28 625
Herziening van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

nr. 90
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 december 2009

De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft mij verzocht om in een brief een schriftelijke reactie te geven op een aantal vragen over de perceelsregistratie en de motie Atsma c.s. 32 123 XIV, nr. 87. In deze brief treft u mijn reactie aan.

1. Reactie op de motie nr. 87 van het lid Atsma c.s.

De motie verzoekt de regering te bewerkstelligen dat de nieuwe wijze van registratie geen financieel nadelige gevolgen heeft in relatie tot de reeds toegekende toeslagrechten en vergoeding voor landschapsbeheer.

Zoals ik in het begrotingsdebat heb aangegeven, behoudt de boer onder de aangepaste perceelsregistratie zijn toeslagrechten. De aangepaste registratie leidt dus niet tot een verandering van het aantal toegekende toeslagrechten. Wel kan het leiden tot minder of meer uitbetaling van deze toeslagrechten als de boer minder of meer grond heeft als gevolg van de aangepaste registratie. Het totaal aantal toegekende toeslagrechten blijft dus gelijk.

Daarnaast heb ik u in mijn brief van 19 oktober jl. gemeld dat ik van mening ben dat de financiële gevolgen van de aanpassing van het perceelsregister voor de BTR 2009 niet door de ondernemer dienen te worden gedragen en dat ik mij daar in het overleg met de Europese Commissie ten volle voor inzet. Dat geldt ook voor de reeds gegeven vergoedingen voor de Subsidie Agrarisch Natuurbeheer (SAN).

2.Uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven

De vaste commissie verzoekt om uitleg over de schijnbare tegenstrijdige uitspraken gedaan tijdens de begrotingsbehandeling LNV-begroting 2010 over de nieuwe perceelsregistratie in combinatie met de uitspraak van het CBB van 2 december 2009.

De uitspraak van het CBB van 2 december 2009 betreft een zaak van een boer die het niet eens was met een korting van zijn Bedrijfstoeslag 2007 op basis van teledetectie. Voor de duidelijkheid, teledetectie is gebaseerd op satellietbeelden. In deze zaak besloot het College dat de korting in dit geval niet gebaseerd kan worden op de satellietbeelden. Nadere bewijsvoering door middel van foto-interpretatie van een luchtfoto of op basis van een veldbezoek is in deze zaak noodzakelijk. Deze zaak staat niet in verband met het nieuwe perceelsregister. Overigens maakt de nieuwe perceelsregistratie gebruik van de techniek van de luchtfoto waarnaar het CBB verwijst als geschikte methode.

Er zal de komende maanden door Dienst Regelingen nog aan een verdere kwaliteitsverbetering van de perceelsregistratie worden gewerkt door onder meer het toepassen van een recente luchtfoto uit 2009. Daarnaast kunnen boeren onjuistheden of correcties in de perceelsregistratie melden bij het LNV-Loket. Alle wijzigingen en correcties zullen op 1 april 2010 zijn verwerkt. Mocht er toch nog discussie blijven tussen de boer en Dienst Regelingen over de interpretatie van de luchtfoto, dan kan in het uiterste geval worden besloten tot een veldbezoek. Zodoende blijft in alle gevallen de zorgvuldigheid voorop staan.

3. Openbaarmaking/ter inzage legging van de brief van de Europese Commissie over de perceelsregistratie

De vaste commissie verzoekt de brief van de Europese Commissie over de perceelsregistratie openbaar te maken, tenminste door deze vertrouwelijk ter inzage te leggen bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer. Als daaraan geen gevolg kan worden gegeven, vraagt de vaste commissie dit nader te motiveren.

De vaste Kamercommissie verzoekt mij de brief uiterlijk 15 december a.s. om 12:00 uur aan de Kamer te sturen, of eventueel vertrouwelijk ter inzage te leggen. Ik zal daarover maandag 14 december a.s. overleg voeren met de Europese Commissie. Als de Europese Commissie akkoord is, zal ik de brief overeenkomstig dit verzoek vertrouwelijk ter inzage leggen. Over eventueel bezwaar van de Europese Commissie zal ik de Kamer nader informeren.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg