Vragen van de leden Ouwehand en Arissen (beiden PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Minister voor Medische Zorg over de gevoeligheid van de eendenhouderij voor vogelpest (ingezonden 19 maart 2018).

Mededeling van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 26 maart 2018)

Vraag 1

Bent u bekend met de analyse van hoogleraar epidemiologie Stegeman dat het geen toeval is dat de pluimveebedrijven waar de afgelopen periode vogelgriep is uitgebroken vaak eendenbedrijven zijn? Onderschrijft u zijn analyse dat eenden nou eenmaal gevoeliger zijn voor dit virus dan kippen?1

Vraag 2

Heeft u gezien dat de pluimveesector lang heeft gedacht dat eenden niet snel besmet zouden raken met een vogelgriepvirus, maar dat zij nu moet vaststellen dat eenden juist zeer gevoelig zijn voor vogelgriep?2

Vraag 3

Kunt u bevestigen dat de variant H5N6 een mengvorm is van een hoogpathogene H5-variant en een laagpathogeen N6-type en dat dit een relatief nieuwe en gevaarlijke vorm lijkt in Nederland?

Vraag 4

Erkent u de risico’s voor de volksgezondheid als virussen die op zichzelf geen probleem zijn bij trek- en watervogels via de (pluim)veehouderij kunnen overslaan op de mens? Zo ja, welke risico’s ziet u? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Erkent u dat de risico’s voor de volksgezondheid aanmerkelijk kleiner zouden zijn zónder grote concentraties voor vogelgriep gevoelige dieren in de (pluim)veehouderij?

Vraag 6

Kunt u uiteenzetten hoe vaak de afgelopen jaren op een vleeseendenbedrijf vogelgriep is uitgebroken, en hoe dit zich (procentueel) verhoudt tot uitbraken in de vleeskuiken- en kippenhouderijen?

Vraag 7

Kunt u bevestigen dat vleeseenden in de Nederlandse veehouderij niet buiten komen? Zo ja, erkent u dat de ophokplicht dus geen effectieve maatregel is om besmetting te voorkomen? Zo nee, hoe zit het dan?

Vraag 8

Bent u bekend met het bericht «Eendenhouder is geen rommelaar» waarin aandacht wordt besteed aan de eendenhouderij in Kamperveen waar deze week voor de derde keer binnen vier jaar vogelgriep is aangetroffen?3

Vraag 9

Is het waar dat de eenden op dit bedrijf nooit in aanraking komen met de buitenlucht en dat er strikte hygiëne in acht wordt genomen bij het binnenbrengen van strooisel? Zo ja, hoe beoordeelt u dat al deze maatregelen kennelijk niet kunnen voorkomen dat in de afgesloten stal gehouden eenden besmet raken met het gevaarlijke vogelgriepvirus?

Vraag 10

Acht u het denkbaar dat de welzijnsproblemen in de eendenhouderij, onder meer veroorzaakt door het feit dat de dieren niet in staat worden gesteld hun natuurlijke gedrag te vertonen, de dieren (nog) vatbaarder maakt voor ziektes en virussen? Zo nee, kunt u het uitsluiten?

Vraag 11

Bent u bekend met het bericht «Vogelgriep: pijnlijke keuzes zijn nodig», waarin de auteur stelt dat «jaarlijkse uitbraken van de gevaarlijke variant» van vogelgriep op den duur niet vol te houden zijn en dat «pijnlijke keuzes» nodig zijn, zoals een einde aan de eendenhouderij in bepaalde gebieden?4

Vraag 12

Deelt u de analyse in dit artikel dat het niet zo verstandig is om grote aantallen eenden te houden in de buurt van waterrijke gebieden?

Vraag 13

Bent u bereid om zowel dieren als de volksgezondheid te beschermen door te kiezen voor een bronaanpak en de eendenhouderij te sluiten in Nederland? Zo nee, hoe verantwoord vindt u het om de kennelijk erg gevoelige eendenhouderij in de benen te houden in ons dichtbevolkte land?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Ouwehand en Arissen (beiden PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Minister voor Medische Zorg over de gevoeligheid van de eendenhouderij voor vogelpest (ingediend op 19 maart 2018) vanwege de benodigde interdepartementale afstemming niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven