24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 462 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 april 2012

Hierbij bied ik uw Kamer het Toezichtbericht PI Amsterdam Overamstel van de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt) aan.1

Aangezien eerdere ISt-rapporten over deze inrichting zeer kritisch van toon waren en uw Kamer met regelmaat is geïnformeerd over de ontwikkelingen binnen de PI Amsterdam Overamstel (PIOA), voeg ik direct mijn inhoudelijke beleidsreactie op het Toezichtbericht toe.

Toezichtbericht PI Amsterdam Overamstel

De ISt heeft in 2009 een zeer kritisch rapport uitgebracht over de situatie in de PIOA. Dit rapport is de basis geweest voor een omvangrijk verbetertraject binnen de inrichting. De ISt heeft de PIOA vervolgens in het najaar van 2010 doorgelicht. Tijdens deze doorlichting heeft de ISt veel verbeteringen geconstateerd ten opzichte van het onderzoek in 2009. De ISt gaf in 2010 aan dat de PIOA op de goede weg is, maar dat nog steeds onverminderde inspanningen nodig zijn om de drie HvB (huis van bewaring)-torens op een stabiel goed functionerend niveau te brengen.

In februari van dit jaar heeft de ISt een tussentijds toezicht in de PIOA uitgevoerd. De uitkomsten van dit tussentijds toezicht hebben geleid tot het besluit van de Inspectie om binnen een jaar een vervolgonderzoek in te stellen. Reden hiervoor is het aanhoudend hoge personeelsverzuim en de onzekerheid over het op korte termijn realiseren van de belangrijke nog openstaande aanbevelingen.

De ISt heeft nu geconstateerd dat de helft van de aanbevelingen uit het rapport van 2010 volledig is gerealiseerd. Een aantal verbeteringen uit 2010 houdt nog steeds stand. Zo is het arbeidsaanbod nog steeds op orde, vindt het multidisciplinair overleg frequent plaats, is voor personeel en leiding duidelijk hoe de processen zijn ingericht en kan eenvoudig sturingsinformatie beschikbaar worden gesteld.

Een aantal van de belangrijkste aanbevelingen is evenwel nog steeds niet doorgevoerd, zoals de invoering van het nieuwe dagprogramma. Tot daags voor het tussentijds toezicht ontbrak het aan instemming van de medezeggenschap met de werktijdenregeling. Zonder deze instemming kan het beoogde nieuwe dagprogramma niet ingevoerd worden. De ISt geeft in haar toezichtbericht aan dat de verwachting is dat het per 1 mei 2012 kan worden ingevoerd.

Een ander belangrijk aandachtspunt is volgens de ISt het zeer hoge ziekteverzuim. De ISt had echter wel de indruk tijdens het bezoek dat er op de werkvloer in toenemende mate vertrouwen is in de leiding. Het zeer hoge verzuim vormt echter nog een belangrijke indicator voor de nog altijd aanwezige weerstand tegen elke vorm van verandering.

Beleidsreactie

Ik neem het oordeel van de Inspectie bij dit tussentijds toezicht serieus. Inmiddels staat vast dat het nieuwe dagprogramma op 1 mei a.s. zal worden ingevoerd, nu de medezeggenschap haar instemming heeft verleend aan de werktijdenregeling. Met de invoering van het nieuwe dagprogramma zullen ook de meeste maatregelen op de aanbevelingen die de ISt had gedaan in 2010 en waaraan nog geen uitvoering was gegeven, zoals het structureel doorgang laten vinden van de werkoverleggen en het structureel aan de orde stellen van penitentiaire scherpte, kunnen worden gerealiseerd. Materieel voldoet het dagprogramma hiermee aan de landelijke eisen van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), met uitzondering van de tijden waarop het programma aanvangt en eindigt.

Ook stuurt de inrichting sterk op het terugdringen van het hoge ziekteverzuim. Het landelijke project Maatwerk Verzuim van DJI wordt ook in de PIOA met kracht ingezet. Er heeft recent een evaluatie plaatsgevonden van het ziekteverzuimbeleid, waaruit een aantal acties zijn voortgekomen, die door een werkgroep worden opgepakt. Ik merk hierbij wel op dat het hoge ziekteverzuim niet geldt voor elke toren van de PIOA, maar deels wordt veroorzaakt door langdurig zieke medewerkers in één huis van bewaring. Doordat de inrichting een aantal maatregelen heeft genomen, zoals het inzetten van medewerkers uit andere torens bij uitval, kan het dagprogramma doorgang vinden en is er zo goed als geen sprake van uitval van activiteiten.

Gezien de gebouwelijke en personele situatie in de PIOA, verwacht ik dat ook de komende jaren vele inspanningen nodig zijn om de uitvoering van de detentie op het hoogste niveau te brengen. Tegelijkertijd kan worden geconstateerd dat na het kritische rapport van 2009 de PIOA de weg omhoog heeft gevonden en dat de situatie in een gestaag tempo verbetert. Ik ga er van uit dat, nu het nieuwe dagprogramma zal worden ingevoerd, er een nieuwe fase is aangebroken waarin de directie en het personeel van de inrichting de openstaande aanbevelingen van de ISt voortvarend en daadkrachtig zullen oppakken.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven