Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 januari 2016
Dinsdagmiddag 12 januari jl. ontving het Ministerie van Economische Zaken de melding
dat er vijf potvissen waren gestrand op Texel.
Het betrof vijf jonge potvissen. Na de melding zijn deskundigen van Ecomare en SOS
Dolfijn ter plaatse gegaan en heeft de waarnemend burgemeester van Texel maatregelen
getroffen om het gebied af te schermen. Een team van deskundigen, dat diezelfde avond
door mij is ingesteld, heeft mij geïnformeerd en geadviseerd. Rijkswaterstaat was
ook ter plaatse om bijstand te verlenen.
Afgelopen dinsdagavond is het helaas onmogelijk en onveilig gebleken om de potvissen
te redden, mede vanwege de slechte weersomstandigheden. Vroeg in de woensdagochtend
is door de aanwezige leden van het deskundigenteam en een dierenarts ter plaatse geconstateerd
dat de vijf potvissen waren overleden.
In de loop van woensdagochtend zijn onderzoekers van de Universiteit van Utrecht een
onderzoek gestart om de doodsoorzaak vast te stellen en de mogelijke redenen waarom
de potvissen zijn gestrand te achterhalen.
Bovenstaande vond plaats conform het «protocol stranding levende grote walvisachtigen»
dat in juli 2013 aan uw Kamer is verstuurd (Kamerstuk 28 286, nr. 644). Rijkswaterstaat draagt, in samenwerking met Universiteit van Utrecht en Naturalis,
zorg voor de verwijdering van de dieren.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
M.H.P. van Dam