Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 20 januari 2014, nr. BOACAT2014/003, strekkende tot aanwijzing van buitengewoon opsporingsambtenaren bij de Directie Beheer en Handhaving van Stadsdeel Zuidoost van de gemeente Amsterdam

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelezen het verzoek van de manager Handhaving van de Directie Beheer en Handhaving van het Stadsdeel Zuidoost van de gemeente Amsterdam van 15 oktober 2013 en de adviezen van de hoofdofficier van justitie bij het arrondissementsparket Amsterdam en de korpschef als bedoeld in artikel 27 van de Politiewet 2012;

Gelet op:

  • artikel 142, eerste lid, aanhef en onder b en derde lid, van het Wetboek van Strafvordering;

  • artikel 7, zevende lid, van de Politiewet 2012;

  • artikel 36, eerste lid, en artikel 41, tweede lid, van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

  • artikel 17, eerste lid, aanhef en onder 2, van de Wet op de economische delicten.

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder buitengewoon opsporingsambtenaar: de persoon als bedoeld in artikel 2.

Artikel 2

De personen, werkzaam in de functie van:

  • a) handhaver

  • b) senior handhaver

in dienst van de Directie Beheer en Handhaving van het Stadsdeel Zuidoost van de gemeente Amsterdam, zijn aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar.

Artikel 3

  • 1. De buitengewoon opsporingsambtenaar is bevoegd tot het opsporen van de strafbare feiten behorend tot het domein I Openbare Ruimte, van bijlage A-I van de Circulaire Buitengewoon opsporingsambtenaar.

  • 2. De buitengewoon opsporingsambtenaar is bevoegd tot het opsporen van de strafbare feiten behorend tot het domein II Milieu, welzijn en infrastructuur, van bijlage A-I van de Circulaire Buitengewoon opsporingsambtenaar.

  • 3. De opsporingsbevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, geldt voor het grondgebied van Nederland, voor zover noodzakelijk voor een goede vervulling van de aan de functie gerelateerde taken.

  • 4. De buitengewoon opsporingsambtenaar vermeldt in zijn processen-verbaal en schriftelijke verslagleggingen het in het eerste lid en tweede lid genoemde domeinen.

Artikel 4

Op grond van dit besluit kunnen maximaal 23 personen als buitengewoon opsporingsambtenaar worden beëdigd, waarvan 12 personen in het domein I Openbare Ruimte en 11 personen in het domein II Milieu, welzijn en infrastructuur.

Artikel 5

  • 1. Als toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon Opsporingsambtenaar van de in artikel 3, eerste lid, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de hoofdofficier van justitie bij het arrondissementsparket Amsterdam.

  • 2. Als toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon Opsporingsambtenaar van de in artikel 3, tweede lid, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de hoofdofficier van justitie bij het Functioneel Parket.

  • 3. Als direct toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de korpschef, als bedoeld in artikel 27 van de Politiewet 2012.

Artikel 6

De buitengewoon opsporingsambtenaar kan de in artikel 7, eerste en derde lid, van de Politiewet 2012 omschreven bevoegdheden uitoefenen met gebruikmaking van handboeien en een wapenstok.

Artikel 7

  • 1. De manager Handhaving van de Directie Beheer en Handhaving van het Stadsdeel Zuidoost van de gemeente Amsterdam brengt jaarlijks, voor 1 april, verslag uit over:

    • a. het aantal buitengewoon opsporingsambtenaren werkzaam in de in artikel 2 genoemde functies;

    • b. de door die buitengewoon opsporingsambtenaren verrichte activiteiten;

    • c. de stand van zaken met betrekking tot de opleiding van die buitengewoon opsporingsambtenaren, waarbij in ieder geval wordt aangegeven hoeveel personen in het verslagjaar zijn aangemeld voor het door de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie goedgekeurde examen en hoeveel personen in dat jaar voor dat examen zijn geslaagd.

  • 2. Dit verslag wordt toegezonden aan de in artikel 5 bedoelde toezichthouder en direct toezichthouder en aan het Ministerie van Veiligheid en Justitie, Dienst Justis, afdeling V&T, Postbus 20300, 2500 EH Den Haag.

Artikel 8

Het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van het Stadsdeel Zuidoost van de gemeente Amsterdam, domein I Openbare Ruimte en domein II Milieu, welzijn en infrastructuur 2013 van 30 januari 2013, nr. BOACAT2013/001, zal vervallen op 4 februari 2014.

Artikel 9

De op naam gestelde akten van beëdiging en de overige benoemingsbescheiden, afgegeven mede op basis van het in artikel 8 genoemde besluit, worden geacht mede te zijn afgegeven op basis van dit besluit.

Artikel 10

Dit besluit treedt in werking met ingang van 4 februari 2014 en vervalt op 4 februari 2015.

Artikel 11

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van het Stadsdeel Zuidoost van de gemeente Amsterdam, domein I Openbare Ruimte en domein II Milieu, welzijn en infrastructuur 2014.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 20 januari 2014

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, namens deze: A.A.A.M. Huldy, Afdelingsmanager V&T, wnd.

Bezwaar maken

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit bezwaar maken bij de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. U doet dit door een gemotiveerd bezwaarschrift in te dienen binnen zes weken na dagtekening van dit besluit. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar het volgende adres:

Dienst Justis

Team BTR

Postbus 20300

2500 EH Den Haag

U kunt uw bezwaarschrift ook door uw gemachtigde in laten dienen. Als de gemachtigde geen advocaat is, voeg dan een machtiging bij uw bezwaarschrift.

Zorg ervoor dat uw bezwaarschrift in elk geval het volgende bevat:

  • uw naam en adres;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van de beslissing waartegen u bezwaar wilt maken. U kunt ook een kopie van de beslissing meesturen;

  • de gronden van uw bezwaar;

  • uw handtekening of de handtekening van uw gemachtigde.

TOELICHTING

Artikel 8 brengt geen wijziging in de resterende looptijd van de afgegeven aktes.

Naar boven