A. TITEL

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting op het gebied van belastingen van het inkomen en van het vermogen alsmede van verscheidene andere belastingen en tot het regelen van andere aangelegenheden op belastinggebied; (met Protocollen en nota’s)

’s-Gravenhage, 16 juni 1959

B. TEKST

De tekst van de Overeenkomst, met Protocollen en nota’s, is geplaatst in Trb. 1959, 85.

Zie voor de tekst van het Derde Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst rubriek J van Trb. 2004, 185.


Op 26 juli en 11 augustus 2006 is in het kader van de onderhavige Overeenkomst een briefwisseling tot stand gekomen houdende een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland betreffende de aanwijzing van het bedrijventerrein „Avantis’’ als grensoverschrijdend bedrijventerrein. De Nederlandse en de Duitse tekst van de briefwisseling luidt als volgt:

Nr. I

De Tijdelijk Zaakgelastigde van de Bondsrepubliek Duitsland

Den Haag, 26 juli 2006

Ref.: Re-551.20

Mijnheer de Minister,

Ik heb de eer u namens de Bondsrepubliek Duitsland, gelet op artikel1 van het Derde aanvullend protocol van 4 juni 2004 bij de Overeenkomst van 16 juni 1959 tussen de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden tot het vermijden van dubbele belasting op het gebied van belastingen van het inkomen en van het vermogen alsmede van verscheidene andere belastingen en tot het regelen van andere aangelegenheden op belastinggebied, de volgende overeenkomst voor de aanwijzing van een grensoverschrijdend bedrijventerrein in de zin van het nieuwe artikel 2, eerste lid, van de Overeenkomst voor te stellen:

1. Het grensoverschrijdende bedrijventerrein „Avantis’’ bevindt zich in de nabijheid van de grensovergang van de snelweg E 314 en het knooppunt „Bocholtz’’ op de gezamenlijke stadsgrens van de steden Aken (Bondsrepubliek Duitsland) en Heerlen (Koninkrijk der Nederlanden). Het terrein is vastgesteld door het bestemmingsplan nr. 800 van de stad Aken van 18 juni 1997, bekendgemaakt op 12 maart 1998, en het bestemmingsplan van de Gemeente Heerlen van 4 maart 1997, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg op 14 oktober 1997, en bekend gemaakt op 26 februari 2003. De Nederlands-Duitse landsgrens vormt tussen de grenspalen nr. 211 en nr. 216 de gemeenschappelijke kadastrale grens tussen deze beide bestemmingsplannen. Het grensoverschrijdende bedrijventerrein is ten opzichte van het daar omheen liggende gebied naar buiten toe begrensd door de kadastrale grenzen van beide bestemmingsplannen.

Op grond van het vorenstaande wordt het bovenomschreven bedrijventerrein „Avantis’’ aangewezen als een grensoverschrijdend bedrijventerrein in de zin van artikel 2, eerste lid, onderdeel 6, van de Overeenkomst.

2. Deze aanwijzing geldt voor belastingjaren die op of na 1 januari 2005 aanvangen.

3. Deze overeenkomst blijft net zo lang van kracht als de Overeenkomst, tenzij deze overeenkomst door een Verdragsluitende Staat wordt opgezegd. Elke Verdragsluitende Staat kan, met inachtneming van een termijn van ten minste zes maanden, de overeenkomst langs diplomatieke weg tegen het einde van een kalenderjaar opzeggen.

4. Deze overeenkomst wordt gesloten in de Duitse en in de Nederlandse taal, zijnde beide teksten gelijkelijk authentiek.

Indien het Koninkrijk der Nederlanden verklaart in te stemmen met de onder de nummers 1 tot en met 4 gedane voorstellen, zullen deze brief en de antwoordbrief van uwe Excellentie, waarin de instemming van het Koninkrijk der Nederlanden tot uitdrukking wordt gebracht, een overeenkomst tussen onze beide landen vormen, die in werking treedt op de eerste dag van de derde maand nadat de laatste van de mededelingen is ontvangen waarin de verdragsluitende staten elkaar hebben meegedeeld dat aan de grondwettelijke voorwaarden voor de inwerkingtreding is voldaan.

Sta mij toe, mijnheer de Minister, u te verzekeren van mijn zeer bijzondere hoogachting.

BERTHOLD JOHANNES

Zijner Excellentie De Minister van Buitenlandse Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden Dr. Bernard Bot Den Haag


Nr. II

Minister van Buitenlandse Zaken

Den Haag, 11 augustus 2006

Ref. Re-551.20

Excellentie,

Ik heb de eer de ontvangst te bevestigen van uw brief van 26 juli 2006, die als volgt luidt:

(zoals in Brief Nr. I)

Ik heb de eer u mede te delen dat het Koninkrijk der Nederlanden verklaart te kunnen instemmen met de voorstellen van de Bondsrepubliek Duitsland, en dat Uw brief en deze antwoordbrief een overeenkomst vormen die in werking treedt op de eerste dag van de derde maand nadat de laatste van de mededelingen is ontvangen waarin de verdragsluitende staten elkaar hebben meegedeeld dat aan de grondwettelijke voorwaarden voor de inwerkingtreding is voldaan.

Dr. Berthold Johannes Zijner Excellentie De Tijdelijk Zaakgelastigde van de Bondsrepubliek Duitsland DEN HAAG

B. R. BOT


Nr. I

Der Geschäftsträger ad interim der Bundesrepublik Deutschland

Den Haag, den 26. Juli 2006

Gz.: Re-551.20

Herr Minister,

ich beehre mich, Ihnen im Namen der Bundesrepublik Deutschland unter Bezugnahme auf Artikel 1 des Dritten Zusatzprotokolls vom 4. Juni 2004 zum Abkommen vom 16. Juni 1959 zwischen der Bundesrepublik Deutschland und dem Königreich der Niederlande zur Vermeidung der Doppelbesteuerung auf dem Gebiete der Steuern vom Einkommen und vom Vermögen sowie verschiedener sonstiger Steuern und zur Regelung anderer Fragen auf steuerlichem Gebiete folgende Vereinbarung zur Bestimmung eines Gewerbegebiets im Sinne des neuen Artikels 2 Absatz 1 des Abkommens vorzuschlagen:

1. Das grenzüberschreitende Gewerbegebiet »Avantis« liegt nahe des Grenzübergangs der Autobahn E 314 und des »Knooppunt Bocholtz« an der gemeinsamen Stadtgrenze der Städte Aachen (Bundesrepublik Deutschland) und Heerlen (Königreich der Niederlande). Es wurde festgesetzt durch den Bebauungsplan Nr. 800 der Stadt Aachen vom 18. Juni 1997, bekannt gemacht am 12. März 1998, und den Bestemmingsplan der Gemeente Heerlen vom 4. März 1997, genehmigt durch die Gedeputeerde Staten der Provincie Limburg am 14. Oktober 1997, bekannt gemacht am 26. Februar 2003. Die deutsch-niederländische Staatsgrenze ist zwischen den Grenzpfählen Nr. 211 und Nr. 216 die gemeinsame Verfahrensgrenze dieser beiden Rechtspläne. Das grenzüberschreitende Gewerbegebiet wird gegenüber der sie umgebenden freien Landschaft durch die Verfahrensgrenzen der beiden Bauleitpläne nach außen abgegrenzt.

Aufgrund des Vorstehenden wird das oben beschriebene Gewerbegebiet »Avantis« zu einem grenzüberschreitenden Gewerbegebiet im Sinne des Artikels 2 Absatz 1 Nummer 6 des Abkommens bestimmt.

2. Diese Bestimmung gilt für Steuerjahre, die am oder nach dem 1. Januar 2005 beginnen.

3. Diese Vereinbarung bleibt solange in Kraft wie das Abkommen, sofern sie nicht von einem Vertragsstaat gekündigt wird. Jeder Vertragsstaat kann die Vereinbarung auf diplomatischem Weg unter Einhaltung einer Frist von mindestens sechs Monaten zum Ende eines Kalenderjahres kündigen.

4. Diese Vereinbarung wird in deutscher und niederländischer Sprache geschlossen, wobei jeder Wortlaut gleichermaßen verbindlich ist.

Falls sich das Königreich der Niederlande mit den unter den Nummern 1 bis 4 gemachten Vorschlägen einverstanden erklärt, werden diese Note und die das Einverständnis des Königreichs der Niederlande zum Ausdruck bringende Antwortnote Eurer Exzellenz eine Vereinbarung zwischen unseren beiden Staaten bilden, die am ersten Tag des dritten Monats in Kraft tritt, nachdem die Vertragsstaaten einander mitgeteilt haben, dass die verfassungsmäßigen Voraussetzungen für das Inkrafttreten erfüllt sind. Maßgebend ist der Tag des Eingangs der letzten Mitteilung.

Genehmigen Sie, Herr Minister, die Versicherung meiner ausgezeichnetsten Hochachtung.

BERTHOLD JOHANNES

Seiner Exzellenz dem Minister für Auswärtige Angelegenheiten des Königreichs der Niederlande Herrn Dr. Bernard Bot Den Haag


Nr. II

Minister van Buitenlandse Zaken

Den Haag, 11 August 2006

Gz.: Re-551.20

Herr Geschäftsträger,

ich beehre mich, den Eingang Ihrer Note vom 26. Juli 2006 zu bestätigen, die wie folgt lautet:

(zoals in Brief Nr. I)

Ich beehre mich, Ihnen mitzuteilen, dass sich das Königreich der Niederlande mit den Vorschlägen der Bundesrepublik Deutschland einverstanden erklärt. Ihre Note und diese Antwortnote bilden somit eine Vereinbarung zwischen dem Königreich der Niederlande und der Bundesrepublik Deutschland, die am ersten Tag des dritten Monats in Kraft tritt, nachdem die Vertragsstaaten einander mitgeteilt haben, dass die verfassungsmäßigen Voraussetzungen für das Inkrafttreten erfüllt sind. Maßgebend ist der Tag des Eingangs der letzten Mitteilung.

Herrn Berthold Johannes Seiner Excellentie Dem Geschäftsträger ad interim der Bundesrepublik Deutschland DEN HAAG

B. R. BOT


D. PARLEMENT

Zie Trb. 1960, 107 en Trb. 2005, 20.


Het in de brieven vervatte verdrag behoeft ingevolge artikel 7, onderdeel b, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.

E. BEKRACHTIGING

Zie Trb. 1960, 107.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1960, 107 en Trb. 2005, 20.


De bepalingen van het in de brieven vervatte verdrag zullen ingevolge het gestelde in de laatste alinea van brieven I en II in werking treden op 1 november 2006.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, zal het in de brieven vervatte verdrag alleen voor Nederland gelden.

J. VERWIJZINGEN

Zie voor verwijzingen en andere verdragsgegevens Trb. 1959, 85, Trb. 1960, 107 en Trb. 2004, 185.

Uitgegeven de vijftiende september 2006

De Minister van Buitenlandse Zaken,

B. R. BOT

Naar boven