21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1331 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juli 2021

Met deze brief informeer ik uw Kamer over de agenda van de Landbouw- en Visserijraad van 19 juli aanstaande. Op het moment van schrijven is er nog geen definitieve agenda beschikbaar.

I. Agenda Raad

Voorzittersprioriteiten

Op 1 juli heeft Slovenië de rol van het voorzitterschap van Portugal overgenomen en Slovenië sluit daarmee het triovoorzitterschap van Duitsland, Portugal en Slovenië af. De Raad van 18 juli zal voor de Slovenen de eerste Landbouw- en Visserijraad zijn onder hun voorzitterschap. Zij zullen tijdens de Raad hun prioriteiten voor het komende half jaar presenteren. Slovenië heeft aangegeven hun voorzitterschap met de slogan «Together. Resilient. Europe.» in gaan te vullen. De Slovenen willen zich het komende half jaar gaan richten op het herstel en het opbouwen van een veerkrachtige Unie die toekomstige crises beter te lijf kan gaan. Wat betreft de prioriteiten op het gebied van de Landbouw- en Visserijraad wil het nieuwe voorzitterschap zich blijven inzetten op het gebied van duurzame voedselketens, -landbouw en -visserij en het garanderen van de voedselvoorziening in tijden van crisis. Verdere uitwerking van de Green Deal en de «Van boer tot bord»-strategie zullen ook onder het Sloveense voorzitterschap plaatsvinden, net als het afsluiten van de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) en de verdere uitwerking van de Nationale Strategische Plannen. Daarnaast zullen de Slovenen een discussie met de lidstaten op gang willen brengen over de uitdagingen bij de ontwikkeling van plattelandsgebieden. Andere prioriteiten van het nieuwe voorzitterschap zijn herkomstetikettering, handel met derde landen, de bossenstrategie, de positie van de boer in de waardeketen en plant- en diergezondheid. Wat betreft de visserij, zal Slovenië de onderhandelingen over de Controle Verordening Visserij en de onderhandelingen over de vangstmogelijkheden voor 2022 voortzetten.

Raadsconclusies Actieplan voor de ontwikkeling van biologische productie

Het EU-voorzitterschap zal de Raadsconclusies presenteren over dit actieplan. Het actieplan is een verdere uitwerking van de ambities in de Green Deal en de daaruit volgende «Van boer tot bord»-strategie en de Biodiversiteitsstrategie. Met het actieplan zet de Commissie in op het stimuleren van productie en consumptie van biologische producten, o.a. door uiterlijk in 2030 ten minste 25% van de landbouwgrond in de Europese Unie te gebruiken voor biologische landbouw en de biologische aquacultuur uit te bouwen. In de Raadsconclusies wordt o.a. aangegeven dat de balans tussen vraag- en aanbod voor de biologische sector essentieel is bij het uitwerken hiervan. Ook is er aandacht voor het feit dat lidstaten zeer uiteenlopende vertrekpunten hebben op het gebied van biologische productie. Het kabinet zal, zoals eerder aangegeven aan een nationale strategie voor biologische landbouw gaan werken. De Raadsconclusies zijn in lijn met de Nederlandse inzet, zoals ook weergegeven in het BNC-fiche dat uw Kamer hierover ontving.

Presentatie Langetermijnvisie plattelandsgebieden

In het najaar van 2020 heeft de Europese Commissie een publieke consultatie gehouden onder Europese burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties over de toekomst van de plattelandsgebieden. De Europese Commissie wilde daarmee vanuit de diverse organisatieonderdelen laten zien dat zij het platteland serieus neemt. Doel van de consultatie was om prangende kwesties in de gebieden in beeld te krijgen. Het gaat daarbij onder meer om demografische veranderingen, het gevaar voor armoede, toegang tot faciliteiten en het waarborgen van voldoende werkgelegenheid. Daarnaast heeft de Commissie diverse thematische bijeenkomsten en een conferentie over de toekomst van Europa georganiseerd.

Vanuit mijn ministerie is via het Netwerk Platteland deze consultatie en bijeenkomsten onder de aandacht gebracht van de diverse bij het netwerk betrokken maatschappelijke organisaties. De uitkomsten van de consultatie vormen de basis voor de Langetermijnvisie voor de plattelandsgebieden in 2040, waarbij aandacht wordt besteed aan nieuwe uitdagingen en kansen.

Op 30 juni 2021 is de visie gepubliceerd. De Commissie constateert daarin dat er geen sprake is van één bepaald type platteland, maar dat er een grote diversiteit is die vraagt om maatwerkoplossingen. In de publicatie schetst de Europese Commissie een beeld, waarin diverse initiatieven moeten worden genomen om te komen tot sterkere, verbonden, veerkrachtige en welvarende plattelandsgebieden in 2040. Om dit te bereiken stellen de lidstaten elk een «Rural Pact» op om samen met lokale autoriteiten en belanghebbenden om in te spelen op de behoeften en ambities van de bewoners op het platteland. In het begeleidende EU-plan voor de plattelandsontwikkeling worden vervolgens de concrete acties opgenomen om dit te bereiken. Deze acties zijn divers en liggen op het gebied van verdere verduurzaming van de landbouw en landgebruik met het oog op de klimaatverandering, betere fysieke – maar ook digitale verbindingen zoals de uitrol van het 5G-netwerk, nieuwe vormen van werkgelegenheid door het aantrekken van innovatieve bedrijven, nieuwe afzetmarkten, opleidingsmogelijkheden en het verhogen van het niveau van verschillende maatschappelijke faciliteiten. De aanpak heeft een integraal en divers karakter. Voor de financiering kan daarom volgens de Commissie naast het Europese Fonds voor de Plattelandsontwikkeling (ELFPO), ook gebruik worden gemaakt van de diverse Cohesiefondsen en het COVID-19 herstelfonds.

In mijn inbreng zal ik wijzen op het belang van voldoende voorzieningen en werkgelegenheid om daarmee de leefbaarheid in de toekomst op platteland te waarborgen. Ik onderschrijf daarbij de aanpak om initiatieven rond verduurzaming van de landbouw en digitalisering te ondersteunen.

Internationale handel in landbouwgoederen en studie impact van toekomstige handelsakkoorden op de landbouwsector

Onder dit agendapunt zal de Europese Commissie de Raad informeren over de stand van zaken van haar werkzaamheden op het gebied van internationale handel in landbouwgoederen. Op het moment van schrijven is er nog geen stuk van de Europese Commissie beschikbaar, mogelijk geeft de Commissie een update over de laatste stand van zaken van de handelsrelatie met het Verenigd Koninkrijk.

Bij het verlenen van markttoegang is Nederland van mening dat er prudent moet worden omgegaan met kwetsbare sectoren zoals weergegeven in de studie voor de impact van toekomstige handelsakkoorden op de landbouwsector. Handelsakkoorden moeten het gelijk speelveld bevorderen en er moet vastgehouden worden aan de EU-normen ter bescherming van mens, dier, plant en milieu.

Mededeling Europese Commissie over het Europees burger initiatief «End the Cage Age»

Naar verwachting zal de Europese Commissie tijdens de Raad haar officiële reactie toelichten op het Europese burger initiatief (EBI) «End the Cage Age». Het EBI riep de Commissie op om wetgeving voor te stellen om het gebruik van kooien te verbieden voor de huisvesting van leghennen, konijnen, opfokleghennen, vleeskuiken- en leghenouderdieren, kwartels, eenden en ganzen, zeugen (in de kraamstal en ligboxen voor andere zeugen) en kalveren (individuele boxen).

De Commissie heeft inmiddels een mededeling uitgebracht (COM (2021) 4747), waaruit blijkt dat zij voornemens is om met een voorstel te komen om kooisystemen – onder voorwaarden – uit te faseren en uiteindelijk te verbieden. Ze wil eind 2023 met een wetsvoorstel komen, als onderdeel van de geplande herziening van de EU-dierenwelzijnswetgeving. De voorwaarden – inclusief overgangstermijnen – zullen bepaald worden op basis van EFSA-adviezen die in voorbereiding zijn en de resultaten van een impactbeoordeling en een openbare consultatie die zullen plaatsvinden. De Commissie zal de beschikbare wetenschappelijke kennis, beoordeling van sociale, economische en milieueffecten en veranderende behoeften en consumentenvraag in overweging nemen. Hier zal rekening mee gehouden worden bij de bepaling van de overgangstermijnen en ondersteunende maatregelen om de transitie te faciliteren. De Commissie zal met name de haalbaarheid beoordelen van het oogmerk om de voorgestelde wetgeving vanaf 2027 in werking te laten treden.

Ik acht hetgeen de Commissie heeft voorgenomen om kooihuisvesting uit te gaan faseren en te verbieden, een goede richting. Over onderhavige Commissie-mededeling zal een BNC-fiche worden voorbereid, die na het zomerreces aan uw Kamer zal worden toegezonden.

AOB-punt: Verbetering dierenwelzijn kalkoenenhouderij in lijn met de Farm to Fork Strategy

Oostenrijk heeft een informatienote in voorbereiding over verbetering van dierenwelzijn in de kalkoenenhouderij. Oostenrijk acht EU-brede minimumnormen voor de maximale bezettingsdichtheid en andere relevante parameters noodzakelijk voor deze houderij. Men geeft aan dat er toenemende vraag is naar dierlijke producten op basis van hogere normen voor dierenwelzijn. De EU moet deze ontwikkeling volgens Oostenrijk weerspiegelen en aanmoedigen. Bewustmakingscampagnes en openbare aanbestedingen kunnen ook bijdragen aan het verder bevorderen van betere normen voor dierenwelzijn. Oostenrijk wil – samen met andere EU-lidstaten – verplichte EU-houderijvereisten voor de kalkoenhouderij, gebaseerd op up-to-date wetenschappelijke kennis en in overeenstemming met de «van boer tot bord»-strategie. Daarom nodigen ze de Europese Commissie uit om dit in overweging te nemen bij de herziening van de dierenwelzijnswetgeving van de Unie, zoals aangekondigd in de strategie.

Ik ben voornemens steun te verlenen aan de oproep van Oostenrijk.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven