24 804
Veiligheidsbeleid Burgerluchtvaart

nr. 74
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 februari 2010

In overeenstemming met artikel 24 van de Kaderwet adviescolleges Rijksoverheid doe ik u het advies van het adviescollege voor de burgerluchtvaartveiligheid DEGAS (Dutch Expert Group Aviation Safety) toekomen: «De voorschriften voorbij, richtlijnen voor het verder bevorderen van de veiligheid van ultraveilige systemen».1

Het advies bevat richtlijnen die het debat en de besluitvorming over de ontwikkeling van luchtvaartveiligheidssystemen kunnen ondersteunen. De richtlijnen zijn vanuit de praktijk opgesteld en bedoeld om de beleidsmakers en besluitvormers inzicht te bieden in de werking van veiligheidsmanagement in de luchtvaart van binnenuit. DEGAS benadrukt in haar advies dat kennis in de luchtvaart steeds meer een terrein voor specialisten is geworden, direct betrokken bij de uitvoering van het luchtvaartproces. Het is van belang bij de verdere ontwikkeling van veiligheidsmanagement om de noodzakelijke kennis op het juiste niveau in het systeem te borgen, en verantwoordelijkheden bij de juiste actoren in het proces te beleggen.

De richtlijnen die DEGAS in haar advies heeft geformuleerd worden meegenomen en uitgewerkt in de nieuwe Beleidsagenda luchtvaartveiligheid 2010–2015 en in het State Safety Program (SSP) dat hieraan gerelateerd is.

Beide nota’s zullen vóór de zomer aan de Tweede Kamer worden aangeboden.

Tevens heb ik ter kennisneming het werkprogramma van DEGAS voor het jaar 2010 bijgevoegd.1

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven