27 062 Alleenstaande minderjarige asielzoekers

Nr. 121 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 januari 2021

Naar aanleiding van de motie van de leden van Toorenburg en Voordewind1 met het verzoek om uw Kamer periodiek te informeren over de voortgang van het Grieks-Nederlandse samenwerkingsverband om het voogdijsysteem en de opvang van minderjarige alleenstaande vreemdelingen (amv) in Griekenland structureel te verbeteren, informeer ik u hierbij over de laatste ontwikkelingen.2 Ook informeer ik uw Kamer over de uitvoering van het herplaatsingsaanbod dat aan Griekenland is gedaan als gevolg van de uitzonderlijke situatie na de branden op Lesbos.3

Ontwikkelingen situatie amv in Griekenland

Volgens de laatst beschikbare cijfers van het Griekse nationale centrum voor sociale solidariteit, E.K.K.A., waren eind december 2020 4.027 amv in Griekenland geregistreerd. Ondanks nieuwe aankomsten van amv, is het totaal aantal amv in Griekenland ten opzichte van januari 2020 met ruim 1.300 gedaald toen E.K.K.A nog 5.389 amv meldde. Deze daling is het gevolg van een combinatie van factoren, waaronder zelfstandige doorreis naar andere EU-lidstaten, transfer naar familie elders in de EU onder de Dublin-procedure en herplaatsing. De samenstelling van de groep is nagenoeg ongewijzigd: 93% jongens; 92% 14 jaar of ouder. Het merendeel is nog steeds Afghaans (38%), gevolgd door Pakistaans (22%) en Syrisch (12%).

In de periode medio december 2020 tot en met medio januari 2021 zijn circa 265 amv en andere kwetsbaren, voornamelijk gezinnen met minderjarige kinderen, herplaatst naar andere EU-lidstaten. Volgens recente data van de Europese Commissie en IOM zijn 2.226 personen herplaatst sinds voorjaar 2020, waarvan circa 585 amv. Over de invulling van het Nederlandse aanbod wordt u verderop in deze brief geïnformeerd.

Zoals eerder gemeld en met verwijzing naar de motie van het lid Voordewind c.s. inzake het bewerkstelligen dat Griekenland in elk geval de meest kwetsbaren zo snel mogelijk van de eilanden naar het vasteland overbrengt4, kan ik uw Kamer informeren dat Griekenland ook de afgelopen weken verder werk heeft gemaakt van het uitvoeren van dit staand Grieks beleid. In december 2020 zijn ruim 400 kwetsbare personen overgebracht naar het vasteland. Daarmee zijn in 2020 in totaal circa 31.755 kwetsbare migranten en vluchtelingen naar het vasteland overgebracht. Ook deze maand wordt dit beleid voortgezet. In de eerste helft van januari 2021 zijn circa 110 migranten en vluchtelingen naar het vasteland overgebracht. Het aantal migranten en vluchtelingen dat op de eilanden verblijft is daardoor significant afgenomen. Begin 2020 verbleven er circa 42.000 personen. Nu zijn dat er naar schatting circa 16.990. Deze daling wordt verder geholpen door de sterke daling van het aantal irreguliere aankomsten op de Griekse eilanden. Volgens de Commissie nam het aantal irreguliere aankomsten op de eilanden in 2020 met 85% af: van 60.151 in 2019 naar 9.126 in 2020.

Ondanks de inspanningen van de Griekse autoriteiten en de lage instroom, zijn de opvangfaciliteiten op de Griekse eilanden nog altijd ontoereikend. Met name op Samos en Chios zijn de omstandigheden voor migranten en vluchtelingen schrijnend. Maar ook op Lesbos geven de omstandigheden aanleiding tot zorgen. Dit onderstreept de noodzaak van het werk van de in september 2020 opgerichte Taskforce van de Commissie om de zogenaamde Multi Purpose Registration Identification Centers (MPRICs) op de vijf eilanden zo spoedig mogelijk in 2021 gereed te hebben, waarover ik uw Kamer in mijn vorige brief (Kamerstuk 27 062, nr. 120) informeerde. Op Lesbos is een geschikte locatie geïdentificeerd. Naar verwachting komt hier eind januari uitsluitsel over. De nieuwe MPRICs op Kos en Leros zijn gereed en al in gebruik. Het centrum op Samos is nagenoeg voltooid. In geval van Lesbos wordt oplevering voorzien in september 2021; in geval van Chios in december 2021.

In de tussentijd ondersteunt de Taskforce van de Commissie de Griekse autoriteiten tevens bij het verder verbeteren van de opvangomstandigheden in het tijdelijke kamp Mavrovouni dat na de brand in Moria elders op Lesbos is opgezet. Dit kamp is ruimer en meer gestructureerd opgezet dan Moria. In tegenstelling tot Moria voorziet kamp Mavrovouni voor alle migranten en vluchtelingen in onderdak en verblijven allen binnen de parameters van het kamp. De veiligheid in het kamp is dan ook beduidend beter dan in Moria door de meer gestructureerde opzet alsook door de permanente aanwezigheid van (meer) politie en cameratoezicht. Naar aanleiding van de vermoedelijke verkrachting van een driejarig Afghaans meisje in december jl. zijn verdere maatregelen genomen.

De tenten waarin de kampbewoners zijn gehuisvest zijn in het najaar winterklaar gemaakt. Volgens recente cijfers van de Europese Commissie zijn er circa 400 werkende toiletten aanwezig en circa 180 douches. Met (internationale) partners en verschillende ngo’s wordt gewerkt aan additionele warme douches. Ook is in alle tenten elektriciteit beschikbaar. Er wordt gewerkt aan de verbetering van het elektriciteitsnetwerk zodat in de tenten elektrische verwarming aangesloten kan worden. De voedseldistributie verloopt inmiddels goed. Medische faciliteiten zijn aanwezig en worden verder verbeterd.

Zoals bekend, deelt het kabinet de zorgen in uw Kamer over de omstandigheden waarin migranten en vluchtelingen op Lesbos en andere eilanden worden opgevangen. Over de inzet van het kabinet wordt uw Kamer zeer regelmatig geïnformeerd5. In verschillende contacten met de Griekse autoriteiten en de Europese Commissie dringt het kabinet aan op verdere verbeteringen. Uit het bovenstaande moge blijken dat de Griekse autoriteiten, met steun van de Commissie, UNHCR en diverse NGO’s, inderdaad gestaag verder werken aan verbeteringen, binnen de randvoorwaarden van een tijdelijke voorziening. Dit laat onverlet dat er nog meer nodig is. Het kabinet levert regelmatig experts aan hogergenoemde Taskforce om dit verder te bevorderen.

Voortgang samenwerkingsverband

Sinds mijn brief van 18 december 20206 over het Grieks-Nederlandse samenwerkingsverband hebben diverse ontwikkelingen plaatsgevonden. Zo heeft de Griekse Minister-President zijn kabinet gewijzigd, waarbij de functie van de zgn. alternate Minister voor Migratie en Asielbeleid is opgeheven. Dit betekent dat mijn ambtsgenoot Koumoutsakos, met wie het Grieks-Nederlandse samenwerkingsverband oorspronkelijk is opgezet, heeft moeten aftreden. Ik verwacht de samenwerking onverminderd voort te kunnen zetten met Minister van Migratie Mitarakis, die de verantwoordelijkheid voor het Grieks-Nederlandse samenwerkingsverband zal overnemen.

Op het terrein van opvang zijn verdere stappen gezet om alle geplande 48 opvangplekken te realiseren. In de eerste opvanglocatie voor meisjes worden op dit moment zestien minderjarigen opgevangen, waarvan twee tienermoeders en hun drie kinderen. Zoals eerder gemeld, worden de meisjes ondersteund bij hun asielaanvraag, gezinsherenigings- en eventuele andere procedures. Inmiddels is een meisje herenigd met familieleden in een andere lidstaat en loopt voor vijf andere meisjes eveneens een gezinsherenigingsprocedure. De vrijkomende plekken worden zo spoedig mogelijk ingevuld.

In de tweede opvanglocatie werden vanaf medio december zestien jongens opgevangen. Allen volgen een asielprocedure in Griekenland. Tegelijkertijd lopen voor tien van hen herplaatsingsprocedures in andere EU-lidstaten. Drie jongens bleken onlangs zelfstandig uit de opvanglocatie vertrokken. Er zijn aanwijzingen dat zij hebben gekozen voor een bekende smokkelroute via een van de Griekse havensteden om naar een bestemming elders in de EU te reizen. Nadat de jongens werden vermist hebben de begeleiders van de Home Project direct de betreffende protocollen in werking gesteld. Een incidentenrapportage is opgesteld en melding is gemaakt bij de Griekse autoriteiten. Onder begeleiding van de juridisch adviseur en de psychotherapeut bespreken de begeleiders het gebeurde met de overige bewoners. Ook hier geldt dat de vrijkomende plekken zo spoedig mogelijk worden ingevuld.

Begin dit jaar is het contract ondertekend voor de derde opvanglocatie waar zestien jongens zullen worden opgevangen. Deze locatie wordt nu zo snel mogelijk gereed gemaakt. Naar verwachting is deze derde locatie eind van de maand klaar voor gebruik. Ondertussen is het personeel geworven en wordt dit getraind op locatie in de andere twee opvanghuizen. De Griekse autoriteiten zijn op de hoogte van deze planning en dragen zorg voor de selectie en overplaatsing van zestien jongens zodra de locatie gereed is. Met de oplevering en in gebruik name van het derde shelter zijn alle 48 opvangplekken gerealiseerd.

Zoals eerder gemeld worden alle kinderen die in het kader van dit programma worden opgevangen, geregistreerd in openbare Griekse scholen en deels in zogenaamde multiculturele scholen. Zij krijgen daarnaast aanvullende (online) lessen in het Grieks en het Engels. Vanwege de lockdown in Griekenland als gevolg van de covid-19 maatregelen vindt onderwijs online plaats en is de organisatie van aanvullende activiteiten slechts beperkt mogelijk. De begeleiders proberen zo veel mogelijke activiteiten binnenshuis te organiseren, waaronder verschillende online workshops. In samenwerking met enkele andere organisaties, hebben de meisjes in het eerste opvanghuis mondmaskers ontworpen en gemaakt voor daklozen in de omgeving van Athene. Daarnaast vinden gesprekken plaats met een aan een voetbalclub gelieerde stichting om de kinderen deel te laten nemen aan een sportprogramma dat specifiek voor amv is gemaakt.

Op het gebied van voogdij worden in de week van 18 januari de digitale workshops onder leiding van Nidos hervat. In deze workshops wordt het Nederlandse model, en de rol van Nidos daarin, toegelicht, alsook de manier waarop Nidos is georganiseerd en met andere ketenpartners samenwerkt. Tijdens de hierop volgende workshops staat de werving en training van voogden centraal, alsook de wijze waarop de kwaliteit van het voogdijsysteem voor amv wordt gewaarborgd. Daarbij moet worden aangetekend dat de workshops een eerste stap in het voogdijprogramma zijn. De feitelijke opzet met hulp van NIDOS van een functionerend voogdijsysteem in Griekenland zal tijd vergen. De verantwoordelijkheid hiervoor is recentelijk overgedragen van E.K.K.A. naar de Special Secretary for Unaccompanied Minors en moet nog helemaal worden ingevuld.

In navolging van mijn laatste brief van 18 december 2020, kan ik uw Kamer informeren dat de Griekse ngo METAdrasi door de Griekse autoriteiten is gekozen om voor een tijdelijke periode voogden ter beschikking te stellen. METAdrasi heeft hier ruime ervaring mee. De komende periode wordt in overleg met de relevante Griekse partners bezien op welke wijze het Grieks-Nederlandse samenwerkingsverband METAdrasi hierbij kan ondersteunen en hoe vervolgens de overgang naar een nieuw voogdijsysteem het beste kan worden gemaakt.

Herplaatsingsaanbod

In mijn brief van 18 december, heb ik uw Kamer geïnformeerd over de voortgang van de invulling van het herplaatsingsaanbod in reactie op de branden op Lesbos7 en mijn inspanning om dit in lijn met de motie van het lid Voordewind c.s.8 zo snel mogelijk te realiseren.

Zoals aangekondigd in hogergenoemde brief zijn nog voor de Kerst 49 kwetsbare personen vanuit Griekenland naar Nederland herplaatst. Sindsdien zijn nog 51 kwetsbare personen door de Griekse autoriteiten voordragen en geselecteerd voor herplaatsing naar Nederland. Van hen zijn dertien al in Nederland aangekomen en voor de overigen zijn vluchten geboekt in de week van 18 januari, waarmee het herplaatsingsaanbod volledig zal zijn uitgevoerd. Net als de eerste groep van 49, zijn ook alle voor herplaatsing geselecteerde personen getest op covid-19 en voorafgaand aan hun overkomst naar Nederland in quarantaine gegaan. Na aankomst worden zij opgevangen in een locatie van het COA om zo snel mogelijk in een gemeente te worden geplaatst.

In totaal zijn onder het Nederlandse aanbod 100 kwetsbaren geselecteerd voor herplaatsing naar Nederland: 57 kwetsbare minderjarigen (waarvan 2 amv), en 43 volwassenen. Anders dan ten tijde van het aanbod was voorzien, gaat het met name om kwetsbare personen en (minderjarige) kinderen in gezinsverband die in Griekenland al een status hadden gekregen en 2 amv. Meer dan de helft van de 57 minderjarigen is 4 jaar of jonger (30 kinderen); 56 van de 57 kinderen zijn 14 jaar of jonger, inclusief beide amv.

De door Nederland geselecteerde personen komen van verschillende plekken in Griekenland. Zij zijn eerder in het kader van het staande Griekse beleid inzake kwetsbaren vanaf de Griekse eilanden, waaronder Lesbos, naar het vasteland overgebracht. Negen gezinnen, van in totaal 45 personen, hebben op enig moment in Moria verbleven. Zoals in mijn brief van 24 november jl.9 toegelicht is op verzoek van de Griekse autoriteiten afgesproken dat zij de voordracht niet noodzakelijkerwijze hoefden te beperken tot personen die ten tijde van de branden op Lesbos in het kamp Moria verbleven, maar ook eerder (uit Moria) overgeplaatste amv en kwetsbare gezinnen konden voordragen. Daarmee wordt de druk op de opvang op het Griekse vasteland verminderd. Dit stelt Griekenland in staat andere kwetsbaren van de Griekse eilanden naar het vasteland over te brengen.

Het is aan de Griekse autoriteiten om op basis van hun kennis van de zaken en de situatie de inschatting te maken of sprake is van kwetsbare personen die kunnen worden voorgedragen voor herplaatsing. Dat doen zij op basis van werkafspraken die voor het herplaatsen van kwetsbare personen in gezinsverband zijn gemaakt tussen de Griekse autoriteiten, Europese Commissie, EASO, VN organisaties en deelnemende lidstaten. Hierin worden voorbeelden van kwetsbare profielen genoemd, zoals slachtoffers van marteling, personen met medische aandoeningen, slachtoffers van SGBV (sexual and gender based violence) of personen die het risico lopen daarop, alleenstaande ouder met kinderen, lgbtiq. Wij vertrouwen op de inschatting door de Griekse autoriteiten en EASO.

Het is, alle inspanningen ten spijt, gebleken dat de amv’s tot en met 14 jaar en tevens afkomstig uit kansrijke landen nauwelijks beschikbaar zijn voor herplaatsing vanuit Griekenland. Bij de voordracht en selectie was de inschatting van belang dat zij daadwerkelijk in aanmerking komen voor een asielvergunning in Nederland. Voorkomen moet worden dat alleenstaande kinderen naar Nederland worden gehaald waarvan de kans reëel is dat zij na het doorlopen van de asielprocedure niet in aanmerking komen voor een vergunning en uiteindelijk moeten terugkeren naar hun herkomstland. Het reeds beperkte aantal amv’s dat wel in aanmerking kwam voor herplaatsing naar Nederland bleek vaak familie in een andere Europese lidstaat te hebben en er is, om die reden, voor gekozen naar die lidstaat te herplaatsen. Om alsnog recht te doen aan de wensen van uw Kamer en in het bijzonder de hierboven genoemde motie Voordewind c.s. is daarom met de Griekse autoriteiten afgesproken dat zij desgewenst een groter aandeel kwetsbare personen en kinderen in gezinsverband kunnen voordragen om het aantal plaatsen van het Nederlandse herplaatsingsaanbod verder in te vullen. Uiteindelijk gaat het erom dat zo snel mogelijk kwetsbare personen en kinderen naar Nederland worden overgebracht en dat de Griekse autoriteiten worden ontlast.

Aangezien voornamelijk hele gezinnen zijn herplaatst, zal gezinshereniging beperkt zijn, die zoals bekend in mindering zou komen van het nationale hervestigingsquotum.10

Tot slot kan ik u informeren dat een groot deel van de voor Kerst overgebrachte gezinnen al is gekoppeld aan gemeenten voor huisvesting, waaronder de gemeenten die mij hierover per brief hebben benaderd. Daarmee hebben deze gemeenten invulling gegeven aan hun aanbod om kwetsbare personen te huisvesten die uit Griekenland worden herplaatst naar Nederland. Dat is goed nieuws voor deze groep, maar kan wel ten koste gaan van statushouders die hier al langer in de opvang verblijven. De nood en noodzaak blijft hoog om samen met gemeenten te kijken hoe we ook de grote groep bestaande statushouders een woonplek kunnen geven.

Conform de motie van de leden van Toorenburg en Voordewind11 zal ik uw Kamer periodiek blijven informeren. Nu de 48 opvangplekken voor amv op het Griekse vasteland spoedig geheel zijn gerealiseerd, het samenwerkingsverband op gang is gekomen en het herplaatsingsaanbod is nagekomen, zal ik dit in beginsel eens per kwartaal doen.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol


X Noot
1

Kamerstuk 19 637, nr. 2614

X Noot
2

Kamerstuk 27 062, nr. 111

X Noot
3

Kamerstuk 19 637, nr. 2652

X Noot
4

Kamerstuk 32 317, nr. 654

X Noot
5

Brief Minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking d.d. 14 januari 2021, Kamerstuk 34 952, nr. 124, over de Nederlandse bijdragen aan UNICEF en IRC.

X Noot
6

Kamerstuk 27 062, nr. 120

X Noot
7

Kamerstuk 27 062, nr. 115

X Noot
8

Kamerstuk 35 570 VI, nr. 65

X Noot
9

Kamerstukken 27 062 en 19 637, nr. 117

X Noot
10

Kamerstuk 19 637, nr. 2652

X Noot
11

Kamerstuk 19 637, nr. 2614

Naar boven