Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 november 2015
In 2011 is de Subsidieregeling stimulering herbestemming monumenten (hierna: herbestemmingsregeling)
voor een periode van vijf jaar in het leven geroepen. Dankzij de regeling zijn diverse
herbestemmingen inmiddels gerealiseerd of in uitvoering. Zo wordt de Jozefkerk in
Amsterdam, gebouwd in 1953 en het eerste betonnen kerkgebouw van Nederland, momenteel
omgetoverd tot een waar binnenspeelparadijs. Een ander voorbeeld is de voormalige
Arnhemse Buitenschool voor kinderen met een zwakke gezondheid, gebouwd in 1929. Het
monument biedt inmiddels onderdak aan een zorginstelling. De herbestemmingsregeling
komt per 1 oktober 2016 te vervallen. Met deze brief informeer ik uw Kamer over mijn
voornemen en motivatie om de herbestemmingsregeling met vijf jaar te verlengen tot
1 oktober 2021.
De herbestemmingsregeling ondersteunt eigenaren en belanghebbenden bij het verrichten
van haalbaarheidsonderzoeken naar herbestemming van monumenten. De fase van planvorming
is gezien de complexiteit van de onderneming immers cruciaal voor het doen slagen
van herbestemmingen. De regeling is daarnaast bestemd voor het treffen van tijdelijke
maatregelen gedurende deze beginnende fase, ter voorkoming van verval van het monument.
Jaarlijks is € 2,4 miljoen beschikbaar voor deze regeling. Om de effectiviteit van
de subsidieregeling in kaart te brengen, is de regeling in 2014 geëvalueerd (voor
het rapport verwijs ik u graag naar de bijlage)1.
Uit de evaluatie blijkt dat de regeling een belangrijke rol speelt in het succes van
een herbestemming. In 30% van de gevallen waarvoor in 2012 en 2013 een onderzoek is
gesubsidieerd, is inmiddels een herbestemming gerealiseerd of is de stap gezet naar
planuitwerking. Enkele voorbeelden gaf ik hierboven al even aan. Een ander voorbeeld
is de herbestemming van Fort Pannerden, onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Voor een dergelijk uniek monument is het lastig een nieuwe functie te vinden. Het
haalbaarheidsonderzoek heeft echter een cruciale rol gespeeld in de herbestemming
van het fort tot informatiecentrum en beleefattractie.
Daarnaast wijst de evaluatie uit dat in nog eens 30% van de gevallen de verwachting
is dat de stap tot herbestemming op korte termijn gezet zal worden. Bijna driekwart
van de respondenten op de enquête geeft aan dat het haalbaarheidsonderzoek niet zou
zijn uitgevoerd zonder subsidie. Daarnaast waarderen initiatiefnemers het laagdrempelige
karakter van de regeling.
De herbestemmingsregeling heeft een einddatum van 1 oktober 2016. Daarmee zou er vanaf
volgend jaar vanuit het Rijk geen financiële stimulans meer zijn voor herbestemming
van erfgoed. Het belang van herbestemming van monumenten (en vastgoed in het algemeen)
is maatschappelijk steeds meer aan de orde en herbestemming is een complexe opgave
voor een eigenaar. De herbestemmingsregeling is een belangrijk instrument om herbestemmingen
te bewerkstelligen. In de voorgenomen Erfgoedwet (kamerstuk 34 109, nr. 2) is dan ook een grondslag opgenomen voor een subsidieregeling voor herbestemming.
De afgelopen jaren is er mede door het maatschappelijke belang, sprake geweest van
een flinke overvraag van de regeling. Als dit jaar de laatste mogelijkheid is om de
subsidie aan te vragen, zal dit waarschijnlijk wederom tot een groot aantal afwijzingen
leiden. Uit de evaluatie blijkt dat er maar een kleine kans is dat deze afgewezen
initiatiefnemers zonder subsidie een haalbaarheidsonderzoek uitvoeren. De verlenging
van de regeling vergroot de kans op succesvolle herbestemming van deze monumenten
echter aanzienlijk.
Om bovengenoemde redenen heb ik het voornemen om de herbestemmingsregeling met vijf
jaar te verlengen tot 1 oktober 2021. Daarvoor is sinds 2011 jaarlijks € 2,4 miljoen
in de begroting opgenomen. Deze brief zend ik uw Kamer mede in het kader van de procedure
voor de verlenging van subsidieregelingen van artikel 24a, derde lid, van de Comptabiliteitswet
2001.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M. Bussemaker