nr. 4
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 oktober 2008
Het kabinet heeft besloten € 250 miljoen te investeren in projecten
voor een kleinere en betere Rijksdienst. De investeringsimpuls markeert een
belangrijke mijlpaal in de Vernieuwing van de Rijksdienst. In deze brief stel
ik u op de hoogte van projectvoorstellen die gefinancierd zullen worden uit
deze middelen.
Achtergrond
In het Coalitieakkoord is besloten tot afslanking van de rijksdienst onder
toekenning van een budget voor flankerend beleid. In pijler zes van het coalitieakkoord:
een dienstbare publieke sector, is voor de jaren 2008–2011 in totaal € 538
miljoen vrijgemaakt. Dit bedrag is beschikbaar zowel voor een sociaal plan
als voor innovatieve investeringen, waaronder in ICT. Het kabinet heeft de
uitwerking van deze beleidsplannen neergelegd in de Nota Vernieuwing van de
Rijksdienst (VRD) die in september 2007 aan de Tweede Kamer is aangeboden.
De plannen moeten leiden tot een kleinere en betere rijksoverheid.
Begin 2008 is besloten over een sociaal beleidskader en de daarmee gemoeide
kosten voor de periode tot en met 2011. Het gaat om een bedrag van € 120
mln. Dat wordt gebruikt om de sociale gevolgen van de vernieuwing en met name
de afslanking op te lossen. Dit betekent dat er € 418 miljoen beschikbaar
is voor innovatieve investeringen voor een betere en kleinere Rijksdienst.
Toekenning middelen voor een betere en kleinere Rijksdienst
De departementen hebben voorstellen ingediend voor innovatieve investeringen
en een beroep gedaan op centrale financiering. De ingediende voorstellen zijn
beleidsmatig, projectmatig en financieel getoetst op haalbaarheid, risico’s
en bestuurbaarheid. De in deze brief genoemde projecten leveren een bijdrage
aan de doelstelling van een betere en kleinere Rijksdienst. Naar
aanleiding van de uitkomsten van de toetsing heeft het kabinet afspraken gemaakt
over de bestuurbaarheid van projecten en beheersbaarheid van kosten.
In totaal wordt van de beschikbare € 418 miljoen, nu ca. € 250
miljoen geïnvesteerd. Daarvan wordt het merendeel toegevoegd aan de verschillende
departementale begrotingen. Daarnaast wordt voor grootschalige programma’s
als E-inspecties, Digitale Werkomgeving Rijk en Digitaal Klantdossier een
bedrag van 77,4 miljoen gereserveerd. Investeringsgelden voor deze complexe
projecten zullen op de begroting beschikbaar komen, nadat een gedegen projectplan
wordt opgeleverd per implementatiefase. Het kabinet beoogt door toekenning
per fase (opknippen) deze programma’s beheersbaar te houden. In onderstaand
overzicht worden de projecten met naam vermeld en is aangegeven welke minister
verantwoordelijk is voor realisatie van het project.1
Monitoring en verantwoording van de uitvoering
Voor wat betreft grote ICT-projecten is reeds eerder het volgende afgesproken.
Alle projecten met een ICT-component van meer dan € 20 mln vallen
onder de besluiten zoals opgenomen in mijn brief aan de Tweede Kamer d.d.
26 juni jl.2. Het gaat daarbij om kaderstellende
eisen aan projectplannen, reviews en architectuur. De DG Organisatie en Bedrijfsvoering
Rijk ziet toe op de naleving van deze afspraken. De Kamer wordt jaarlijks
over de uitvoering van de afspraken geïnformeerd. Tevens wordt bij de
uitvoering van alle ICT-projecten rekening gehouden met de uitgangspunten
van het kabinetsbeleid Nederland Open in Verbinding.
De verantwoordelijkheid voor de realisatie van projecten ligt bij de desbetreffende
minister. Deze legt over de besteding van de toegekende middelen verantwoording
af via de eigen begroting. Interdepartementale vernieuwingsprojecten maken
deel uit van de Voortgangsrapportage Vernieuwing Rijksdienst. In de tweede
Voortgangsrapportage Vernieuwing Rijksdienst zal een paragraaf worden opgenomen
over de voortgang op de verschillende projecten. De tweede Voortgangsrapportage
zal eind 2008 naar de Tweede Kamer verstuurd worden.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
G. ter Horst