Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is te voorkomen
dat de in de Wet individuele huursubsidie neergelegde systematiek van vaststelling
van huursubsidietabellen ten aanzien van enige huurder die een bijdrage op
voet van die wet ontvangt, leidt tot een hoogte van die bijdrage die niet
met de bedoeling van die wet in overeenstemming is;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg
der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
In deze wet wordt verstaan onder:
a. de bijdrage: de bijdrage, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de
Wet individuele huursubsidie;
b. het lopende tijdvak: het tijdvak dat is aangevangen op 1 juli 1994
en loopt tot en met 30 juni 1995.
ARTIKEL II
In artikel 8, onderdeel a, van de Wet individuele huursubsidie1 wordt «dat naar het oordeel van Onze Minister in bestedingsmogelijkheden
overeenkomt met 70 procent van het minimumloon» vervangen door: dat
f 21 400 bedraagt.
ARTIKEL III
In artikel IX, eerste lid, onderdeel c, van de wet van 24 juni 1992 (Stb.
316) ter beperking en herschikking van de uitgaven voor individuele huursubsidie
wordt «1 juli 1993» vervangen door: 1 juli 1994.
ARTIKEL IV
Bij ministeriële regeling:
a. worden de huursubsidietabellen I en II, bedoeld in artikel 6, eerste
lid, van de Wet individuele huursubsidie, de huursubsidietabel IIB, vastgesteld
krachtens artikel IX, derde lid, van de in artikel III genoemde wet, alsmede
de in overeenstemming met de artikelen 16, tweede volzin, van de Wet individuele
huursubsidie en XI van de in artikel III genoemde wet vastgestelde huursubsidietabellen
III, IIIA, IIIB en IIIC met terugwerkende kracht tot en met 1 juli 1994 vervangen,
en
b. wordt de factor, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, onder
c, van de Wet individuele huursubsidie met terugwerkende kracht tot en met
1 juli 1994 gewijzigd.
ARTIKEL V
Artikel 8, onderdeel a, van de Wet individuele huursubsidie, en artikel
IX, eerste lid, onderdeel c, van de in artikel III genoemde wet, zoals die
bepalingen luidden op 30 juni 1994, alsmede de krachtens artikel IV vervangen
huursubsidietabellen en factor, blijven gedurende het lopende tijdvak van
toepassing, voor zover toepassing van een krachtens artikel IV, onderdeel
a, vastgestelde huursubsidietabel ertoe zou leiden, dat de bijdrage gelijk
blijft aan of lager wordt dan de bijdrage die is vastgesteld onder toepassing
van de dienovereenkomstige huursubsidietabel die krachtens artikel IV, onderdeel
a, is vervangen.
ARTIKEL VI
Indien de toepassing van een krachtens artikel IV, onderdeel a, vervangen
huursubsidietabel ertoe heeft geleid dat de bijdrage lager is vastgesteld
dan in de situatie dat de krachtens artikel IV vastgestelde huursubsidietabellen
en factor vóór de aanvang van het lopende tijdvak waren vastgesteld,
wordt de bijdrage voor dat tijdvak zodanig hoger vastgesteld, dat de voor
de betrokken huurder opgetreden nadelige financiële gevolgen van die
toepassing vóór de aanvang van het op dat tijdvak volgende tijdvak
zijn opgeheven.
ARTIKEL VII
Een nadere beslissing omtrent verstrekking van een bijdrage, als bedoeld
in artikel 22 van de Wet individuele huursubsidie, geschiedt ten aanzien van
het lopende tijdvak mede met in aanmerking neming van de krachtens artikel
IV van deze wet vastgestelde huursubsidietabellen en factor, onverminderd
het bepaalde in artikel V.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst
en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
XNoot
1Stb. 1992, 413, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 17 november 1994,
Stb. 858.
XHistnoot
Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:
Kamerstukken II 1993/94, 1994/95,23 873
Handelingen II 1994/95, blz. 1322
Kamerstukken I 1994/95, 23 873 (129, 129a, 129b)
Handelingen I 1994/95, zie vergadering d.d. 14 februari 1995.