Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 maart 2016
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
een verslag aan van de bijeenkomst van Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken
en Europese instellingen, gehouden in Brussel op 24 maart 2016. De bijeenkomst vond
plaats naar aanleiding van de op 22 maart gepleegde aanslagen in Brussel.
De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur
Verslag van de ingelaste ministeriële bijeenkomst Justitie en Binnenlandse Zaken,
gehouden in Brussel op 24 maart 2016.
Het Nederlandse voorzitterschap werd, bij afwezigheid van de Minister van Veiligheid
en Justitie, op de bijeenkomst vertegenwoordigd door Minister Plasterk van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties. Bij de op zeer korte termijn bijeengeroepen bijeenkomst
waren ongeveer 20 Ministers aanwezig. Voorts waren de eerste vice-voorzitter van de
Commissie Timmermans, commissarissen Avramopoulos en Jourová, en de vice-voorzitter
van het Europese Parlement Guillaume en de contraterrorisme coördinator van de Raad,
De Kerckhove, aanwezig.
Zij allen waren eensgezind in hun afschuw over de aanslagen in Brussel op dinsdag
22 maart 2016. Zij spraken voorts medeleven met slachtoffers, familie en relaties
uit. Zij verklaarden zich solidair met België en spraken hun steun uit aan de aanwezige
Belgische bewindslieden Jambon en Geens. De strijd tegen terrorisme zal vastberaden
worden voortgezet, waarbij onze waarden en normen overeind staan, aldus de aanwezige
Ministers en vertegenwoordigers van de Europese instellingen. Op de bijeenkomst werd
een gezamenlijke verklaring van de Ministers en EU instellingen aangenomen met daarin
de reeds ingezette maatregelen tegen terrorisme worden opgesomd.(zie bijlage)1.
Tijdens de bijeenkomst werd voorts over een aantal zaken van gedachten gewisseld.
Er is eensgezindheid over en de sterke intentie tot verbetering van de samenwerking
ten behoeve van een betere uitwisseling van informatie tussen lidstaten en instellingen,
door eerder gemaakte afspraken hierover zo mogelijk versneld uit te voeren. Voornemen
is over informatie-uitwisseling nog onder het Nederlandse voorzitterschap concrete
afspraken af te ronden. Ook bestaat bij de Ministers het besef van de noodzaak de
interoperabiliteit van verschillende relevante databases te vergroten. De Commissie
kondigde hierover een mededeling aan, te verwachten in april.
De aanwezigen spraken ook uit te hechten aan snelle voortgang op belangrijke wetgevingsdossiers.
Zo werd er door een aantal lidstaten en de Commissie een dringend beroep gedaan richting
het Europees Parlement om op zo kort mogelijke termijn te stemmen over de richtlijn
EU-PNR. Ook werd door Ministers en de Commissie aangedrongen op een zo spoedig mogelijke
behandeling door het Europees Parlement van de terrorismerichtlijn en de wijzigingen
van de Schengengrenscode, voor het einde van dit Voorzitterschap. Over beiden bereikte
de Raad onlangs overeenstemming. Eensgezind waren de Ministers in hun voornemen om
in de Raad snel voortgang te boeken bij de behandeling van de wetgevende voorstellen
op het terrein van vuurwapens, ECRIS (over uitwisseling van strafbladen van niet EU-burgers)
en de invoering van een Europese grens- en kustwacht (Kamerstuk 34 370).
Tot slot wezen velen op het belang van het voorkomen van radicalisering met preventieve
maatregelen in voor radicalisering kwetsbare gemeenschappen.