Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 april 2015
Hierbij bied ik u het rapport «Vervolgonderzoek vuurwerkongevallen 2014–2015» aan1. Het onderzoek is in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu uitgevoerd
door Veiligheid NL. Met deze brief wordt u bovendien geïnformeerd over de acties die
ondernomen worden om het aantal ongevallen terug te dringen.
Belangrijkste conclusies van het onderzoek
De vraag die centraal stond bij het onderzoek was «welke soorten vuurwerk zorgen voor
wat voor soort ongevallen?» Er zijn, grofweg, twee soorten vuurwerk: illegaal en legaal.
Onder illegaal vuurwerk wordt, in dit verband, vuurwerk verstaan dat wel aan vuurwerkprofessionals
mag worden verkocht, maar niet aan gewone consumenten. Legaal vuurwerk is vuurwerk
dat aan gewone consumenten mag worden verkocht volgens de Regeling aanwijzing consumenten-
en theatervuurwerk.
Uit het onderzoek blijkt dat in de betreffende periode iets meer dan tweederde van
alle ongevallen waarin het soort vuurwerk bekend is, veroorzaakt werd door legaal
vuurwerk en iets minder dan eenderde door illegaal vuurwerk.
Verder werd onder meer het volgende geconstateerd:
-
− 66% van alle ongevallen met oogletsel werd veroorzaakt door legaal vuurwerk
-
− 80% van alle ongevallen met brandwonden werd veroorzaakt door legaal vuurwerk
-
− 100% van alle ongevallen die leidden tot amputatie werd veroorzaakt door illegaal
vuurwerk (zwaar knalvuurwerk).
Maatregelen om het aantal vuurwerkongevallen terug te dringen
Zoals reeds aangekondigd in de brief van 13 maart 20152 over het verloop van de jaarwisseling 2014–2015, zal dit jaar naast de aanpak van
het illegale vuurwerk ook worden gewerkt aan het terugdringen van het aantal ongevallen
als gevolg van legaal vuurwerk. Mede gezien de resultaten van het onderzoek worden
daarom ten aanzien van de verkoop en het gebruik van legaal vuurwerk de volgende maatregelen
genomen.
Per dit jaar zal een verbod worden ingesteld op de verkoop van babypijltjes en Romeinse
kaarsen aan consumenten. Bij deze maatregel spelen de volgende overwegingen een rol.
Uit de resultaten van het vervolgonderzoek naar vuurwerkongevallen blijkt dat onder
meer deze vuurwerkartikelen voor veel oogletsel zorgen. Oogartsen dringen daarnaast
al enkele jaren aan op een verbod op deze producten vanwege het oogletsel dat ze veroorzaken,
veelal door oneigenlijk gebruik. De vuurwerkbranche erkent het probleem eveneens,
en heeft daarom eind 2014 eenzijdig besloten de babypijltjes uit de handel te nemen
en te stoppen met de verkoop ervan aan consumenten.
De Regeling aanwijzing consumenten- en theatervuurwerk zal hierop nog dit jaar worden
aangepast.
Inzetten op een veiligheidscoalitie (Safety Deal Vuurwerk) met de vuurwerkbranche
en betrokken partijen, teneinde de kwaliteit en veiligheid van het gebruik van vuurwerk
door consumenten te verhogen en daarmee de kans op letsel te verlagen.
Verder zal ook gewerkt worden aan een gezamenlijke (overheid en bedrijfsleven) landelijke
voorlichtingscampagne richting consument over veilig gebruik van vuurwerk en het daarbij
dragen van een vuurwerkbril.
De komende jaren zal een dergelijk letselonderzoek naar vuurwerk gecontinueerd worden
om eventueel op basis van nieuwe resultaten verdere maatregelen te treffen om het
aantal letselslachtoffers terug te dringen.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
W.J. Mansveld