nr. 405
BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 november 2008
Graag bieden wij u hierbij, mede namens de minister-president, het verslag
aan van de informele bijeenkomst van staatshoofden en regeringsleiders van
de Europese Unie die op 7 november 2008 te Brussel plaatsvond.
De minister van Buitenlandse Zaken,
M. J. M. Verhagen
De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
F. C. G. M. Timmermans
Verslag van de informele bijeenkomst van staatshoofden
en regeringsleiders van de Europese Unie op 7 november 2008 te Brussel
Het doel van de bijeenkomst was om de Europese aanpak te bepalen met betrekking
tot de als gevolg van de financiële crisis noodzakelijke aanpassing van
het internationale financiële stelsel. President Bush heeft op 15 november
a.s. een topontmoeting in Washington over dit onderwerp belegd.
Tijdens de bijeenkomst bestond grote overeenstemming over vier beginselen
voor de Europese inzet (zie ook de bijlage)1:
1. een dekkend en proportioneel stelsel van regulering en/of toezicht;
2. verantwoordelijkheid en transparantie moeten de leidende beginselen
zijn in de financiële sector;
3. het stelsel moet zo zijn ingericht dat onaanvaardbare risico’s
vroegtijdig worden ontdekt;
4. een versterkt IMF moet een centrale rol krijgen in de mondiale financiële
architectuur.
De EU en de aanwezige lidstaten zullen zich bij de bijeenkomst in Washington
op 15 november a.s. inzetten voor betere regels voor «rating agencies»,
meer eenheid in boekhoudregels, een mondiaal meer dekkend stelsel van regelgeving
c.q. toezicht, de opstelling van gedragscodes om het nemen van onaanvaardbare
risico’s te voorkomen en uitbreiding van de rol van het IMF.
Minister-president Balkenende heeft ervoor gepleit snel voortgang te maken
met het organiseren van het toezicht op grensoverschrijdende bedrijven. Als
eerste stap moeten er in Europa verbanden komen waarin nationale toezichthouders
beter samenwerken. De tweede stap is de vorming van Europees stelsel, met
een belangrijke rol voor de nationale toezichthouders, maar ook met een sterk
centraal orgaan. De groep onder leiding van de heer De Larossière waar
oud-minister Ruding deel van uitmaakt, zal daaraan een bijdrage leveren.
Ook heeft de minister-president gepleit voor een gedragsverandering binnen
de financiële sector. De financiële bedrijven moet zich bewust zijn
van het publieke belang van de sector en korte-termijnwinst niet laten prevaleren
boven lange-termijnbelangen. Gedragscodes voor bonusregelingen van de sector
met toezicht van bovenaf kunnen een goede oplossing zijn. Eigen verantwoordelijkheid
staat voorop, maar van vrijblijvendheid kan geen sprake zijn.
Minister-president Balkenende heeft een lans gebroken voor het oprichten
van een geloofwaardige wereldwijde organisatie voor financiële stabiliteit.
Het IMF is daarvoor het vertrekpunt. Deze instelling richt zich nu vooral
op de overheidsfinanciën van landen. Het mandaat moet worden uitgebreid,
opdat het zich ook uitstrekt tot de stabiliteit van de financiële sector.
Tot slot wees de minister-president erop dat de financiële crisis
niet mag leiden tot afzwakking van de aandacht voor andere mondiale ambities
en trajecten, namelijk de WTO-onderhandelingen, de Millennium Development
Goals en de klimaatonderhandelingen.
Voorzitter Sarkozy heeft geconcludeerd dat de in het papier met de uitkomst
van de informele bijeenkomst («agreed language») opgenomen noties
een eerste basis vormen waarop de EU-lidstaten en de Commissie in de komende
weken kunnen deelnemen aan de internationale besprekingen over aanpassing
van het mondiale financiële stelsel.
Voorts kondigde hij aan dat de discussie over de effecten van de financiële
crisis op de reële economie en het Europese antwoord daarop in de vorm
van maatregelen om de economische groei en werkgelegenheid te handhaven, hoofdbestanddeel
zal zijn van de Europese Raad van 11/12 december a.s.