Besluit van 1 augustus 1995, houdende het Warenwetbesluit Frisdranken

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 3 maart 1995 nr. DGVgz/VVP/L 95613, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers van Economische Zaken en van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Gelet op de beschikking van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie tot wijziging van de beschikking betreffende de harmonisatie der wetgevingen inzake Limonades M(94)1;

Gelet op de artikelen 3, 4, eerste lid, 8, onderdelen a, b en c, 13 en 14 van de Warenwet (Stb. 1988, 360) en op artikel ll, eerste lid, van de Wijzigingswet 1988 Warenwet (Stb. 358), jo. artikel 14a, 16, 16a en 16c van de Warenwet (Stb. 1935, 973);

Gezien het advies van de Adviescommissie Warenwet (advies van 14 september 1994, nr. 14804/(12)5);

De Raad van State gehoord (advies van 2 juni 1995, nr. W13.95.0149.);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 17 juli 1995, nr. VVP/L 951622, uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Economische Zaken en van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

  • 1. ln dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    a. procent of %: massaprocent;

    b. suikers: de waren, bedoeld in de artikelen 2, eerste lid, en 2bis, eerste lid, onder b en c, van het Suiker- en stroopbesluit (Warenwet);

    c. suikergehalte: het met behulp van de refractometer bepaalde percentage opgeloste droge stof, uitgedrukt als saccharose;

    d. koolzuur: kooldioxide (E 290) zoals omschreven in het Conserveer- middelenbesluit (Warenwet);

    e. kinine: kinine en de zouten van kinine zoals omschreven in de Nederlandse Pharmacopee (achtste uitgave, deel ll, pagina 502–504);

    f. kininegehalte: de som der gehaltes aan de onder e genoemde stoffen, berekend als kininebasis (C20H24N2O2);

    g. cafeïne: coffeïne of coffeïnemonohydraat(cafeïnemonohydraat) zoals omschreven in de Nederlandse Pharmacopee (achtste uitgave deel ll, pagina 535 en 536);

    h. cafeïnegehalte: de som der gehaltes aan de onder g genoemde stoffen, berekend als coffeïne (cafeïne).

  • 2. Dit besluit is niet van toepassing op eet- en drinkwaren die in een andere lid-staat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte rechtmatig zijn bereid en in het verkeer gebracht, onder de voorwaarde dat de etikettering daarvan de consument op passende wijze informeert over de aard en de kenmerken van die waren, ten einde een onderscheid mogelijk te maken met de in dit besluit bedoelde waren.

Artikel 2

  • 1. Het is verboden frisdranken te bereiden en te verhandelen anders dan met inachtneming van de voorschriften, bij dit besluit aan de desbetreffende waar gesteld.

  • 2. Het is verboden frisdranken te verhandelen anders dan met inachtneming van de voorschriften bij dit besluit gesteld met betrekking tot hun aanduiding en tot het bezigen van vermeldingen en voorstellingen.

  • 3. Het is verboden met gebruikmaking van de bij dit besluit aangegeven aanduidingen, andere waren te verhandelen dan die waaraan die aanduidingen bij dit besluit zijn voorbehouden.

Artikel 3

De aanduiding limonade of frisdrank mag uitsluitend worden gebezigd voor een al dan niet koolzuurhoudende, niet-alcoholhoudende drank, bestaande uit water, suikers en aroma's, waaraan eetbare delen van vruchten of van planten en vruchtesappen mogen zijn toegevoegd.

Artikel 4

  • 1. lndien een van de aanduidingen vruchtenlimonade of limonade met vruchtesap, of vruchtenfrisdrank of frisdrank met vruchtesap is gebruikt, waarbij het woord «vruchte(n)» al dan niet is vervangen door de naam van de gebruikte vrucht(en), of «bitter» vergezeld van de naam van de vrucht, bevat de als zodanig in de handel gebrachte drank ten minste 10% vruchtesappen of overeenkomstige hoeveelheid concentraat.

  • 2. lndien de aanduiding «tonic» is gebruikt betreft het een limonade of frisdrank met vruchten- of plantenextract, is de desbetreffende drank helder en bevat ten minste 40 mg/l kinine.

  • 3. ln plaats van de aanduiding «vruchtenlimonade» of «vruchtenfrisdrank» mag de aanduiding «bitter» vergezeld van de naam van de vrucht worden gebruikt, indien de aldus aangeduide drank maximaal 40 mg/l kinine bevat.

  • 4. Voor de waren bedoeld in de voorgaande leden waaraan kinine is toegevoegd, wordt tevens gebezigd de vermelding «bevat kinine», tenzij de aanwezigheid van deze stof al is vermeld in de lijst van ingrediënten.

  • 5. Voor de waren bedoeld in artikel 3, waaraan cafeïne is toegevoegd, wordt tevens gebezigd de vermelding «bevat cafeïne», tenzij de aanwezigheid van deze stof al is vermeld in de lijst van ingrediënten.

Artikel 5

  • 1. Het bij de bereiding van de in dit besluit bedoelde waren gebruikte natuurlijk mineraalwater onderscheidenlijk bronwater voldoet aan het Natuurlijk mineraal- en bronwaterbesluit (Warenwet). Het in de frisdrank gebruikte mineraalwater mag uitsluitend op de plaats van winning worden afgevuld.

  • 2. De in artikel 3 bedoelde waren bevatten, voor wat betreft de hieronder genoemde stoffen, de volgende maximale gehaltes:

    a. glycerolester van colofonium, afkomstig van de gebruikte aroma's: 100 mg/l

    b. cafeïne (v.w.b. dranken met planten- of vruchtenextracten): 150 mg/l

    c. kinine (en zijn zouten), uitgedrukt als kininebase: 85 mg/l

    d. kinine (en zijn zouten), uitgedrukt als kininebase (voor wat

    betreft dranken met vruchtesap): 40 mg/l

    e. ethylalcohol: 5 g/l

Artikel 6

  • 1. ln de overeenkomstig dit besluit voor een waar vastgestelde aanduidingen mogen de woorden «vruchten» of «planten» worden vervangen door de na(a)m(en) van de vruchten- of plantensoort waaruit de waar is bereid.

  • 2. Voor de waren bedoeld in artikel 3 die niet zijn aangeduid als «vruchtenlimonade» , «limonade met vruchtesap», «vruchtenfrisdrank» of «frisdrank met vruchtesap» worden niet gebezigd aanduidingen in woord of beeld die betrekking hebben op vruchten.

Artikel 7

  • 1. Als methoden van onderzoek welke bij uitsluiting beslissend zijn voor de vaststelling of al dan niet is voldaan aan de bij of krachtens dit besluit gestelde regels, worden aangewezen microbiologische onderzoekingsmethoden, chromatografische en andere scheidingsmethoden, organoleptische bepalingsmethoden en detectiemethoden.

  • 2. Onze Minister kan, in overeenstemming met Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en gehoord de Adviescommissie Warenwet, omtrent de in het eerste lid bedoelde methoden nadere regels stellen.

Artikel 8

Het Frisdranken- en siropenbesluit (Warenwet) wordt ingetrokken.

Artikel 9

Het Warenwetbesluit Zoetstoffen1 wordt gewijzigd als volgt:

ln de bijlage onder A. Kunstmatige zoetstoffen wordt toegevoegd:

5. Neohesperidine

Naam van de stof: neohesperidine di-hydrochalcon

Chemische benaming: 2-0-L-rhamnopyranosyl-1 -4'-b-D-glucopyranosylhesperetine dihydrochalcon.

Artikel 10

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Artikel 11

Dit besluit wordt aangehaald als: Warenwetbesluit Frisdranken.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 1 augustus 1995

Beatrix

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. G. Terpstra

Uitgegeven de negentiende september 1995

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

NOTA VAN TOELICHTING

lnleiding

Met dit besluit wordt de Benelux-beschikking van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie tot wijziging van de beschikking betreffende de harmonisatie der wetgevingen inzake Limonades van 7 februari 1994 M(94) 1 in de Nederlandse wetgeving geïmplementeerd.

Algemeen

De wijziging van de bovengenoemde beschikking was om verschillende redenen gewenst. De belangrijkste was de noodzaak om de regeling meer expliciet in overeenstemming te brengen met de eisen van artikel 30–36 van het EEG-Verdrag. Daarnaast zijn enkele veranderingen opgenomen, die wenselijk zijn vanuit een oogpunt van produktinnovatie. Van de wijziging van de beschikking is gebruik gemaakt om het Frisdranken- en siropenbesluit (Warenwet) in te trekken en te vervangen door een nieuw besluit, waarin ook andere bepalingen van het (oude) besluit zijn herzien.

ARTIKELGEWIJS

Zoals gebruikelijk bevat artikel 1 een aantal definities van begrippen die in het besluit worden gehanteerd. Zij komen overeen met de desbetreffende omschrijvingen opgenomen in het «oude» Frisdranken- en siropenbesluit (Warenwet). Door de andere opzet kunnen echter ten opzichte van dat besluit een aantal begrippen vervallen. Voorts is voor de definitie van suikers nu verwezen naar de waren bedoeld in het Suiker- en stroopbesluit (Warenwet).

Zoals in de regelingen die gebaseerd zijn op de nieuwe Warenwet gebruikelijk is, zijn in artikel 2 de verbodsbepalingen opgenomen van de in de volgende artikelen gestelde eisen, voorwaarden en andere met betrekking tot, in casu, frisdranken gestelde voorschriften.

ln artikel 3 wordt bepaald wanneer de aanduiding frisdrank of limonade mag worden gebezigd. Om redenen die voortvloeien uit het EG-recht wordt niet meer vereist dat produkten die voldoen aan de in dit artikel gegeven omschrijving ook als zodanig moeten worden aangeduid. Het staat een producent vrij om van de aanduiding af te wijken mits de alternatieve aanduiding voldoende duidelijk is en de consument voldoende informatie geeft omtrent de ware aard van het produkt.

Artikel 4 bevat een aantal bepalingen ten aanzien van de etikettering van frisdranken. ln het eerste lid wordt bepaald dat indien de aanduiding vruchtenlimonade en dergelijke wordt gebruikt, het produkt ten minste 10% vruchtesap dient te bevatten. Uiteraard mag de aanduiding worden vervangen door de naam van de gebruikte vrucht. Aangezien het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen vereist dat uit de verkoopbenaming de ware aard van het produkt blijkt, is geen apart voorschrift opgenomen voor de categorie «limonade met vruchten- of plantenextract». Er wordt van uitgegaan dat deze aanduiding als uitvloeisel van bovengenoemd besluit gebruikt zal worden voor de daarvoor in aanmerking komende produkten. De bepalingen in het tweede, derde, vierde en vijfde lid en in artikel 5 kwamen ook in het oude besluit voor en zijn in het nieuwe besluit gehandhaafd. Het eerste lid van artikel 6 geeft de mogelijkheid om in plaats van de aanduidingen waarin de woorden vruchten of planten voorkomen, deze aanduidingen te vervangen door de specifieke naam van de vrucht of plant. ln het tweede lid wordt bepaald dat indien op het etiket of in de presentatie van het produkt afbeeldingen van vruchten worden gebezigd, dit produkt wordt opgevat als zijnde een vruchtenlimonade. Artikel 7 verklaart bekende onderzoeksmethoden van toepassing bij de controle op de naleving van het bepaalde in of krachtens dit besluit. ln voorkomend geval kunnen echter door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bijzondere methoden worden vastgesteld, met name in geval er discussie zou kunnen ontstaan over de te gebruiken methode.

Door middel van artikel 8 wordt het oude Frisdranken- en siropenbesluit (Warenwet) ingetrokken en daarmee vervalt ook de daarop gebaseerde vrijstellingsregeling.

Door middel van artikel 9 wordt de bijlage van het Warenwetbesluit Zoetstoffen gewijzigd. Hierdoor wordt de stof neohesperidine di-hydrochalcon toegelaten voor gebruik in frisdranken.

CONCORDANTIETABEL

WARENWETBESLUlT FRlSDRANKEN

BNL LimonadesWW Frisdranken
1.1.3.
1.2.WW Voedingswaarde-informatie
2.aanhef 1e deelstreepje3/6 en WW Regeling Gebruik levensmiddelenadditieven in frisdranken
2.aanhef 2e deelstreepje5.2a.
2.A.1.WW Bereiding en behandeling levensmiddelen
2.A.2.1.b.
2.A.3/4.3.
2.B.1/2/3/4/5/6/8/10/11.WW Regeling Gebruik levensmiddelenadditieven in frisdranken
2.B.7.1.5.2.b.
2.B.7.2.5.2.c en d.
2.B.9.WW Regeling Gebruik levensmiddelenadditieven in frisdranken
3.1.2.
3.2.1.b en d.
3.3./4/5.WW Bereiding en behandeling levensmiddelen
3.6.WW Verpakkingen en gebruiksartikelen
3.7.5.2.e.
3.8.PGF-verordening Vruchtesappen
4.1.a.3.
4.1.b.WW Etikettering van levensmiddelen
4.1.c.4.1.
4.2.6.1.
4.3.4.2.
4.4.4.3.
4.5.4.1.
4.6.WW Zoetstoffen
4.7.3.
5.1.5.1.
5.2.WW Natuurlijk Mineraal- en bronwater
6.6.2.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. G. Terpstra


XNoot
1

Stb. 1989, 548.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven