27 924 Pachtbeleid

Nr. 60 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 mei 2014

Met deze brief informeer ik u over de pachtnormen die op 1 juli 2014 van kracht worden. Het Ministerie van Economische Zaken stelt jaarlijks de maximale pachtprijzen voor akkerbouw- en grasland, tuinland, agrarische gebouwen en agrarische woningen vast. Pachters en verpachters kunnen afspraken maken binnen de door het ministerie bepaalde maximale pachtprijzen. Dit past in het pachtstelsel dat in 2007 met de instemming van uw Kamer is vastgesteld. De hoogst toelaatbare pachtprijzen voor 2014 zijn door LEI Wageningen UR berekend conform de uitgangspunten van het Pachtprijzenbesluit 2007.

In de bijlage zijn per pachtprijsgebied de nieuwe regionorm, de oude regionorm en het veranderpercentage voor los bouw- en grasland vermeld (tabel 1). De pachtnormen zijn gebaseerd op de bedrijfsresultaten van middelgrote en grote akkerbouw- en melkveebedrijven in de periode 2008–2012. De belangrijkste ontwikkelingen zijn:

  • In de meeste pachtprijsgebieden met overwegend akkerbouw stijgt de hoogst toelaatbare pachtprijs voor los land, vooral door de goede bedrijfsresultaten in de akkerbouw in 2012;

  • In de meeste pachtprijsgebieden met vooral melkveehouderij daalt de hoogst toelaatbare pachtprijs voor los land, door een matig bedrijfsresultaat in 2012 en het wegvallen van het goede jaar 2007 uit de berekening.

  • De reële rente, die mede aan de basis ligt van de rendementseis van verpachters, ligt eind 2013 nog steeds op een historisch dieptepunt. Dit heeft een drukkend effect op de pachtnormen.

In tabel 2 van de bijlage staan de pachtnormen voor de twee pachtprijsgebieden van los tuinland vermeld. De hoogst toelaatbare pachtprijs voor los tuinland stijgt fors in «Westelijk Holland» door de goede resultaten in 2012. In het gebied «Rest van Nederland» daalt de hoogst toelaatbare pachtprijs voor tuinland licht. Weliswaar werd daar in 2012 een goed bedrijfsresultaat geboekt, maar dat was minder dan het goede jaar 2007 dat uit de berekening wegvalt. De samenstelling van de tuinbouwsector in beide gebieden verschilt overigens sterk. In «Westelijk Holland» is het merendeel bloembollenbedrijf. In «Rest van Nederland» spelen bloembollenbedrijven nauwelijks een rol en zijn de boomkwekerijen in de meerderheid.

De hoogst toelaatbare pachtprijzen voor agrarische bedrijfsgebouwen en de pachtprijs voor bestaande overeenkomsten worden verhoogd met 1,20%, de gemiddelde bouwkostenindex over 2009–2013. Zie tabel 3 in de bijlage.

De maximale pachtverhoging voor agrarische woningen met pachtovereenkomsten van voor 1 september 2007 bedraagt 4% (inflatie van 2,5% plus 1,5%). Dat is het basishuurverhogingspercentage volgens het huurprijzenbeleid woonruimte. De hoogst toelaatbare pachtprijs voor agrarische woningen met pachtovereenkomsten aangegaan op of na 1 september 2007, wordt bepaald aan de hand van het puntenstelsel. De tabel van het puntenstelsel stijgt overeenkomstig de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte met 2,5% (inflatiepercentage over 2013).

Wijziging pachtprijsgebieden

Per 1 januari 2014 zijn twee pachtprijsgebieden gewijzigd. «Westelijk Holland» is uitgebreid met de nieuwe gemeente Hollands Kroon. Deze gemeente is gevormd uit de opgeheven gemeenten Wieringen en Wieringermeer en de gemeenten Anna Paulowna en Nierdorp. De opgeheven gemeenten Wieringen en Wieringermeer zijn uit het pachtprijsgebied «IJsselmeerpolders» gehaald.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Bijlage

Tabel 1

Nieuwe regionorm, oude regionorm en veranderpercentage per pachtprijsgebied voor los bouw- en grasland

Pachtprijsgebied

Regionorm 2014

(euro/ha)

Regionorm 2013

(euro/ha)

Verander-percentage

Bouwhoek en Hogeland

604

633

– 5

Veenkoloniën en Oldambt

575

522

10

Noordelijk weidegebied

652

693

– 6

Oostelijk veehouderijgebied

527

573

– 8

Centraal veehouderijgebied

497

527

– 6

IJsselmeerpolders

941

786

20

Westelijk Holland

542

462

17

Waterland en Droogmakerijen

315

373

– 16

Hollands/Utrechts weidegebied

708

722

– 2

Rivierengebied

760

823

– 8

Zuidwestelijk akkerbouwgebied

638

522

22

Zuidwest-Brabant

607

583

4

Zuidelijk veehouderijgebied

645

671

– 4

Zuid-Limburg

854

751

14

Tabel 2

Nieuwe regionorm, oude regionorm en veranderpercentage per pachtprijsgebied voor los tuinland

Pachtprijsgebied

Regionorm 2014

(euro/ha)

Regionorm 2013

(euro/ha)

Verander-

percentage 2014

Westelijk Holland1

1.818

1.347

35

Rest van Nederland

727

755

– 4

X Noot
1

Exclusief boomkwekerij in het gebied Boskoop en Rijneveld.

Tabel 3

Nieuwe hoogst toelaatbare pachtprijs per hectare voor de bedrijfsgebouwen van akkerbouwbedrijven, melkveebedrijven en overige bedrijven in 2014

Aard van het bedrijf

Doelmatigheid

Nieuw

Zeer goed

Goed

Redelijk

Matig

Slecht

Akkerbouw

460

362

276

203

142

82

Melkvee

1.182

930

710

521

363

208

Overig

711

561

427

314

219

125

Bron: LEI-nota 14-045

LEI, onderdeel Wageningen UR, Den Haag

Naar boven