Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 september 2013
Begin juli heb ik met de bestuurders van de gemeenten Vlieland en Terschelling gesproken
over oplossingsmogelijkheden voor de dreigende problemen met de continuïteit van de
veerverbinding met de eilanden. We hebben afgesproken alle mogelijke maatregelen te
onderzoeken om te voorkomen dat de toen door rederij Doeksen/TSM aangekondigde gewijzigde
winterdienstregeling per 1 oktober zou worden ingevoerd. In mijn voortgangsbrief van
18 september jl. (Aanhangsel Handelingen II, 2013/14, nr. 72) heb ik u geïnformeerd over de stand van zaken. Er is meer tijd uitgetrokken voor
het onderzoek in overleg met TSM en TSM was bereid ten behoeve daarvan de invoering
van de gewijzigde dienstregeling met een maand uit te stellen.
Inmiddels is het onderzoek naar mogelijkheden afgerond. In de commissie Bootdiensten
zijn op 25 en 30 september jl. mogelijkheden doorgesproken voor een door alle partijen
gedragen oplossing aan de hand van de rapportage van de onafhankelijk procesbegeleider.
In het kader van het onderzoek is uitvoerig gesproken met bestuurders en eilandbewoners.
Ik heb veel waardering voor de inzet van alle partijen om gezamenlijk tot een gedragen
oplossing te komen, rekening houdend met de maatschappelijke belangen en de financiële
situatie bij Rederij Doeksen/ TSM.
Maar helaas is het niet gelukt tot overeenstemming te komen. Enerzijds heeft de aangepaste
dienstregeling voor de eilandgemeenten nog te ingrijpende maatschappelijke gevolgen
en dreigt te leiden tot maatschappelijke ontwrichting. Anderzijds is de financiële
problematiek bij TSM zodanig, dat TSM stelt geen enkele ruimte meer te hebben om de
gemeenten verder tegemoet te komen. Het is duidelijk geworden dat hiermee geen structurele
oplossing in zicht is.
Daarom ben ik in overleg met de gemeentebestuurders tot de conclusie gekomen dat het
nodig is te zoeken naar nadere maatregelen om de continuïteit van de veerdienst ook
op langere termijn te garanderen. Om maatschappelijke ontwrichting te voorkomen heb
ik besloten nu ook een beperking van het medegebruik van de aanleginrichtingen te
gaan onderzoeken. Daarover heb ik vandaag ook EVT geïnformeerd.
Ik heb TSM bereid gevonden de besluitvorming over de invoering van de aangepaste dienstregeling
vooralsnog uit te stellen.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
W.J. Mansveld