32 440 Nieuwe regels omtrent aanbestedingen (Aanbestedingswet 20..)

O BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2013|

Bij de behandeling van de Aanbestedingswet 2012 heeft mijn voorganger uw Kamer toegezegd een brief te sturen met alle aspecten waarvan bij de genoemde behandeling is toegezegd1 dat ze bij de evaluatie van de Aanbestedingswet betrokken zullen worden. Deze aspecten worden hieronder weergegeven.

  • 1. De toegankelijkheid van overheidsopdrachten voor het midden- en kleinbedrijf met bijzondere aandacht voor jonge bedrijven.

  • 2. De mate waarin uniformering heeft plaatsgevonden.

  • 3. De praktische werkbaarheid van het Aanbestedingsreglement werken, met aandacht voor de gecombineerde functie (in bepaalde gevallen is toepassing verplicht, in andere gevallen vrijwillig) van het Aanbestedingsreglement werken.

  • 4. In hoeverre de wet heeft geleid tot meer transparantie, gelijkheid en proportionaliteit in aanbestedingsprocedures. In het kader van proportionaliteit zal eveneens aandacht worden besteed aan de vraag of speciale-sectorbedrijven voldoende proportioneel aanbesteden en of de Gids proportionaliteit niet belemmerend werkt voor aanbestedende diensten.

  • 5. De wenselijkheid van een grijze dan wel zwarte lijst van contractvoorwaarden bij aanbestedingen.

  • 6. De mate waarin bij aanbestedingen duurzaamheid, sociale gunningscriteria en innovatieve toepassingen een rol spelen.

  • 7. De mate waarin professionalisering heeft plaatsgevonden.

Indien het rapport van de Parlementaire Onderzoekscommissie Privatisering/Verzelfstandiging Overheidsdiensten conclusies bevat die relevant zijn voor de evaluatie van de Aanbestedingswet zullen die conclusies ook worden meegenomen in de evaluatie.

Tijdens de behandeling van de Aanbestedingswet is voorts aangegeven dat de positie van onderaannemers en het toepassingsbereik van artikel 2.81, tweede lid, in de evaluatie worden meegenomen. Overeenkomstig de toezegging die ik bij de behandeling van de Aanbestedingswet op defensie- en veiligheidsgebied ten aanzien van een vergelijkbaar artikel (artikel 2.71, tweede lid) heb gedaan, zal ik artikel 2.81, tweede lid, – indien uit een inhoudelijke analyse blijkt dat aanpassing gewenst is – bij de eerst komende herziening van het wetsvoorstel aanpassen. Momenteel wordt geïnventariseerd welke overige aspecten zullen worden meegenomen in de evaluatie. Zodra ik dit in kaart heb gebracht, zal ik uw Kamer daarover informeren.

De minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Zie toezegging T01606

Naar boven