Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 april 2013
Hiermee informeer ik u over de stand van zaken in de voorbereiding op het bevolkingsonderzoek
naar darmkanker, waartoe ik op 25 mei 2011 heb besloten.
Sinds dit besluit zijn tientallen partijen onder leiding van het Centrum voor Bevolkingsonderzoek
(CvB) van het RIVM hard aan de slag gegaan om dit omvangrijke project voor te bereiden.
Op alle onderdelen van het bevolkingsonderzoek, de hele keten van voorlichting, de
screeningstest en het laboratoriumonderzoek, de verwijzing en de kwaliteit van de
coloscopie en de monitoring, zijn kwaliteitseisen opgesteld en afspraken gemaakt.
Er zijn aanbestedingsprocedures afgerond voor de verpakking, de ontlastingstest en
analyse en de database. Dit hele systeem wordt voorafgaand aan de start van het bevolkingsonderzoek
getest in een pilot.
De Gezondheidsraad heeft in zijn advies van 10 april jl. over die pilot vooral gekeken
naar de ontlastingstest. De Raad heeft geadviseerd om een vergunning te verlenen,
maar geoordeeld dat er onvoldoende wetenschappelijk bewijs beschikbaar is dat de gekozen
test, de FOB Gold, in een bevolkingsonderzoek goed presteert. In de aanbestedingsprocedure
zijn eisen gesteld aan de kwaliteit van de test: meet de test wat die moet meten,
namelijk bloedsporen in de ontlasting, zonder teveel fout-positieve of fout-negatieve
uitslagen (sensitiviteit en specificiteit). Deze eisen waren als knock out criterium
geformuleerd.
Gelet op de onduidelijkheid die is ontstaan over de ontlastingstest, ben ik het met
de Gezondheidsraad eens dat de FOB Gold in de Nederlandse bevolkingsonderzoeksetting
moet worden getest. Vertrouwen in de kwaliteit van een bevolkingsonderzoek is immers
essentieel voor een hoge opkomst. Dat had ik u ook al gemeld: de test wordt getest
en uitgebreid gemonitord. Er zal aanvullend onderzoek nodig zijn om aan het advies
van de Gezondheidsraad tegemoet te komen. Gelet op de majeure operatie die de voorbereiding
van een nieuw bevolkingsonderzoek inhoudt, wil ik zorgvuldig handelen en geen invulling
geven aan de precieze opzet van dit onderzoek zonder de Gezondheidsraad hierin te
kennen.
Hoe nader onderzoek naar de FOB Gold het beste ingericht kan worden, bespreek ik met
de Gezondheidsraad en andere experts. Mijn streven is erop gericht dit met zo min
mogelijk vertraging en zo groot mogelijk draagvlak en passend binnen de financiële
kaders te doen. Ik verwacht op korte termijn een beslissing te kunnen nemen op het
advies van de Gezondheidsraad van 10 april. Dit betekent wel dat de pilot om het systeem
van het bevolkingsonderzoek te testen niet op 1 mei kan starten. Ik zal u zo spoedig
mogelijk nader informeren zodra meer bekend is over de opzet van de pilot.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers