32 545 Wet- en regelgeving financiële markten

Nr. 14 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juli 2013

Voor u ligt de wetgevingsbrief financiële markten. Bij deze brief treft u een overzicht aan van de belangrijkste voornemens en ontwikkelingen ten aanzien van wet- en regelgeving op het terrein van de financiële markten, aan de hand van de wetgevingswensen zoals De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) mij die hebben doen toekomen.

DNB en de AFM rapporteren elk jaar aan mij over door hen geconstateerde knelpunten op het terrein van wet- en regelgeving. Deze rapportages leveren een waardevolle bijdrage aan de verbetering van wet- en regelgeving voor de financiële markten. De brieven van DNB en de AFM met hun wetgevingswensen zijn als separate bijlagen bij deze brief gevoegd. Mijn reactie op de wetgevingswensen van de toezichthouders treft u in bijlage I. Bijlage II bevat een overzicht van de wetsvoorstellen die reeds bij uw Kamer aanhangig zijn, alsmede de voorstellen die in voorbereiding zijn. De aangenomen en in voorbereiding zijnde Europese regelgeving treft u aan in een overzicht dat is opgenomen in bijlage III. Daarnaast doe ik hierbij gestand aan mijn toezegging om het evaluatierapport van de Auditdienst Rijk over de interne organisatie en werkprocessen tijdens de kredietcrisis aan uw Kamer te sturen.1 Dit rapport stuur ik mee als separate bijlage van deze brief2.

De kabinetsreactie op het rapport van de Commissie Structuur Nederlandse banken zal ik zo spoedig mogelijk na het zomerreces bij uw Kamer indienen. Deze kabinetsreactie zal ik in mijn beleidsagenda voor de Nederlandse bankensector integreren. Tegelijk met deze beleidsagenda zal ik mijn toekomstplannen inzake de financiële instellingen ABN AMRO, ASR en SNS REAAL aan uw Kamer presenteren, dit mede naar aanleiding van de motie Koolmees en Harbers.3 Op deze manier krijgt uw Kamer één integraal pakket met daarin mijn visie op de Nederlandse bankensector en voorgenoemde verzekeraars.

Tot slot merk ik op dat ook de komende jaren sprake zal zijn van een forse hoeveelheid wetgeving die bij uw Kamer aanhangig zal worden gemaakt. Een steeds groter deel van die wetgeving is van Europese oorsprong. De grote hoeveelheid te implementeren richtlijnen en verordeningen die rechtstreekse werking hebben, zorgen er voor dat de toegankelijkheid, toezichtbaarheid en uitvoerbaarheid van de financiële toezichtregelgeving in toenemende mate onder druk komen te staan. Ook DNB en de AFM vragen hiervoor aandacht in hun brieven. Met het oog daarop ben ik voornemens in overleg met hen te verkennen op welke wijze en in het licht van de hiervoor geschetste problematiek, kan worden bewerkstelligd dat de Wet op het financieel toezicht ook in de toekomst een adequaat wetgevingskader vormt waarin nationale en Europese regels zonder problemen kunnen worden ingepast.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem


X Noot
1

Debat over de kabinetsreactie op het rapport van de Parlementaire Enquêtecommissie Financieel Stelsel; Handelingen II 2012/13, nr. 53, item 10.

X Noot
2

Alle bijlagen zijn ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

X Noot
3

Kamerstuk 33 532, nr. 14.

Naar boven