Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 15 april 2025 tot wijziging van de Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant in verband met enkele technische wijzigingen in paragraaf 5 (Eenentwintigste wijziging Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant te wijzigen in verband met een wijziging van paragraaf 5 van die regeling;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijziging Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant

De Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 5.1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het begrip “de-minimissteun” wordt vervangen door het begrip “de-minimis landbouwsteun”.

  • 2.

    In de omschrijving van de begripsbepaling “gecombineerde opgave” wordt “2023” vervangen door “2024”.

  • 3.

    Het begrip “stimuleringsgebied” komt te luiden:

    stimuleringsgebied: werkingsgebied Groen Blauwe Waarden, Attentiezone waterhuishouding of Zone behoud en herstel watersystemen, als opgenomen en begrensd in de Omgevingsverordening Noord-Brabant en zoals vastgesteld door Gedeputeerde Staten in het besluit van 9 januari 2024.

B.

Artikel 5.6 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid, onderdeel f, onder 1°, wordt “de-minimissteun van € 20.000” vervangen door “de-minimis landbouwsteun van € 50.000”.

  • 2.

    In het tweede lid, onderdeel e, onder 1°, wordt “de-minimissteun van € 20.000” vervangen door “de-minimis landbouwsteun van € 50.000”.

C.

Artikel 5.9, onder e, komt te luiden:

  • e.

    van 1 mei 2025 tot en met 2 september 2025;.

D.

Artikel 5.10, onder e, wordt als volgt gewijzigd:

  • e.

    voor de periode, genoemd in artikel 5.9, onder e:

    • 1°.

      € 0 voor de activiteiten, bedoeld in artikel 5.4, onder a;

    • 2°.

      € 2.250.000 voor de activiteiten, bedoeld in artikel 5.4, onder b.

E.

Bijlage 7 behorende bij de Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant wordt vervangen door bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel II Overgangsrecht

Op subsidieaanvragen als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onder a en b die zijn ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling en die nog niet zijn vastgesteld, blijven de uurtarieven voor de advieskosten als bedoeld in onderdeel 4 van bijlage 7 van de Subsidieregeling, zoals die luidde de dag voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling, van toepassing.

Artikel III Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

’s-Hertogenbosch, 15 april 2025

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

de secretaris,

drs. G.H.E. Derks MPA

Bijlage 1 behorende bij artikel I, onder E, van de Eenentwintigste wijziging Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

 

Bijlage 7 behorende bij de artikelen 5.7, 5.11 en 5.13 van de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant

 

  • 1.

    Berekening puntenscore per jaar per deelnemende melkveehouder

    Indicatoren Brabantse Biodiversiteitsmonitor Melkveehouderij

    Indicatoren en doel

    Score melkveehouder

    Punten

    % Blijvend grasland verhogen

    >80%

    200

    >70%

    150

    >60%

    100

    >50%

    50

    % Eiwit van eigen land verhogen

    >70%

    200

    >65%

    150

    >60%

    100

    >55%

    50

    N-bodemoverschot verlagen

    <60 kg N/ha

    200

    <90 kg N/ha

    150

    <120 kg N/ha

    100

    <160 kg N/ha

    50

    Broeikasgasemissie (g CO2eq/kg melk) verlagen

    <850 g/kg meetmelk

    200

    <935 g/kg meetmelk

    150

    <1020 g/kg meetmelk

    100

    <1105 g/kg meetmelk

    50

    Ammoniakuitstoot (kg NH3/ha) verlagen

    <45 kg NH3/ha

    150

    <55 kg NH3/ha

    100

    <65 kg NH3/ha

    50

    % (Agrarisch) natuurbeheerland verhogen

    >25%

    200

    >15%

    150

    >5%

    100

    >1%

    50

    % Kruidenrijk grasland verhogen

    >50%

    200

    >30%

    150

    >15%

    100

    >5%

    50

    % Groen-blauwe dooradering verhogen

    >10%

    200

    >7,5%

    150

    >5%

    100

    >2,5%

    50

    Gebruik gewasbeschermings-middelen verlagen

    Geen gebruik chemische gewasbeschermingsmiddelen

    200

    Geen gebruik glyfosaat

    100

    Deelname loonwerker aan project ‘Schoon Water’

    50

    Gebruik stikstof-kunstmest verlagen

    Geen gebruik stikstof-kunstmest

    200

    <50 kg N/ha

    150

    <100 kg N/ha

    100

    <150 kg N/ha

    50

    P-bodemoverschot (kg P/ha) verlagen

    <-10 kg P/ha

    150

    <-5 kg P/ha

    100

    <0 kg P/ha

    50

    Weidegang (uur/jaar) verhogen

    >1440 uur/jaar

    200

    >720 uur/jaar

    150

    360-719 uur/jaar

    100

    100-359 uur/jaar

    50

    Eiwit in het melkvee rantsoen (g RE/kg voer) verlagen

    <150 g RE/kg voer

    200

    <155 g RE/kg voer

    150

    <160 g RE/kg voer

    100

    <165 g RE/kg voer

    50

    Maximale TOTALE SCORE

    2500

  • 2.

    Berekening totale beloning deelname innovatieproject per deelnemende melkveehouder

    Brabantse Biodiversiteitsmonitor Melkveehouderij

    Score melkveehouder

    Beloning deelname innovatieproject per melkveehouder

    Categorie 1

    300 -999

    €1 per punt

    Categorie 2

    1000 -1499

    €1 per punt

    Categorie 3

    1500 -1999

    €1 per punt + € 2.000 bonus

    Categorie 4

    2000 - 2500

    €1 per punt + € 2.500 bonus

     

    Jaar 1

    …. punten

    € ….

    Jaar 2

    …. punten

    € ….

    Jaar 3

    …. punten

    € ….

    Jaar 4 (verlenging)

    …. punten

    € ….

    Jaar 5 (verlenging)

    …. punten

    € ….

     

    Totale score en beloning per deelnemende melkveehouder

    … punten

    € ….

    Vergoeding samenwerkingskosten per deelnemende melkveehouder,

    3 uur á € 70 voor de eerste periode van drie jaar en 2 uur á € 70 voor de verlenging met twee jaar.

    € 210 / € 140*

    * gebaseerd op 10% van de daadwerkelijke gemiddelde kosten per melkveehouder

     

    Totale beloning en vergoeding samenwerkingskosten m.b.t. deelname innovatieproject per deelnemende melkveehouder:

    € ………*

    * maximaal € 5.000 per jaar per melkveehouder.

  • 3.

    Berekening eenmalige extra beloning voor jonge agrariërs en agrariërs in stimuleringsgebieden.

    Deelnemers aan de BBM die gebruik maken van de mogelijkheid om de deelnameperiode met twee jaar te verlengen en gedurende de gehele looptijd van vijf jaar aan de BBM vereisten hebben voldaan, kunnen eenmalig een extra beloning ontvangen indien zij voldoen aan de vereisten in artikel 5.6, derde lid.

     

    De extra beloning hangt af van de mate waarin de deelnemer zijn of haar score weet te verbeteren. Het vertrekpunt is de nulsituatie bij aanvang van deelname (minimaal 300 punten). Dit wordt afgezet tegen de maximale score (2.500 punten). Het verschil tussen deze twee waarden is het groeipotentieel.

     

    De extra beloning wordt bepaald aan de hand van de mate waarin het groeipotentieel is gerealiseerd. De score van de deelnemer in het vijfde jaar wordt gedeeld door het groeipotentieel van desbetreffende deelnemer.

     

    Mate waarin het groeipotentieel is benut

    Extra beloning

    > 70%

    € 10.000

    > 60%

    € 7.500

    > 50%

    € 6.000

    > 40%

    € 4.500

    > 30%

    € 3.500

    > 20%

    € 2.500

    > 10%

    -

    > 0%

    -

  • 4.

    Berekening totale subsidiehoogte op basis van subsidiabele kosten

    • a)

      Voor de eerste drie jaar van deelname als bedoeld in artikel 5.4 onder a

      Totale beloning van alle deelnemende melkveehouders samen, inclusief bonus

      € ………….

      Totale samenwerkingskosten alle deelnemende melkveehouders

      € 210 x … (aantal deelnemende melkveehouders)

      € ………….

      Advieskosten* subsidieaanvrager in de vorm van:

      • Voorbereidingskosten

      • Samenwerkingskosten

      • Administratie en automatiseringskosten

      *daadwerkelijke uren

      … uur à € 87 per uur voor arbeids- en personeelsuren,

      … uur à max € 87 per uur voor kosten derden (te vermeerderen met niet-verrekenbare en niet-compensabele btw)

      € …………….

      Totale hoogte subsidie

      € …………………

    • b)

      Voor verlenging van de deelname met twee jaar als bedoeld in artikel 5.4 onder b

      Totale beloning van alle deelnemende melkveehouders samen, inclusief bonus

      € ………….

      Totale extra beloning voor jonge melkveehouders en melkveehouders in stimuleringsgebieden

      € ………….

      Totale samenwerkingskosten alle deelnemende melkveehouders

      € 140 x … (aantal deelnemende melkveehouders)

      € ………….

      Advieskosten* subsidieaanvrager in de vorm van:

      • Voorbereidingskosten

      • Samenwerkingskosten

      • Administratie en automatiseringskosten

      *daadwerkelijke uren

      … uur à € 87 per uur voor arbeids- en personeelsuren,

      … uur à max € 87 per uur voor kosten derden (te vermeerderen met niet-verrekenbare en niet-compensabele btw)

      € …………….

      Totale hoogte subsidie

      € …………………

 

Toelichting behorende bij de Eenentwintigste wijziging van de Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant

I. Algemeen

 

De Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant wordt gewijzigd. Paragraaf 5 Brabantse biodiversiteitsmonitor melkveehouderij (BBM) wordt opnieuw opengesteld.

Daarnaast betreft het enkele technisch inhoudelijke wijzigingen in de KPI-systematiek.

 

II. Artikelsgewijs

 

Artikel I (Wijziging Subsidieregeling transitie landbouw Noord-Brabant)

 

Onder C (artikel 5.10)

In deze regeling wordt voor het jaar 2025 de verlenging opengesteld van de tweede lichting. Voor 2026 en 2027 zal de regeling eveneens worden opengesteld voor de verlengingen van de derde en vierde lichting deelnemers. Het subsidieplafond daarvoor is nog niet bekend.

 

Onder E (Bijlage 7)

In bijlage 7 zijn technische wijzigingen doorgevoerd in de KPI-systematiek. De aanleiding hiervoor is de mid-term review die CLM heeft uitgevoerd. Voor vier KPI’s wordt de systematiek gewijzigd. De wijzigingen gelden voor alle deelnemers, zowel de bestaande deelnemers als de deelnemers die nu hun deelname met twee jaar kunnen verlengen. Deze wijzigingen worden tevens doorgevoerd in de Handreiking natuurinclusieve melkveehouderij.

De wijzigingen worden hierna verder toegelicht.

 

Broeikasgasemissie

De KPI score voor broeikasgasemissie wordt berekend door de Kringloopwijzer. De rekenregels van de Kringloopwijzer zijn gewijzigd en hebben tot gevolg dat de broeikasgasemissie naar verwachting met ca 15 % afneemt. Dit percentage passen we toe op de BBM beloning. Door deze aanpassing in de BBM blijft de BBM beloning voor deelnemers gelijk aan hoe deze was vóórafgaand aan de wijziging van de Kringloopwijzer.

 

Ruw eiwit en ammoniakemissie

De KPI ruw eiwit draagt sterk bij aan verminderen van de ammoniakemissie. Door deze sterker te belonen krijgen deelnemers meer handelingsperspectief en worden ze gestimuleerd om de bedrijfsvoering aan te passen.

De KPI ammoniak wordt sterk door de bedrijfsstructuur bepaalt, het is moelijker en duurder om de score op deze KPI te wijzigen.

 

Weidegang

Data over weidegang van jongvee en deelweidegang ontbreekt, deze categorieën komen daarom te vervallen.

Het aantal punten voor 720 en 1440 uur weidegang blijft gelijk. Bedrijven met 100 tot 360 uur weidegang krijgen 50 punten, bedrijven met 360 tot 719 uur weidegang krijgen 100 punten.

 

KPI Weidegang

Eerdere score weidegang

Nieuwe score weidegang

Punten

Geen weidegang

0-100 uur

0

deelweidegang

100-359 uur

50

1 – 719 uur

360-719 uur

100

>720 uur

>720 uur

150

­>1440 uur

­>1440 uur

200

 

KPI Ruw eiwit in rantsoen

Eerdere score ruw eiwit rantsoen (g RE/kg voer)

Nieuwe score ruw eiwit rantsoen (g RE/kg voer)

Punten

>160

>165

0

<160

<165

50

<155

<160

100

<150

<155

150

-

<150

200

 

KPI Ammoniakemissie

Eerdere score ammoniak (kg NH3/ha)

Nieuwe score ammoniak (kg NH3/ha)

Punten

>75

>65

0

<75

<65

50

<65

<55

100

<55

<45

150

<45

-

200

 

KPI Broeikasgassen

Eerdere score broeikasgassen (g/kg meetmelk)

Nieuwe score broeikasgassen (g/kg meetmelk)

Punten

<1300

<1105

50

<1200

<1020

100

<1100

<935

150

<1000

<850

200

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

de voorzitter,

mr. I.R. Adema

 

de secretaris,

drs. G.H.E. Derks MPA

Naar boven