32 043 Toekomst pensioenstelsel

Nr. 41 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 mei 2011

Hierbij bied ik u het onderzoek naar mogelijke alternatieve risicovrije rentes aan1. Uw Kamer heeft op 9 november 2010 de gewijzigde motie Van Dijck c.s. aanvaard waarin om dit onderzoek wordt gevraagd (Kamerstukken II 2010/11, 32 043, nr. 17). Het onderzoek is uitgevoerd door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en De Nederlandsche Bank.

Op basis van dit onderzoek heb ik vooralsnog geen conclusies getrokken met betrekking tot de meest wenselijke risicovrije rente. Zoals ik heb aangegeven in mijn brief van 12 november 2010 (Kamerstukken II 2010/11, 32 043, nr. 18) zullen deze conclusies onderdeel uitmaken van het totaalpakket van oplossingen voor de structurele problematiek van de pensioensector.

Het onderzoek is vooral gericht op de risicovrije rente. De volatiliteit van de dekkingsgraden van pensioenfondsen en de mogelijkheden om deze te dempen komen slechts in beperkte mate aan de orde. In het kader van de aanpassing van het financieel toetsingskader zal ik echter maatregelen voorstellen om juist deze volatiliteit te matigen. Zodra het lopende overleg over het totaalpakket met de sociale partners is afgerond, wordt uw Kamer nader geïnformeerd.

Het onderzoek is besproken met het Actuarieel Genootschap en de Pensioenfederatie.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H. G. J. Kamp


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven