29 665 Evaluatie Schipholbeleid

Nr. 233 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 november 2016

Hierbij informeer ik uw Kamer, mede namens de Ministers van Veiligheid en Justitie, Defensie en Economische Zaken, over de voortgang van de acties uit de Actieagenda Schiphol inzake de security en grensbewaking en de (verdeling van de) kosten daarvan. Dit heb ik toegezegd in het Algemeen Overleg Luchtvaart op 30 juni en 7 juli jl. (Kamerstuk 29 665, nrs. 229 en 230). Daarnaast heb ik een reactie op het SEO-rapport «Impactanalyse lastenverlichting» toegezegd en een toelichting op differentiatie in securitytarieven. Beide reacties treft u aan in de bijlage bij deze brief1.

Securitykosten

Een onderdeel van de in april gepresenteerde Actieagenda Schiphol2, is het waarborgen van de veiligheid op de luchthaven in combinatie met een vlotte doorstroom van het groeiende aantal passagiers, tegen zo laag mogelijke kosten. De securitykosten vormen een belangrijk onderdeel van de luchthavengelden op Schiphol. Hiervoor is aandacht gevraagd door luchtvaartmaatschappijen en andere partijen.3 Er is vanuit de sector een oproep gedaan om als overheid structureel € 100 miljoen bij te dragen aan de securitykosten en ter onderbouwing van deze oproep is in opdracht van KLM en BARIN door SEO een impactanalyse uitgevoerd4. In de bijlage wordt een inhoudelijke reactie op deze impactanalyse gegeven.

Voor de kostenverdeling is het van belang de rolverdeling tussen overheid en private partijen helder voor ogen te hebben waar het gaat om enerzijds publieke veiligheid en grensbewaking en anderzijds security. De publieke veiligheid en grensbewaking op Schiphol en andere luchthavens is een overheidstaak die wordt uitgevoerd door de Koninklijke Marechaussee (KMar). De reiziger heeft voornamelijk te maken met grensbewaking op het moment dat de KMar het paspoort controleert. Daarnaast is de KMar verantwoordelijk voor het toezicht op de securitycontroles, gewapende beveiliging en de politietaken op Schiphol. De KMar zet daarvoor bijna 2.000 mensen in op Schiphol, waarvan de financiering is ondergebracht op de begroting van het Ministerie van Defensie.

In het licht van deze publieke taak wordt momenteel de capaciteitsbehoefte van de KMar voor de luchthavens in de komende jaren in kaart gebracht. Dit vloeit voort uit het groeiend aantal passagiers, de internationale veiligheidssituatie en de wijzigende wet- en regelgeving, waardoor de organisatie van de KMar onder druk staat. Een goede invulling van deze overheidsverantwoordelijkheid door het borgen van kwaliteit van de grensbewaking en de veiligheid van de luchthaven heeft hoge prioriteit voor het kabinet.

Deze capaciteitsbehoeftestelling ziet toe op alle taken van de KMar op de verschillende luchthavens en houdt ook rekening met de effecten van de invoering van elektronische grenspassages. In antwoord op Kamervragen van het lid Belhaj 16 september jl. is ondermeer aangegeven dat met betrokken bewindslieden de behoeftestelling voor de KMar-inzet op luchthavens wordt besproken. Tevens wordt bezien welke maatregelen structureel passend zijn. Uw Kamer wordt daarover eind november schriftelijk door de Ministers van VenJ en Defensie geïnformeerd.

De daadwerkelijke uitvoering van de securitycontrole is geen overheidstaak zoals de grensbewaking, maar onderdeel van de luchthavenactiviteiten van Schiphol en worden in opdracht van Schiphol uitgevoerd door private partijen. Iedere reiziger ondergaat deze controle, waarbij handbagage en de persoon worden gecontroleerd op de aanwezigheid van voorwerpen die een gevaar kunnen vormen voor de vlucht. Oorspronkelijk werd deze taak uitbesteed door de overheid, sinds 1 april 2003 wordt de uitbesteding door Schiphol gedaan. De hiermee gemoeide securitykosten worden via de luchthavengelden van Schiphol doorberekend aan de luchtvaartmaatschappijen. De overheid is verantwoordelijk voor een adequate beveiliging van de Nederlandse luchthavens. De Minister van Veiligheid en Justitie stelt het niveau en de wijze van uitvoering van de securitymaatregelen vast.

Geconstateerd kan worden dat Schiphol goed scoort voor wat betreft het totaal van de luchthavengelden en overheidsheffingen, waarin de securitykosten zijn inbegrepen. De securitykosten bedroegen in 2015 € 268 miljoen en zijn daarmee in absolute zin hoog in vergelijking met andere luchthavens. In de SEO benchmark luchthavengelden en overheidsheffingen5 wordt het kostenniveau op Schiphol vergeleken met tien grote concurrerende luchthavens. Rekenend vanaf de duurste luchthaven (Londen Heathrow) staat Schiphol op de 9e plaats. Alleen Dubai en Istanbul zijn (significant) goedkoper.

Tussen 2014 en 2015 zijn op Schiphol kosten die aan de luchtvaartmaatschappijen worden doorberekend (de combinatie van luchthavengelden en overheidsheffingen) met ruim 6% gedaald, meer dan op de andere luchthavens. Vanaf april 2016 zijn de luchthavengelden opnieuw gedaald, met gemiddeld 11,6 procent; in april 2017 gaan de luchthavengelden met gemiddeld 7,1% naar beneden ten opzichte van 2016. Schiphol is hiermee een concurrerende luchthaven, wat ook blijkt uit de groei die de luchthaven doormaakt. Ook zijn de securitykosten per passagier relatief laag in vergelijking met de andere luchthavens.

Het kabinet acht het tegen deze achtergrond in de huidige situatie niet opportuun om, zoals door de sector gevraagd, een deel van de securitykosten voor haar rekening te nemen die door Schiphol worden gemaakt en aan de luchtvaartmaatschappijen worden doorberekend. De uitvoering van security activiteiten op luchthavens is geen wettelijke overheidstaak zoals de grensbewaking en uitgangspunt is dat de gebruikers deze kosten betalen. Bovendien laten benchmarkcijfers dus zien dat de luchthaventarieven in combinatie met de overheidsheffingen momenteel concurrerend zijn.

Investeren in innovatie

Uiteraard is het van groot belang om concurrerend te blijven. Schiphol draagt daar aan bij met de verlaging van de luchthaventarieven in de afgelopen jaren, door te investeren in innovatie en door kritisch te blijven kijken naar de kostenefficiëntie van de securitymaatregelen. Tenslotte draagt de lopende herziening van de tariefregulering bij aan concurrerende kosten.

In de actieagenda Schiphol is opgenomen dat het kabinet in overleg met Schiphol in 2016 de mogelijkheden uitwerkt voor innovatieve maatregelen en investeringen op het gebied van security, inclusief de financieringsmogelijkheden daarvoor. Schiphol werkt in overleg met de overheid aan een investeringsprogramma voor de verbetering van het security- en grensproces door middel van innovatie en ICT. Het investeringsprogramma is nog in ontwikkeling, maar in grote lijnen bestaat het uit vervangingsinvesteringen en drie programmalijnen, te weten: automatiseringsprojecten, risk based security en seamless flow.

De vervangingsinvesteringen betreffen de uitbreiding en vernieuwing van de Gemeenschappelijke Meldkamer Infrastructuur en apparatuur voor controle van ruimbagage. De automatiseringsprojecten zijn bedoeld om een securityproces te realiseren met een hoge self service component waarbij de controles grotendeels door apparatuur plaats vinden en bijvoorbeeld laptops en vloeistoffen niet meer uit tassen gehaald hoeven te worden. De programmalijn risk based security maakt het mogelijk om het niveau van screening op flexibele wijze aan te passen met behulp van ICT. De programmalijn seamless flow tenslotte is onder andere gericht op een verdere integratie van het security- en grensproces en de introductie van self service boarding, waarbij biometrie een belangrijke rol speelt. Onderdeel van deze programmalijn is een pilot om de cybersecurity van Schiphol te versterken.

De komende tijd werkt Schiphol het investeringsprogramma verder uit. Inzet is om tot een sluitende private business case te komen. Het kabinet volgt dit op de voet en is blij met de samenwerking en het commitment van de betrokken partijen om het investeringsprogramma tot een succes te maken. De overheid draagt hier onder andere aan bij door zoveel mogelijk te zorgen dat regelgeving niet belemmerend werkt en de realisatie van deze innovatieve projecten niet in de weg staat. Het kabinet ziet in de huidige situatie, met een gezonde financiële positie van Schiphol en een concurrerende kostenniveau voor luchtvaartmaatschappijen, geen aanleiding om ook financieel bij te dragen aan het investeringsprogramma.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
2

Kamerstuk 29 665, nr. 224.

X Noot
3

Zie de petitie «Voor internationale koppositie Schiphol is actie nodig» van 28 juni 2016.

X Noot
4

SEO Economisch Onderzoek, Impactanalyse lastenverlichting voor luchtvaartmaatschappijen op Nederlandse luchthavens, Amsterdam, juni 2016.

X Noot
5

Bijlage bij kamerstuk 29 665, nr. 224.

Naar boven