben voorgedaan is tevens bepaald dat de werkzaamheden in deze periode moeten zijn verricht.

Extra gewerkte uren in eigen beheer, dat wil zeggen door de ondernemer en zijn werknemers verricht buiten de normale arbeidstijden, ten behoeve van evacuatie, opslag en beschermingsmaatregelen zijn ook subsidiabel. Ook deze kosten moeten redelijk zijn en zijn aangetoond. In het kader van de beoordeling van aanvragen is het mogelijk dat de Stichting een taxatie laat opstellen van deze kosten.

Bij arbeid in eigen beheer moet het gaan om werkzaamheden buiten de normale werktijden. Uitgangspunt hierbij zal zijn de arbeidsovereenkomst van de werknemers. Voor eenmanszaken zullen de voor de branche normale arbeidstijden bepalend zijn. Per mens-uur wordt maximaal f 33,– gesubsidieerd, bij beschermingsmaatregelen 65% hiervan. Indien het bruto-uurloon minder bedraagt dan f 33,– is dat lagere bedrag uitgangspunt voor de subsidieberekening. Er moet worden aangetoond dat deze kosten betaald zijn, behoudens in die gevallen dat er logischerwijs geen betaling kan plaatsvinden, zoals bijvoorbeeld bij eenmanszaken zonder werknemers. In die gevallen zal een redelijk uurloon in aanmerking worden genomen.

Het is ook mogelijk om te kiezen voor een forfaitair bedrag van f 1500,– ten behoeve van de kosten voor evacuatie, opslag en verzekering. De mogelijkheid om te kiezen voor dit forfaitaire bedrag is gemaakt op grond van het grote aantal geëvacueerde ondernemers (ongeveer 16 000) en op grond van het feit dat op basis van de momenteel ingediende schademeldingen verwacht wordt dat het merendeel van de ondernemers ten behoeve van deze kostenposten minder kosten heeft gemaakt dan f 1500,–. Ook door de taxateurs is aangegeven dat dit bedrag in veel gevallen een redelijke benadering van de daadwerkelijk gemaakte kosten zal zijn. Door het opnemen van de mogelijkheid van een forfaitair bedrag wordt verwacht dat enerzijds de afwikkeling van de aanvragen sneller zal kunnen geschieden en anderzijds dat op de uitvoeringskosten aanmerkelijk zal kunnen worden bespaard.

Om in aanmerking te komen voor een forfaitair bedrag moet het wel gaan om een ondernemer die geheel of gedeeltelijk is gevestigd in een gemeente of een gedeelte van een gemeente waarin een evacuatiegebod of een evacuatie-advies gold. Dit forfaitaire bedrag geldt voor alle kosten die zijn gemaakt ten behoeve van evacuatie, opslag en daaraan verbonden verzekeringen. Bij de keuze voor dit bedrag behoeven de kosten niet te worden aangetoond door fiscaal erkende facturen (bij opdrachtverlening aan derden), dan wel te worden aangetoond (bij arbeid in eigen beheer). Indien de kosten uitkomen boven de f 1500,– kan de ondernemer uiteraard een aanvraag indienen op basis van feitelijk gemaakte kosten.

Evenals bij de Subsidieregeling waterschade 1994 blijft de omvang van indirecte schade zoals gevolgschade (door bijvoorbeeld omzetderving) bij de bepaling van het schadebedrag buiten beschouwing. Indien ten behoeve van de schade of de gemaakte kosten verzekeringspenningen zijn uitgekeerd of toegezegd, worden deze in mindering gebracht op de voor subsidiëring in aanmerking te nemen schadebedragen en kostenposten.

Na de subsidieverstrekking ontvangen verzekeringspenningen moeten worden terugbetaald aan de Stichting voor een met het subsidiepercentage overeenkomend gedeelte. Omdat schade aan motorrijtuigen en schepen verzekerbaar is, is deze schade uitgezonderd van de voor subsidie in aanmerking te nemen schade. Indien de activaschade of de kosten van beschermingsmaatregelen, voor aftrek van verzekeringspenningen minder dan f 2000,– bedragen, wordt een subsidieaanvraag, voor zover op deze posten betrekking hebbend, afgewezen. Ondernemers worden geacht deze schade voor hun eigen rekening te kunnen nemen. Indien de schade voor aftrek van te ontvangen verzekeringspremies onder dit drempelbedrag uitkomt, is het indienen van een subsidieaanvraag dus niet zinvol.

Omdat de doelstelling van deze regeling beperkt is tot het tegemoet komen in recent door de wateroverlast opgetreden schade veroorzaakte kosten, dienden de subsidieaanvragen uiterlijk op 31 juli 1995 te zijn ingediend. Omdat gebleken is dat de lijst van gemeenten of gedeelten van gemeenten waarvoor een evacuatiegebod of evacuatie-advies heeft gegolden niet volledig was is in het onderhavige besluit deze lijst uitgebreid (bijlage 5).

Ondernemers waarvan de onderneming geheel of gedeeltelijk is gevestigd in één van de in deze bijlage genoemde gemeenten of gedeelte van gemeenten worden in staat gesteld tot 15 december 1995 alsnog het forfaitaire subsidiebedrag ad f 1500,– met betrekking tot evacuatie-, opslag- en verzekeringskosten aan te vragen.

Voor aanvragen om hogere subsidiebedragen, waarbij bewijsstukken met betrekking tot de gemaakte kosten dienden te worden verstrekt, en die ook zonder vaststelling van bijlage 5 konden worden ingediend, geldt de hoofdregel dat subsidie-aanvragen uiterlijk op 31 juli 1995 dienden te zijn ingediend. Omdat bij de uitvoering van de Subsidieregeling waterschade 1994 is gebleken dat sommige activaschade, bijvoorbeeld schade aan muren of funderingen, zich eerst na verloop van tijd voordoet, is de mogelijkheid opgenomen om voor deze schade een vervolgaanvraag in te dienen. Dit kan tot 1 november 1995.

Aanvragen moeten worden ingediend bij de Stichting Watersnood Bedrijven Nederland 1995, Postbus 637, 5900 AP Venlo.

De onderhavige steunmaatregel is, gelet op artikel 93 van het EG-verdrag, op 10 februari 1995 gemeld bij de Europese Commissie. De Commissie heeft bij brief van 22 maart 1995 kenbaar gemaakt dat zij, op grond van artikel 92, tweede lid, onder b, van het EG-Verdrag, de steunmaatregel verenigbaar acht met de gemeenschappelijke markt.

De Minister van Economische Zaken,

G. J. Wijers

Bijlage 1 als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Besluit subsidies waterschade 1995

Gelderland

Ammerzoden

Angerlo

Arnhem

Bemmel

Beuningen

Brakel

Brummen

Buren

Culemborg

Dodewaard

Doesburg

Druten

Duiven

Echteld

Elst

Epe

Geldermalsen

Gendt

Gorssel

Hattem

Hedel

Heerde

Heerewaarden

Heteren

Heumen

Huissen

Hummelo en Keppel

Kerkwijk

Kesteren

Lienden

Lingewaal

Maasdriel

Maurik

Millingen aan de Rijn

Neerijnen

Nijmegen

Renkum

Rheden

Rijnwaarden

Rossum

Steenderen

Tiel

Ubbergen

Valburg

Voorst

Wageningen

Warnsveld

West Maas en Waal

Westervoort

Wijchen

Zaltbommel

Zutphen

Limburg

Arcen en Velden

Beesel

Belfeld

Bergen

Born

Broekhuizen

Echt

Eijsden

Gennep

Grubbenvorst

Haelen

Heel

Horst

Kessel

Maasbracht

Maasbree

Maastricht

Meerlo-Wanssum

Meerssen

Mook en Middelaar

Roermond

Roggel en Neer

Stein

Susteren

Swalmen

Tegelen

Thorn

Venlo

Overijssel

Dalfsen

Diepenveen

Deventer

Gramsbergen

Hardenberg

Kampen

Olst

Ommen

Wijhe

IJsselmuiden

Zwolle

Utrecht

Amerongen

Houten

Lopik

Nieuwegein

Rhenen

IJsselstein

Wijk bij Duurstede

Zuid-Holland

Alblasserdam

Bergambacht

Dordrecht

Giessenlanden

Gorinchem

Graafstroom

Hardinxveld-Giessendam

Leerdam

Liesveld

Nieuw-Lekkerland

Papendrecht

Sliedrecht

Vianen

Zederik

Noord-Brabant

Aalburg

Asten

Beek en Donk

Berkel-Enschot

Boxmeer

Boxtel

Cuijk

Den Dungen

Dussen

Eersel

Eindhoven

Esch

Grave

Haaren

Helvoirt

's-Hertogenbosch

Heusden

Liempde

Lith

Nuenen/Gerwen/Nederwetten

Oisterwijk

Oosterhout

Oss

Ravenstein

Reusel

Riethoven

Schijndel

St. Anthonis

Sint-Michielsgestel

Sint-Oedenrode

Someren

Son en Breugel

Tilburg

Valkenswaard

Veghel

Vierlingsbeek

Vught

Waalre

Werkendam

Westerhoven

Woudrichem

Bijlage 2 als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het Besluit subsidies waterschade 1995

No. Expert 
NAAM BEDRIJF 
ADRES 
GEMEENTE 
POSTCODE 
RISICO-ADRES 
GEMEENTE 
POSTCODE 
TELEFOONNUMMER 
FAXNUMMER 
CONTACTPERSOON 
FUNCTIE CONTACTPERSOON 
BANK- OF GIRONUMMER 
 SCHADE (exclusief vermijdbare schade)
  
– GEBOUWEN, GEBOUWGEBONDEN INSTALLATIES
– TERREINEN, TUINAANLEG
– MACHINES, niet gebouwgebonden INSTALLATIES
– BEDRIJFSINVENTARIS
– GOEDEREN
– TOTAAL
  
 VERMIJDBARE SCHADE* (voor zover van toepassing)
  
– GEBOUWEN, GEBOUWGEBONDEN INSTALLATIES
– TERREINEN, TUINAANLEG
– MACHINES, niet gebouwgebonden INSTALLATIES
– BEDRIJFSINVENTARIS
– GOEDEREN
– TOTAAL

Korte omschrijving van de reden voor de vermijdbaarheid:

Door de ondernemer is aannemelijk gemaakt dat in zijn opdracht ten behoeve van zijn onderneming de volgende, redelijke, activiteiten zijn verricht met betrekking tot (korte omschrijving):

– evacuatie en opslag:

– beschermingsmaatregelen ter plaatse voor gebouw en inhoud:

BTW verrekenbaar: ja/nee

De schaderegistratie is geschied op basis van de grondslagen zoals bijgevoegd en met inachtneming van de bepalingen van het Besluit subsidies waterschade 1995.

Aldus opgesteld te ........... d.d. ...........

door ............. (naam registerexpert)

Handtekening ....................

NB Aan deze registratie kunnen geen rechten worden ontleend.

Grondslagen schaderegistratie.

– Gebouwen, gebouwgebonden installaties en huurdersbelangherstelkosten.
– Terreinen, tuinaanleg.idem
– Machines, bedrijfsinventaris, niet gebouwgebonden installaties.herstelkosten tot aan de dagwaarde. Bij totaalverlies de dagwaarde.
– Grond- en hulpstoffeninkoopwaarde inclusief inkomende transport- en behandelingskosten.
– Onderhanden werkintegrale kostprijs tot het stadium van bewerking.
– Gereed produkt of handelsgoederenintegrale kostprijs of lagere verkoopwaarde.

* Vermijdbare schade: schade die had kunnen worden voorkomen of beperkt indien de betrokkene de maatregelen had getroffen die in redelijkheid van hem konden worden gevraagd om de schade te voorkomen dan wel te beperken.

Alle bedragen exclusief BTW, tenzij BTW niet verrekenbaar is.

Bijlage 3

{{zie voor afbeeldingen het gedrukte stuk}}

Bijlage 4 als bedoeld in artikel 3, derde lid, van het Besluit subsidies waterschade 1995

 waarvan de gedeelten
Limburg 
  
Arcen en Veldenkern Arcen, kern Velden
BeeselOuddorp, Reuver, Rijkel
Belfeldhet gebied ten westen van de Rijksweg Venlo–Roermond
BergenAyen, Oud-Bergen, Oud-Well
BornGrevenbicht
BroekhuizenBroekhuizen, Broekhuizenvorst
EchtAasterberg
GennepOttersum, Heijen
GrubbenvorstGrubbenvorst, Lottum
HaelenBuggenum
HeelBeegden
KesselOyen
MaasbrachtLinne, Ohé en Laak, Stevensweert
MaasbreeBaarlo
MaastrichtItteren, Borgharen
MeerssenGeul a/d Maas, Voulwames
Meerlo-Wanssumindustrieterrein haven Wanssum
Mook en Middelaarkernen
RoermondHerten, Eckert, Merum, Ool
Roggel en NeerNeer
SteinMeers
SusterenIllikhoven, Vissersweert
SwalmenAsselt, Swalmen
TegelenSteyl
VenloVenlo-Zuid, Venlo-Centrum, Blerick
  
Overijssel 
  
DeventerWelle
Kampenhet gedeelte boven de nooddijk
  
Gelderland 
  
AmmerzodenAmmerzoden, Well
AngerloGiesbeek
BrakelAalst, Zuilichem
BurenBeusichem, Buren, Zoelen, Asch, Erichem, Kerk-Avezaath, Zoelmond
CulemborgCulemborg
DrutenAfferden, Deest, Druten, Horssen, Puiflijk
EchteldEchteld, Ochten, IJzendoorn
GeldermalsenBeesd, Buurmalsen, Deil, Geldermalsen, Acquoy, Enspijk, Gellicum, Meteren, Rhenoy, Rumpt, Tricht
HedelHedel
HeerewaardenHeerewaarden
KerkwijkBern, Bruchem, Delwijnen, Gameren, Kerkwijk, Nederhemert, Nieuwaal
KesterenKesteren, Opheusden
LingewaalHerwijnen, Vuren, Spijk
MaasdrielMaasdriel, Alem, Hoenzadriel, Kerkdriel, Velddriel
  
MaurikMaurik, Eck en Wiel, Rijswijk, Ravenswaaij
Millingen aan de RijnMillingen
NeerijnenEst en Opijnen, Haaften, Ophemert, Varik, Waardenburg, Heesselt, Hellouw, Neerijnen, Tuil, Zennewijnen
RijnwaardenTuindorp
RossumRossum, Hurwenen
TielTiel, Wadenoyen, Kapel-Avezaath, Zennewijnen, Kerk-Avezaath
UbbergenBeek (het lage gedeelte), Erlecom, Kekerdom, Leuth, Ooij, Ubbergen
West Maas en WaalWamel, Alphen, Appeltern, Dreumel, Altforst, Beneden-Leeuwen, Boven-Leeuwen, Maasbommel
ZaltbommelZaltbommel
  
Zuid-Holland 
  
GorinchemGorinchem-Oost
Hardinxveld-Giessendamhet gedeelte ten zuiden van het kanaal van Steenenhoek
LeerdamHorndijk, Lingedijk, Wilna
ZederikLexmond, Sluis, Tienhoven, de uiterwaarden van de Lekdijk
  
Utrecht 
  
AmerongenLekdijk en uiterwaarden
HoutenVeerweg
Rhenenbenedenstad
Wijk bij DuurstedeAalswaard
  
Noord-Brabant 
  
BoxmeerBeugen
CuijkSt. Agatha
EschHalsebroek
HeusdenBuitenhaven
RavensteinKeent
's-HertogenboschHenriëttewaard
St. MichielsgestelHaanwijk, Halder, Wolfsdreef, Dooibroek
VierlingsbeekVierlingsbeek, Maashees, Groeningen

Bijlage 5 als bedoeld in artikel 3, derde lid, van het Besluit subsidies waterschade 1995

 waarvan de gedeelten
Limburg 
  
HaelenHorn
HeelWessem
Maastrichthet deel van Heugem begrensd door de volgende straten: De Distelle, Kapittelstraat, Michaelsweg,Termiluslaan, De Beente
SteinMaasband, Nattenhoven
SusterenRoosteren
Tegelenhet gedeelte van de gemeente waarvoor een evacuatie-advies heeft gegolden, zoals opgenomen in de bijlage bij deze bijlage
  
Gelderland 
  
Beuningenhet gedeelte ten westen van de A50
BrakelBrakel en Poederoijen
NijmegenGedeelte van de Ooyse Schependom bestaande uit: Ooysedijk, Ooysesluispad, Ubbergseweg, Oude Ubbergseweg
LingewaalHeukelum, postcodenummers 4161 BM en 4161 BP
Wijchenhet gedeelte ten westen van de A 50
  
Noord-Brabant 
  
Boxmeerhet gedeelte bestaande uit het winterbedgebied van de Maas

Bijlage bij bijlage 5

Gedeelten van de gemeente Tegelen waarvoor een evacuatie-advies heeft gegolden.

Aalbersestraat

Abraham Kuyperstraat

Arnoldus Janssenstraat nrs. 57, 76 t/m 82

Beekstraat

Bereklauw

Boskampstraat

Bosserhofweg nrs. 2 t/m 8

Engerstraat

Goudhaver

Hoekstraat

Hoogstraat

Kampstraat

Klaproos

Kloosterstraat nrs. 1 t/m 7, 15 en 17, 31 t/m 49

Koningstraat nrs. 2 t/m 6, 8a

Lingspad

Lingsweg nrs. 38 t/m 60, 23 t/m 59

Maashoek

Maasstraat

St. Martinusstraat

Meidoornlaan

Metaalstraat

St. Michaelstraat

Middeltweg

Nabben nrs. 7, 11, 12, 13, 15 en 20

Oude Marktstraat

Patersstraat

Posthuisstraat nrs. 34 en 36

Ringelwikke

Riviersingel

Rolandstraat nrs. 24 t/m 42, 1 t/m 7

Ruys de Beerenbrouckstraat

Sequoiahof

Smidstraat

Thorbeckestraat

Valeriaan

Veerweg

Veldstraat

Venloseweg

Wilderbeekstraat nrs. 3 t/m 17, 24 t/m 46

Zilverschoon

Zusterstraat


XHistnoot

Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Economische Zaken.

Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Nederlandse Staatscourant van 12 december 1995, nr. 241.

Naar boven