Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 mei 2019
Tijdens de behandeling in uw Kamer van het wetsvoorstel Wijziging van de Wet verbod
pelsdierhouderij in verband met het toevoegen van de bevoegdheid tot het opleggen
van bestuursrechtelijke herstelsancties ter handhaving van die wet (Kamerstuk 35 006) op 13 februari jongstleden (Handelingen II 2018/19, nr. 53, item 7), heb ik aangegeven met de pelsdiersector in overleg te gaan. Daarbij heb ik toegezegd
uw Kamer te zullen informeren over de uitkomsten van dat overleg.
Ik heb op 25 april jongstleden een overleg gevoerd met een delegatie van de Nederlandse
Federatie van Edelpelsdierhouders (NFE) en LTO. Bij het overleg was ook de wethouder
van de gemeente Gemert-Bakel aanwezig, in deze gemeente bevinden zich diverse pelsdierhouderijen.
De sector sprak met mij over de slechte economische situatie in de sector, over de
door de sector gesignaleerde knelpunten in de subsidieregeling voor sloop- en ombouw
en het onvoldoende tot besteding komen van de financiële middelen voor het flankerend
beleid. Ik heb de sector toegezegd de subsidieregeling voor sloop en ombouw te verruimen
binnen de huidige financiële kaders en te streven naar een zo volledig mogelijke besteding
van de financiële middelen voor het flankerend beleid. Verruiming is mogelijk door
meer sloopitems subsidiabel te maken, zoals het verwijderen en afvoeren van de omheining,
het verhogen van het subsidiepercentage (nu 50%) bij sloop en het verhogen van het
maximale subsidiebedrag.
Hiervoor is een wijziging nodig van het Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten
pelsdierhouderij. Het ontwerp wijzigingsbesluit zal worden voorgehangen bij beide
Kamers der Staten-Generaal en zal waarschijnlijk moeten worden genotificeerd bij en
goedgekeurd door de Europese Commissie. Ik zal de wijzigingsprocedure van het besluit
voortvarend ter hand nemen, de sector is immers gebaat bij een zo spoedig mogelijke
aanpassing.
Voorts is gesproken over de lange vergunningprocedures waarmee ondernemers worden
geconfronteerd die kiezen voor ombouw van hun pelsdierhouderij naar een andere landbouwactiviteit
of niet-landbouwactiviteit. De sector benadrukt daarbij dat de mogelijkheden daartoe en/of het economisch
perspectief beperkt zijn. De gemeente Gemert-Bakel zal samen met enkele andere gemeentes,
de sector, provincie Noord-Brabant en mijn ministerie nagaan welke oplossingsrichtingen
zij bij ombouw zien en welke mogelijkheden er zijn om de procedures rondom het ombouwproces
te versnellen.
Ik heb de sector in 2018 gevraagd een Sociaal Economisch Plan (SEP) op te stellen
om de ondernemers en medewerkers in de pelsdierhouderij perspectief te bieden voor
de vergaande sociale en economische gevolgen van de gedwongen beëindiging van de pelsdierhouderij.
De sector zal dit plan, gericht op advisering, kennisoverdracht, omscholing, beroepsopleidingen
en voorlichting, binnenkort indienen voor subsidiëring door mijn ministerie.
Ik streef er naar om het Sociaal Economisch Plan van de sector op zo kort mogelijke
termijn beschikbaar te maken en het te wijzigen besluit in de tweede helft van 2019
bij beide Kamers voor te hangen.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten