21 501-30 Raad voor Concurrentievermogen

Nr. 520 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 februari 2021

Hierbij bied ik u, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, het verslag aan van een informele Raad voor Concurrentievermogen die op 3 februari 2021 plaatsvond.

Tijdens deze Raad voor Concurrentievermogen is door de lidstaten van gedachten gewisseld over het bevorderen van aantrekkelijke en duurzame onderzoekscarrières in Europa, in zowel publieke als private instellingen.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

Bevorderen van aantrekkelijke onderzoekscarrières in Europa

Beleidsdebat

Tijdens de informele Raad voor Concurrentievermogen van 3 februari jl. spraken de onderzoeksministers over het bevorderen van aantrekkelijke en duurzame onderzoekscarrières in zowel publieke als private instellingen. Centraal stond de vraag hoe in Europees verband kan worden samengewerkt aan onder andere het verbeteren van carrières binnen TO2-instellingen en hoger onderwijsinstellingen en het stimuleren van onderzoekscarrières in het bedrijfsleven.

Eurocommissaris Gabriel benadrukte in algemene zin het belang van kennis om de huidige en toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden. Dit vraagt om investeringen in talentontwikkeling en onderzoek. Ook vroeg zij aandacht voor kenniscirculatie in Europa en versterkte samenwerking tussen de academische sector en het bedrijfsleven, ter bevordering van intersectorale mobiliteit. Hierbij is synergie tussen onderwijs, onderzoek en innovatie van belang. Daarnaast moet volgens Gabriel het waarderen van onderzoekers hervormd worden en dienen de lidstaten op dit gebied samen te werken. Tot slot verwees de Eurocommissaris naar de eerder aangekondigde oprichting van een ERA Forum for Transition en een Pact voor O&I.1 Dit ERA Forum for Transition heeft tot doel om verschillende aspecten van O&I-beleid binnen de Europese Onderzoeksruimte nader uit te werken, waaronder onderzoekscarrières. Nederland is binnen dit Forum ambtelijk vertegenwoordigd. Verschillende prominente gastsprekers boden hun perspectief op onderzoekscarrières en gingen in op zaken als het belang van ruimte voor bottom-up onderzoek en vaste contracten. Ook vroegen zij aandacht voor het opleiden van PhD-kandidaten voor een positie buiten de academie. Hierbij zijn digitale vaardigheden en de link met onderwijs- en sociaal beleid van belang.2

Veel lidstaten benoemden in hun interventies het belang van aantrekkelijke onderzoekscarrières voor het concurrentievermogen van de EU als geheel. Hierbij werden prioriteiten als het breder waarderen van onderzoekers en open science benoemd. Diverse lidstaten gaven aan dat de focus teveel op publicaties in excellente wetenschappelijke tijdschriften ligt. Ook werd het belang van mobiliteit zowel binnen de academische sector, bijvoorbeeld middels het Europese Universiteiten Netwerk, als mobiliteit tussen de academische sector en het bedrijfsleven opgebracht in de interventies van de lidstaten. Door verbeterde mobiliteit kunnen (jonge) onderzoekers brede vaardigheden opdoen die kennisuitwisseling tussen sectoren vergemakkelijkt en onderzoekers tevens voorbereidt op een baan buiten de academie. Een aantal, met name Oost-Europese lidstaten vroeg aandacht voor gebalanceerde kenniscirculatie in de EU. Daarbij gaven zij aan dat het nodig is dat ook sociale zekerheid, pensioenen en werkomstandigheden op een gelijkwaardige manier worden geregeld in EU-verband. Dit draagt er volgens deze lidstaten aan bij dat obstakels voor mobiliteit worden weggenomen. Tot slot wezen bepaalde lidstaten op het verbeteren van arbeidsvoorwaarden voor specifiek jonge onderzoekers en benadrukte een aantal lidstaten het carrièreperspectief en gelijke kansen voor vrouwelijke onderzoekers.

Nederland vroeg aandacht voor het erkennen en waarderen van onderzoekers en kennisuitwisseling in ecosystemen. Hierbij heeft Nederland het belang van een brede blik op onderzoekscarrières benadrukt, waarbij aspecten als leiderschap, impact, onderwijs en team science ook beloond worden. Op het gebied van ecosystemen heeft Nederland aangegeven dat ecosystemen de circulatie van zowel kennis als mensen tussen publieke en private partijen bevorderen. Hierdoor krijgen (jonge) onderzoekers de kans om breed ervaring op te doen.


X Noot
1

Het ERA Forum for Transition en het Pact voor O&I zijn beiden aangekondigd in de Commissiemededeling van 30 september jl., waar uw Kamer middels een fiche over is geïnformeerd (Kamerstuk 22 112, nr. 2967).

X Noot
2

Gastsprekers waren Jean-Pierre Bourguignon (Voorzitter ERC), Elvira Fortunato (hoogleraar Universiteit van Lissabon), Andrew Wyckoff en Andreas Sleicher (OESO), Joost Korte (Directeur-Generaal Employment and Social Policy, Europese Commissie), Jean-Eric Paquet (Directeur-Generaal Research & Innovation, Europese Commissie), Guy Villax (CEO, Hovione) en Patrick Prendergast (Rector, Trinity College Dublin).

Naar boven