28 676 NAVO

Nr. 368 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 mei 2021

Hierbij bieden wij u de geannoteerde agenda aan voor de NAVO ministeriële bijeenkomst van de Ministers van Buitenlandse Zaken en de Ministers van Defensie van 1 juni 2021.

De Minister van Buitenlandse Zaken,S.A.

De Minister van Defensie, A.Th.B. Bijleveld-Schouten

GEANNOTEERDE AGENDA MINISTERIËLE BIJEENKOMSTEN VAN DE NAVO-MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VAN DEFENSIE VAN 1 JUNI 2021

Hierbij ontvangt u de geannoteerde agenda ten behoeve van de bijeenkomsten van de NAVO-Ministers van Buitenlandse Zaken en de daaropvolgende bijeenkomst van de NAVO-Ministers van Defensie, die beide op 1 juni 2021 via een beveiligde video-verbinding zullen plaatsvinden.

De bijeenkomst van NAVO-Ministers van Buitenlandse Zaken betreft een speciaal ingelaste bijeenkomst, die specifiek is gericht op het proces dat de Secretaris-Generaal van de NAVO (hierna: SG NAVO) heeft ingezet om de NAVO toekomstbestendig te houden, het zogenoemde «NAVO2030-proces», en de aanbevelingen die hij in dat kader voornemens is te doen aan de Staatshoofden en Regeringsleiders tijdens hun Top op 14 juni. Afhankelijk van de actuele ontwikkelingen zullen de Ministers van Buitenlandse Zaken mogelijk ook spreken over Afghanistan.

De bijeenkomst van NAVO-Ministers van Defensie is een reguliere, maar wel ingekorte bijeenkomst. De Ministers spreken over NAVO2030, effectieve afschrikking en verdediging van het NAVO-verdragsgebied en over Afghanistan. Er liggen documenten voor omtrent de nieuwe cyber verdedigingsstrategie van de NAVO, alsmede rapporten over conflict-gerelateerd seksueel geweld en over de stand van zaken van EU-NAVO samenwerking (de 74 projecten).

Voor de aankomende Top van Staatshoofden en Regeringsleiders op 14 juni 2021 in Brussel zal uw Kamer een separate geannoteerde agenda worden toegezonden.

NAVO2030

Tijdens hun bijeenkomst in Londen in december 2019 besloten Staatshoofden en Regeringsleiders tot een Forward Looking Reflection Process, met als doel om, onder aansturing van de SG NAVO, de politieke dimensie van de NAVO te versterken. De SG NAVO stelde daarbij drie doelen: (1) het zekerstellen dat de NAVO militair sterk blijft, (2) politiek sterker wordt en (3) een meer mondiale benadering kiest. Mede op basis van het rapport van de Reflectiegroep (zie Kamerstuk 28 676, nr. 360, 7 april 2021) zal hij aan de Top op 14 juni een aantal aanbevelingen doen waarmee hij beoogt invulling te geven aan die drie doelen.

De SG NAVO schetste in dit kader een aantal lijnen om de NAVO beter toe te rusten op de veranderde veiligheidssituatie en om de eenheid van het bondgenootschap te versterken. Zo noemt hij het belang van het versterken van politieke consultatie en coördinatie, het versterken van de (civiele) weerbaarheid van bondgenoten, het behoud van technologische voorsprong, het verdiepen van de samenwerking met partners, de impact van klimaatverandering, de update van het Strategisch Concept en de noodzaak van voldoende gemeenschappelijke financiering om invulling te kunnen geven aan de geformuleerde ambitie.

Onderstaand treft u een toelichting op hoofdlijnen aan, waarbij zij aangetekend dat de verschillende onderwerpen pas na de Top nader zullen worden uitgewerkt en uitonderhandeld. Op de Top zullen hiervoor zogenoemde taskers worden aangenomen, waarin deze thema’s nader zullen worden afgebakend. Op basis van deze taskers zullen vervolgens na de Top onderhandelingen worden gestart.

Politieke consultatie en besluitvorming

Onderlinge consultatie tussen bondgenoten is cruciaal. Nederland is van mening dat de NAVO het belangrijkste trans-Atlantische forum is waarin bondgenoten met elkaar spreken over (collectieve) veiligheid en strategische uitdagingen. Ook onderschrijft Nederland het belang van effectieve besluitvorming. Daarbij blijft consensus, in alle fases van besluitvorming en implementatie, het uitgangspunt.

Weerbaarheid

Ten behoeve van versterking van de weerbaarheid van de NAVO en haar bondgenoten ten aanzien van bestaande en nieuwe dreigingen, is een beter geïntegreerde en gecoördineerde benadering van weerbaarheid van groot belang. Een meer gezamenlijke aanpak van weerbaarheid is nodig om de groeiende dreigingen als gevolg van de toenemende geopolitieke competitie het hoofd te bieden. Hoewel het bestendigen van nationale weerbaarheid primair een verantwoordelijkheid van de individuele landen is, kan het bondgenootschap een belangrijke rol spelen als coördinatieplatform voor informatie-uitwisseling en samenwerking tussen bondgenoten. Nederland streeft hierbij naar goede samenwerking tussen de NAVO en met name de EU.

Behoud van technologische voorsprong

Opkomende en ontwrichtende technologieën (emerging and disruptive technologies, hierna EDTs) bieden zowel een uitdaging als een kans voor de NAVO. Het beschikken over EDTs – en het behouden van een technologische voorsprong – is cruciaal voor de veiligheid van de NAVO en haar bondgenoten om zich effectief tegen EDTs te verweren. Hoewel het ontwikkelen van nieuwe technologieën primair een nationale bevoegdheid is, kan het bondgenootschap een belangrijke rol spelen als coördinatieplatform voor informatie-uitwisseling en (als aanjager van) samenwerking tussen bondgenoten op het gebied van EDTs. Daarnaast worden nieuwe technologieën meegenomen bij de capaciteitsopbouw van het bondgenootschap (NAVO-defensieplanningsproces). Mede door de inzet van Nederland is er specifieke aandacht voor het verantwoord gebruik van EDTs.

Partnerschappen (w.o. NAVO-EU)

De international rules-based order staat onder druk en wereldwijde ontwikkelingen kunnen impact hebben op de vrede en stabiliteit in en rondom het NAVO-verdragsgebied. Om de international rules-based order te beschermen en veiligheidsdreigingen gezamenlijk het hoofd te bieden, wil NAVO, ook in de rol van waardengemeenschap, de politieke dialoog en praktische samenwerking met gelijkgezinde partners versterken. Nauwe samenwerking met de EU op het gebied van veiligheid is van groot belang. De NAVO en de EU beschikken over complementaire expertise, ervaring en instrumenten.

Nederland ziet mogelijkheden om de NAVO-EU samenwerking te verbeteren, onder meer op het gebied van politieke consultaties, hybride dreigingen, cyberweerbaarheid, klimaat en defensie, alsook disruptieve technologieën, militaire mobiliteit, interoperabiliteit en standaardisatie. Nederland en Duitsland hebben een schriftelijke bijdrage over dit thema voorbereid (die U, samen met de gemeenschappelijke aanbiedingsbrief aan de SG NAVO van de Nederlandse en Duitse Ministers van Buitenlandse Zaken, in een vertrouwelijke bijlage1 toegaat) met de steun van andere EU-lidstaten en NAVO-bondgenoten. Zowel het NAVO2030-reflectieproces als de ontwikkeling van het Strategisch Kompas van de EU bieden gelegenheid deze ideeën nader te bespreken.

Klimaat

Klimaatverandering beïnvloedt de kerntaken van de NAVO en brengt nieuwe dreigingen met zich mee. Zo kan klimaatverandering werken als katalysator van dreigingen, en heeft het direct effect op de fysieke omgeving van het NAVO-verdragsgebied. Daarnaast kan klimaatverandering ook risico’s hebben voor NAVO-personeel en de operationele effectiviteit. Nederland ziet een rol voor de NAVO bij het in kaart brengen, het aanpakken en het mitigeren van klimaat gerelateerde risico’s.

Strategisch Concept

Het huidige Strategische Concept (een soort handleiding voor de Alliantie waarin de belangrijkste uitdagingen en handelingsrichtingen staan) dateert uit 2010 en moet bij de tijd worden gebracht om de uitdagingen waaraan de NAVO nu blootstaat beter te weerspiegelen. Voor Nederland is daarbij onder meer van belang dat de bondgenoten vasthouden aan de drie kerntaken van de NAVO (gemeenschappelijke verdediging, crisisbeheersing en gezamenlijke veiligheid). Daarnaast moet aandacht zijn voor de nieuwe en de hernieuwde uitdagingen waarvoor de NAVO staat zoals het agressieve handelen van Rusland, de toenemende assertiviteit van China en de impact van het gebruik van nieuwe technologieën. Ten algemene vraagt weerbaarheid van bondgenoten in toenemende mate aandacht. Ook vragen de huidige dreigingen om nauwere samenwerking met partners, waaronder de EU. Het behoud van voldoende aandacht voor wapenbeheersing, ontwapening en non-proliferatie is voor Nederland onverminderd van belang.

Gemeenschappelijke financiering

De NAVO is afgelopen decennia meer gaan doen met nagenoeg hetzelfde budget.

Ook ligt in de lijnen die SG NAVO schetst een verhoging en verbreding van gemeenschappelijke financiering van NAVO-activiteiten besloten. Het handhaven van het huidige niveau van veiligheid heeft budgettaire gevolgen, ook voor de Nederlandse bijdrage aan de NAVO. De concrete voorstellen van de SG NAVO moeten nader vorm krijgen en worden besproken; hierover ligt op dit moment geen concrete besluitvorming voor. Nederland stelt zich in beginsel constructief op. Nederland wil, net als veel andere bondgenoten, dat eventuele verhoging en verbreding van gemeenschappelijke financiering ook daadwerkelijk bijdraagt aan het versterken van de politieke en/of militaire dimensie van NAVO, en de NAVO zo beter toe te rusten voor de uitdagingen van de toekomst.

Afghanistan

De Minister van Defensie bracht op 16 mei samen met de CDS een bezoek aan de Nederlandse militairen van het Train, Advise & Assist Command North (TAAC-N) in Mazar-e-Sharif. Zij sprak daar met de Duitse commandant van TAAC-N en ook kort met de commandant van de NAVO-missie Resolute Support (RS) Generaal Miller. Zij sprak uiteraard ook met de uitgezonden mannen en vrouwen waaronder de militairen ter versterking van de beveiligingscapaciteit in Afghanistan. Deze eenheden zijn volgens plan sinds 1 mei gereed voor inzet.

De NAVO-Ministers van Defensie bespreken de militaire aanwezigheid van de NAVO in Afghanistan in de laatste (redeployment) fase van de missie Resolute Support (RS). Zoals de Minister van Defensie u onlangs heeft gemeld (Kamerstuk 27 925, nr. 771, d.d. 21 april 2021 en Kamerstuk 27 925, nr. 781, d.d. 12 mei 2021), vindt binnen de NAVO, zowel in Kaboel als in Brussel, voortdurend overleg plaats over de veilige en ordelijke beëindiging van de missie. Nederland is, net als zijn coalitiepartners, verantwoordelijk voor de terugkeer van zijn eigen militairen en materieel. De afronding van deze terugkeer is in juli 2021 voorzien. Nederland en Duitsland werken hierin nauw samen. Ook kan Nederland tot het laatste moment van de redeployment rekenen op de steun van Amerikaanse enablers en force protection capaciteiten.

In aanloop naar de NAVO-top van regeringsleiders op 14 juni a.s. zullen de Ministers van Defensie (en afhankelijk van actuele ontwikkelingen ook Ministers van Buitenlandse Zaken) tevens spreken over de toekomstige relatie van de NAVO met Afghanistan na de beëindiging van Resolute Support. Zoals de NAVO verklaring van 14 april2 stelde, betekent de beëindiging van Resolute Support het begin van een nieuw hoofdstuk in deze relatie. Voor Nederland is het van belang om daar waar mogelijk de geboekte resultaten van bijna 20 jaar NAVO-inzet te verduurzamen. Het kabinet zal er daarom toe oproepen dat invulling van de toekomstige relatie tussen de NAVO en Afghanistan hieraan bijdraagt. Deze bredere oproep loopt niet vooruit op de nog nader te definiëren Nederlandse betrokkenheid bij de toekomst van Afghanistan. Zoals eerder toegezegd zal Uw kamer ter zake een brief toegaan voor het zomerreces.

Afschrikking en verdediging

De Ministers van Defensie bespreken de voortgang van de versterking van de afschrikking en verdediging van het NAVO-verdragsgebied door het bondgenootschap. Op de agenda staat het politiek-militair advies over die versterkte Deterrence and Defence Posture, waarin implementatie van het concept for the deterrence and defence of the Euro-Atlantic Area (DDA) aan bod komt met o.a. specifiek de initiële versie van SACEUR’s Area-wide Strategic Plan (SASP). Het SASP is de vertaling van het DDA-concept naar een militair-strategisch plan voor de inzet van NAVO-troepen in conflictsituaties en voor collectieve verdediging. Het kabinet onderschrijft het belang van het SASP, in het kader van het vermogen van het bondgenootschap om op de juiste plaats en op tijd te kunnen reageren met de benodigde capaciteiten, om de gewenste effecten te kunnen bereiken (responsiveness).

NAVO-EU samenwerking

De SG NAVO presenteert tijdens de bijeenkomst van de Ministers van Defensie de voortgang op het gebied van de 74 projecten van samenwerking tussen de EU en de NAVO.

Gelet op de steeds complexer wordende veiligheidsomgeving en de toename van het aantal en het aantal soorten dreigingen, is in de Defensievisie 2035 (Kamerstuk 34 919, nr. 71) de beleidsinzet opgenomen om in de NAVO en EU te komen tot verdere specialisatie. We moeten meer gebruik maken van de specifieke meerwaarde van landen om gezamenlijk meer effecten te bereiken en de kwaliteit van ons optreden te verhogen. Het kabinet vindt het belangrijk dit onderwerp ook in NAVO-verband te bespreken. Betere afstemming op het gebied van capaciteiten en/of inzet(scenario’s) kan leiden tot meer effectiviteit en kwaliteit van het bondgenootschap. Op korte termijn ontvangt uw Kamer een brief naar aanleiding van de moties van de leden Nieuwenhuijzen en Belhaj (Kamerstuk 35 570 X, nr. 39) en van de leden Stoffer en Van den Bosch (Kamerstuk 35 570 X, nr. 54) waarin wordt ingegaan op de rationale van specialisatie, langs welke lijnen er kan worden gespecialiseerd en waar kansen en risico’s liggen.

Cyber

De Ministers van Defensie bespreken voorts de rol van de NAVO in het cyberdomein zoals beschreven in de herziening van het NAVO-Cyberbeleid. Nederland kan instemmen met de voorliggende Comprehensive Cyber Defence Policy. Onderdeel daarvan is het versterken van de eigen cyberveiligheid van het bondgenootschap, het mogelijk maken om cyberoperaties te koppelen aan bondgenootschappelijke operaties en faciliteren van een gemeenschappelijke afschrikking van en respons op kwaadaardige handelingen. Daarnaast blijft NAVO een platform voor het delen van lessons learned, best practices en kennis en innovatie in het cyberdomein.

Conflict gerelateerd seksueel geweld

De NAVO werkt op het terrein van voorkomen van en het optreden tegen Conflict-Related Sexual Violence (CRSV) aan beleid ter aanvulling van bestaande militaire richtlijnen. Vormen van dergelijk geweld worden vaak toegepast als oorlogstactiek. Dit beleid dient om effectieve preventie van en optreden tegen CRSV te verzekeren in alle missies, operaties en activiteiten van de NAVO. Bondgenoten zijn unaniem in hun steun om dit beleid aan te nemen. Nederland zet zich actief in voor een belangrijke rol van Human Security in de discussies rondom NATO 2030 en het Strategisch Concept.


X Noot
1

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven