Nadere subsidieregels armoede en laaggeletterdheid 2025 - 2027

Gedeputeerde Staten van Limburg

maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet en de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. bekend dat zij in hun vergadering van 27 mei 2025 hebben vastgesteld:

NADERE SUBSIDIEREGELS ARMOEDE EN LAAGGELETTERDHEID 2025 - 2027

Artikel 1 Definities

• 1. Armoede: een toestand waarbij een huishouden te weinig geld overhoudt voor basisbehoeften na aftrek van andere vaste lasten (wonen, energie en zorg).

• 2. Bewezen effectieve interventie: een maatregel, project of programma waarvan de effectiviteit en positieve impact is vastgesteld door ten minste een onderzoek en/of eerder project, zoals bijvoorbeeld: RIVM Effectieve interventies en beleid, InterventieWijzer Sociaal en gezond | Movisie of Aan de slag: instrumenten, interventies en voorbeelden | Loketgezondleven.nl.

• 3. Consortium: de activiteiten worden ontwikkeld en uitgevoerd in een netwerk waaraan relevante inhoudelijk betrokken publieke en/of private partijen deelnemen.

• 4. Ervaringsdeskundigheid: de kennis en vaardigheden die iemand opdoet door persoonlijke ervaringen, vaak in relatie tot specifieke uitdagingen of omstandigheden zoals ziekte, verslaving of armoede.

• 5. Financiële zelfredzaamheid: het vermogen van een persoon om zelfstandig zijn of haar financiële zaken te beheren. Dit omvat het maken van budgetten, het plannen van uitgaven, het sparen voor de toekomst en het omgaan met financiële verplichtingen.

• 6. Gezinsgerichte aanpak: werkwijze van bijvoorbeeld een bibliotheek of gemeente waarbij niet alleen de taalvaardigheid van het kind, maar ook van de ouders en eventuele andere verzorgers wordt versterkt.

• 7. Jongere: een inwoner van Nederlands Limburg in de leeftijd van 12 t/m 27 jaar.

• 8. Kinderkrant: op regelmatige basis uit te brengen medium voor scholen door een externe partij. Hiertoe rekenen we niet een interne schoolkrant van een school of onderwijskoepel.

• 9. Laagdigivaardige: persoon die moeite heeft met het gebruik van een computer, mobiele telefoon of andere digitale toepassing, waardoor het zijn of haar participatie in de samenleving in de weg staat.

• 10. Laaggeletterde: persoon die moeite heeft met basisvaardigheden als lezen, schrijven of rekenen in het Standaardnederlands, waardoor het zijn of haar participatie in de samenleving in de weg staat. Hiertoe rekenen we ook anderstaligen.

• 11. Standaardnederlands: de gestandaardiseerde variant van het Nederlands die wordt onderwezen op scholen en wordt gebruikt door de autoriteiten en media in Nederland, België, Suriname, Aruba, Curaçao en Sint Maarten.

• 12. Stille armoede: verwijst naar een vorm van armoede die vaak onopgemerkt blijft, omdat het moeilijk te herkennen is. Mensen in stille armoede kunnen bijvoorbeeld hun huur niet betalen of hebben niet genoeg geld om regelmatig te eten, maar ze praten er vaak niet over uit schaamte of stigma.

Artikel 2 Doel van de regeling

Het stimuleren van projecten die bijdragen aan het terugdringen van armoede (Bijlage 1 bij deze regeling) en laaggeletterdheid (Bijlage 2 bij deze regeling) conform het Beleidskader ‘Samen leven en bestaanszekerheid’ 2024 – 2027, het Actieplan armoede 2025 – 2027 en het Aanvalsplan laaggeletterdheid 2025 – 2027.

Artikel 3 Algemene subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient aan alle volgende criteria te worden voldaan:

• 1. Het project wordt uitgevoerd in de Nederlandse provincie Limburg;

• 2. Het project start in 2025, 2026 of 2027.

• 3. De aanvraag heeft betrekking op ten minste één van de bij deze regeling behorende bijlagen en dient te voldoen aan de daarin opgenomen specifieke criteria;

• 4. Het project levert concrete en meetbare resultaten op voor de inwoners van de Nederlandse provincie Limburg en heeft daarmee maatschappelijke impact;

• 5. Binnen de looptijd van de regeling kunnen meerdere aanvragen worden ingediend. Per aanvrager per betreffende bijlage is éénmaal per kalenderjaar subsidie mogelijk;

Artikel 4 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 17 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v., wordt de subsidieaanvraag afgewezen indien:

• 1. het project niet aansluit bij de doelstelling van deze nadere subsidieregels zoals gesteld in artikel 2;

• 2. de subsidieaanvraag niet is ingediend door een aanvrager zoals gesteld in de betreffende bijlage waarbinnen subsidie wordt aangevraagd;

• 3. niet wordt voldaan aan (één van) de algemene subsidiecriteria in artikel 3 en/of het gestelde in de betreffende bijlage waarbinnen subsidie wordt aangevraagd;

• 4. hetzelfde project al op een andere wijze door de Provincie Limburg wordt gesubsidieerd en/of gefinancierd.

• 5. de aanvraag betrekking heeft op activiteiten die gericht zijn op de continuïteit van een onderneming of instelling;

• 6. de aanvraag onderzoek als hoofddoel heeft. Het betreft een hoofddoel wanneer de kosten voor het onderzoek meer dan 50% van de totale subsidiabele projectkosten betreft;

• 7. het activiteiten betreft die een winstoogmerk hebben;

• 8. de aanvraag is ontvangen buiten de periode zoals vermeld in artikel 7.

Artikel 5 Subsidieplafond

• 1. Gedeputeerde Staten stellen de subsidieplafonds van deze nadere subsidieregels jaarlijks vast.

• 2. De wijze van verdeling van de subsidieplafonds kunt u raadplegen op www.limburg.nl/subsidies > subsidieplafonds.

Artikel 6 Indienen aanvraag

• 1. Een aanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard (digitaal) aanvraagformulier dat geplaatst is op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies > actuele subsidieregelingen.

• 2. Het standaard (digitaal) aanvraagformulier dient volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend te worden en te zijn voorzien van alle bijlagen zoals aangegeven op het formulier en dient bij voorkeur digitaal, middels eHerkenning (aanvragen van organisaties) te worden ingediend. Een aanvraag per e-mail is niet mogelijk en zal niet in behandeling worden genomen.

Artikel 7 Termijn voor indienen aanvraag

• 1. De aanvraag kan vanaf de datum van inwerkingtreding van deze regeling worden ingediend en dient vóór aanvang van het project en uiterlijk 15 december 2027 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten;

• 2. Voor de datum van ontvangst per post is de datum van de ontvangststempel van de Provincie Limburg bepalend en bij digitale aanvragen de datum van digitale ontvangst.

Artikel 8 Hardheidsclausule

• 1. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslissen Gedeputeerde Staten.

• 2. Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 9 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

• 1. Deze Nadere subsidieregels treden in werking met ingang van 17 juni 2025.

• 2. Deze Nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2028, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op aanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en besluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

• 3. Deze regeling kan worden aangehaald als “Nadere subsidieregels Armoede en Laaggeletterdheid 2025-2027”

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 27 mei 2025

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

dhr. E.G.M. Roemer

secretaris,

dhr. de heer D.F. Timmer

Bijlage 1 Armoede

Aanvrager

Stichtingen, verenigingen, coöperaties en gemeenten. Ten aanzien van de activiteit “het bespreekbaar maken van (stille) armoede tussen werkgevers en hun werknemers” kunnen ook andere rechtspersonen, maatschappen en/of vennootschappen onder firma aanvragen.

Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in deze bijlage in aanmerking te komen, dient aan alle volgende specifieke criteria te worden voldaan:

• 1. Het project heeft betrekking op ten minste één van de volgende activiteiten:

  • a. Het bevorderen van de inzet van ervaringsdeskundigheid om de kloof tussen inwoner en overheid te verkleinen;

  • b. Het implementeren van instrumenten die burgers kunnen gebruiken om te weten op welke vormen van financiële ondersteuning ze recht hebben;

  • c. Het vergroten van de financiële zelfredzaamheid van jongeren op mbo-instellingen en/of op scholen in het basis- en voortgezet onderwijs door middel van voorlichting;

  • d. Het implementeren van een specifieke schuldenaanpak voor Limburgse jongeren door of bij een Limburgse gemeente;

  • e. Het signaleren en tegengaan van (gok-)verslavingen onder jongeren;

  • f. Het bespreekbaar maken van (stille) armoede tussen werkgevers en hun werknemers.

• 2. Het project is gebaseerd op een bewezen effectieve interventie.

• 3. Het project draagt bij aan het verminderen van het aandeel huishoudens in Limburg met een langdurig laag inkomen en/of problematische schulden.

• 4. Partners met een (wettelijke) taak (bijvoorbeeld publiek onderwijs, gemeenten, werkgevers, of bibliotheken) ondersteunen de aanpak indien het project betrekking heeft op activiteit c. en/of d. De mate en wijze van betrokkenheid dient duidelijk te blijken uit het projectplan.

Subsidiebedrag

• 1. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 50% van de totale subsidiabele kosten van het project.

• 2. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal € 60.000,- per aanvrager, binnen deze bijlage.

• 3. Naast de in artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. genoemde niet-subsidiabele kosten, zijn ook de volgende kosten niet subsidiabel. Het betreft kosten die gerelateerd zijn aan:

  • a. reguliere exploitatiekosten;

  • b. bouw-, verbouw- en onderhoudskosten;

  • c. voeding/levensmiddelen;

  • d. inzet en uren van pedagogische medewerkers binnen het reguliere onderwijs;

  • e. interne kosten van een organisatie, die al met (andere) overheidsmiddelen zijn gedekt (zoals reguliere loon-, huisvestings- en overige overheadkosten);

  • f. onvoorziene kosten.

• 4. Subsidies onder de € 15.000,- worden niet verstrekt.

Bijlage 2 Laaggeletterdheid

Aanvrager

Rechtspersonen, zoals stichtingen, verenigingen, coöperaties en gemeenten. Ten aanzien van de activiteit “het organiseren en aanbieden van taalcursussen voor arbeidsmigranten door werkgevers” kunnen ook andere rechtspersonen, maatschappen en/of vennootschappen onder firma aanvragen.

Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in deze bijlage in aanmerking te komen, dient aan alle volgende specifieke criteria te worden voldaan:

• 1. Het project heeft betrekking op ten minste één van de volgende activiteiten:

  • a. het implementeren van bewezen effectieve interventies die de geletterdheid van Limburgers bevorderen;

  • b. de implementatie van een gezinsgerichte aanpak bij een bibliotheek of gemeente;

  • c. het breder beschikbaar maken van Limburgse kinderkranten op basisscholen;

  • d. het vergroten van de zelfredzaamheid van nieuwkomers door het leren van taal te combineren met het leren van een ander vak.

  • e. het opzetten van multifunctionele concepten voor statushouders en/of arbeidsmigranten waarbij taal, werk en sociale integratie worden gecombineerd;

  • f. het organiseren en aanbieden van taalcursussen onder werktijd, gericht op het behalen van een certificaat of diploma door een erkende onderwijsinstelling voor arbeidsmigranten door werkgevers;

  • g. het ondersteunen van vrijwilligers die migranten helpen bij het leren van de Nederlandse taal;

  • h. de deskundigheidsbevordering van mensen die in hun werk en/of organisatie te maken krijgt met laaggeletterden en/of laagdigivaardigen.

• 2. Het project is gericht op het bevorderen van digitale vaardigheden en/of de geletterdheid in het Standaardnederlands;

• 3. Het project is gebaseerd op een bewezen effectieve interventie;

• 4. Het project draagt bij aan het herkennen, bereiken en/of ondersteunen van laaggeletterden en/of laagdigivaardigen.

• 5. Partners met een (wettelijke) taak (bijvoorbeeld publiek onderwijs, gemeenten, werkgevers, of bibliotheken) ondersteunen de aanpak indien het project betrekking heeft op activiteit c. en/of d. De mate en wijze van betrokkenheid dient duidelijk te blijken uit het projectplan.

Subsidiebedrag

• 1. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 50% van de totale subsidiabele kosten van het project;

• 2. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal € 60.000,- per aanvrager, binnen deze bijlage ;

• 3. Naast de in artikel 15, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2023 e.v. genoemde niet-subsidiabele kosten, zijn ook de volgende kosten niet subsidiabel. Het betreft kosten die gerelateerd zijn aan:

  • a. reguliere exploitatiekosten;

  • b. bouw-, verbouw- en onderhoudskosten;

  • c. voeding/levensmiddelen;

  • d. inzet en uren van pedagogische medewerkers binnen het reguliere onderwijs;

  • e. interne kosten van een organisatie, die al met (andere) overheidsmiddelen zijn gedekt (zoals reguliere loon-, huisvestings- en overige overheadkosten);

  • f. onvoorziene kosten.

• 4. Subsidies onder de € 15.000,- worden niet verstrekt, met uitzondering van subsidies voor projecten die betrekking hebben op activiteit f. Hiervoor geldt dat subsidies onder de € 5.000 niet worden verstrekt.