Besluit van 12 april 1995, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Algemene bijstandswet en de Invoeringswet herinrichting Algemene Bijstandswet

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 12 april 1995, WBJA/950451;

Gelet op artikel 148 van de Algemene bijstandswet en artikel 61 van de Invoeringswet herinrichting Algemene Bijstandswet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Met ingang van 1 januari 1996 treden in werking:

a. de Algemene bijstandswet;

b. de Invoeringswet herinrichting Algemene Bijstandswet.

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 12 april 1995

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. P. W. Melkert

Uitgegeven de dertiende april 1995

De Minister van Justitie a.i.,

H. F. Dijkstal

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit voorziet in de inwerkingtreding met ingang van 1 januari 1996 van de Algemene bijstandswet en de Invoeringswet herinrichting Algemene Bijstandswet. Deze twee wetten vormen de zogeheten herinrichting van de (oude) Algemene Bijstandswet. Deze herinrichting is thans voor wat betreft de wetgeving in formele zin voltooid. Inwerkingtreding op een later tijdstip dan 1 januari 1996 van bepaalde artikelen of van onderdelen daarvan – een mogelijkheid waarmee de wetgever blijkens de wettelijke inwerkingtredingsbepalingen rekening heeft gehouden – is niet nodig gebleken.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. P. W. Melkert

Naar boven