Provinciaal blad van Noord-Brabant
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Noord-Brabant | Provinciaal blad 2025, 4988 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Printen
Delen
Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 18 maart 2025, houdende regels omtrent het verstrekken van bijdragen voor het versnellen van het verduurzamen van bedrijventerreinen (Bijdrageregeling Icoonaanpak Grote Oogst Noord-Brabant)
In deze regeling wordt verstaan onder:
Abv: Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant;
arbeids- en personeelsuren: uren van personeel van de bijdrageaanvrager dat al dan niet in loondienst is, niet zijnde kosten derden;
bedrijventerrein: aaneengesloten terrein met een bruto oppervlakte groter dan één hectare, ten behoeve van de bedrijfsmatige uitoefening van industriële, ambachtelijke of dienstverlenende bedrijven of groothandel met de daarbij behorende voorzieningen;
bijdrage in natura: uren, zaken of diensten die aantoonbaar om niet zijn ingebracht door een derde;
lijst icoonaanpak Grote Oogst: lijst met bedrijventerreinen, opgenomen in bijlage 1 bij deze regeling, die onderdeel zijn van de ‘Aanpak Grote Oogst’ om de verduurzaming van bedrijventerreinen te versnellen;
kosten derden: kosten die op factuur aantoonbaar en aan derden verschuldigd zijn en die direct voor het project waarvoor de bijdrage wordt aangevraagd worden gemaakt;
ontwerp- of ontwikkelfase: fase in een project die volgt op de verkenningsfase, waarin ambitie, scope en volgende stappen al duidelijk zijn en waarin de activiteiten gericht zijn op de uitvoering van een concreet en specifiek project;
project: activiteit of samenhangend geheel van activiteiten die afgebakend zijn in de tijd en gericht zijn op een specifiek eindresultaat;
samenwerkingspartners: rechtspersonen waarmee de aanvrager samenwerkt met het oog op het verduurzamen van het bedrijventerrein waarvoor op grond van deze regeling een bijdrage wordt aangevraagd;
verkenningsfase: fase waarin de doelgroep, bedoeld in artikel 2, met gebruikmaking van een bijdrage op basis van de Bijdrageregeling verduurzamen bedrijventerreinen Grote Oogst Noord-Brabant de verduurzaming van een bedrijventerrein heeft onderzocht.
Een bijdrage op grond van deze regeling kan worden aangevraagd door:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
- h.
- i.
- j.
- k.
Artikel 3 Projecten die in aanmerking komen voor een bijdrage
Een bijdrage kan worden verstrekt voor projecten gericht op het versnellen van het verduurzamen van een van de bedrijventerreinen, opgenomen op de lijst icoonaanpak Grote Oogst.
Artikel 5 Vereisten voor een bijdrage
Om voor een bijdrage in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
Artikel 6 Kosten die in aanmerking komen voor een bijdrage
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de bijdrage komen de begrote kosten van derden in aanmerking voor een bijdrage.
Artikel 7 Kosten die niet in aanmerking komen voor een bijdrage
In afwijking van artikel 6 komen de volgende kosten niet voor een bijdrage in aanmerking:
- a.
- b.
Gedeputeerde Staten stellen het bijdrageplafond voor de periode bedoeld in artikel 8, onder b, vast op € 1.200.000.
Artikel 10 Hoogte van de bijdrage
De hoogte van de bijdrage bedraagt de begrote in aanmerking komende kosten tot een maximum van:
- a.
- b.
Artikel 12 Verplichtingen algemeen
- 1.
- 2.
Indien het project wegens onvoorziene omstandigheden niet kan worden afgerond binnen de termijn, genoemd in het eerste lid onder b en de bijdrageontvanger verlenging van die termijn wenselijk acht, kan hij uiterlijk de dag voor het verstrijken van die termijn schriftelijk een gemotiveerd verzoek indienen bij Gedeputeerde Staten tot verlenging met maximaal zes maanden.
Artikel 13 Verplichtingen verantwoording
De bijdrageontvanger overlegt aan het einde van de looptijd per bedrijventerrein een verslag van de activiteiten en behaalde resultaten van de gerealiseerde projecten.
Artikel 15 Wijze van verstrekken
De bijdrage wordt verleend en ambtshalve vastgesteld op grond van artikel 13, onder b, van de Abv.
Gedeputeerde Staten zenden in 2026 en vervolgens telkens na twee jaar aan Provinciale Staten een verslag over de effecten en de doeltreffendheid van deze regeling in de praktijk.
’s-Hertogenbosch, 18 maart 2025
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter,
mr. I.R. Adema
de secretaris,
drs. G.H.E. Derks MPA
Bijlage 1 behorende bij artikel 1 van de Bijdrageregeling icoonaanpak Grote Oogst Noord-Brabant
Lijst bedrijventerreinen icoonaanpak Grote Oogst
* De hieronder per regel vermelde bedrijventerreinen worden voor de uitleg van deze regeling beschouwd als één bedrijventerrein.
Toelichting behorende bij de Bijdrageregeling icoonaanpak Grote Oogst Noord-Brabant
Met deze bijdrageregeling wordt beoogd de verduurzaming van een aantal bedrijventerreinen in de provincie Noord-Brabant te versnellen. Hierdoor wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan het halen van klimaatdoelstellingen en het creëren van een toekomstbestendige economie. Het betreft een limitatief aantal bedrijventerreinen, dat in bijlage 1 van deze regeling vermeld staat. De in deze regeling genoemde gemeenten kunnen een bijdrage aanvragen voor deze bedrijventerreinen voor zover die binnen de gemeentegrenzen van de aanvragende gemeente liggen.
Deze bijdrageregeling is voor een deel het vervolg op de Bijdrageregeling verduurzamen bedrijventerreinen Grote Oogst Noord-Brabant. In laatstgenoemde regeling lag de focus op de verkenningsfase. Het doel van deze regeling is om de volgende stap te stimuleren en de realisatie van concrete projecten aan te jagen. Daarom kan een bijdrage worden aangevraagd voor projecten die zich bevinden in de ontwikkel-, -ontwerp-, of uitvoeringsfase. Het moet daarbij gaan om projecten met een substantiële impact op de verduurzaming van de bedrijventerreinen. Voor het slagen van deze projecten is het belangrijk is dat zij actief worden ondersteund door de organisaties waarmee de aanvrager samenwerkt. In de regeling is dit daarom als een vereiste voor het ontvangen van een bijdrage vastgelegd.
De doelgroep van aanvragende gemeenten bestaat uit gemeenten die een aanvraag hebben ingediend op grond van de Bijdrageregeling verduurzamen bedrijventerreinen Grote Oogst Noord-Brabant. Dit sluit aan bij de eis in deze regeling om een bijdrage te verstrekken voor projecten waarbij de verkenningsfase inmiddels is afgesloten.
Iedere gemeente kan op grond van deze regeling slechts een keer een aanvraag indienen per bedrijventerrein. In de weigeringsgrond onder b is dit vastgelegd.
Er worden geen bijdragen minder dan € 75.000 verstrekt. Ook dit is een uitwerking van de doelstelling dat met de bijdrage een zo groot mogelijke versnelling in de transitie naar verduurzaming van bedrijventerreinen moet worden bereikt.
Artikel 5 Vereisten voor een bijdrage
Onderdeel d, onder 1° Substantiële impact
Alleen activiteiten die een substantiële impact hebben op de verduurzaming van een bedrijventerrein komen voor een bijdrage in aanmerking. Doordat het bedrag dat minimaal moet worden aangevraagd (€ 75.000) relatief hoog is en er in een aanvraag maar maximaal drie projecten kunnen worden aangevraagd, wordt mede voorkomen dat de bijdrage over te veel verschillende kleine projecten wordt verspreid. Dit komt een efficiënte inzet van de bijdragemiddelen ten goede, helpt gemeenten om de focus te leggen op een aanvraag en beperkt de administratieve lasten. Dit is een uitwerking van de doelstelling dat met de bijdrage een liefst zo groot mogelijke versnelling in de transitie naar verduurzaming van bedrijventerreinen wordt bereikt.
Onderdeel d, onder 3° Samenwerkingspartners
De aanvragende gemeente bereikt de beoogde verduurzaming van het bedrijventerrein niet zonder samenwerking. De organisaties waarmee de aanvragende gemeente samenwerkt met het oog op het verduurzamen van het bedrijventerrein zijn van groot belang voor het daadwerkelijk slagen van de beoogde transitie naar verduurzaming van bedrijventerreinen. In dit onderdeel is daarom de eis vastgelegd dat de samenwerkingspartners de activiteiten actief moeten ondersteunen. Dit kan bijvoorbeeld door een weergave van gezamenlijk gemaakte afspraken in projectoverleggen of stuurgroepen over de keuze van de projecten, rolverdeling en bijdrage. Onder samenwerkingspartners wordt in ieder geval ten minste verstaan de partners die het plan van aanpak in het kader van de eerste bijdrageregeling ondertekend of ondersteund hebben.
Artikel 8 Vereisten aanvraag bijdrage
Om te kunnen beoordelen of de samenwerkingspartners de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd daadwerkelijk actief ondersteunen is in dit artikel vastgelegd dat de aanvrager een beschrijving indient van de afspraken die hierover met de samenwerkingspartners zijn gemaakt. In ieder geval zullen afspraken gemaakt moeten worden over de zaken die onder 1° tot en met 3° van dit onderdeel zijn genoemd.
Artikel 10 Hoogte van de bijdrage
Dat ondersteuning door samenwerkingspartners belangrijk is voor het slagen van de transitie is reeds vastgelegd in het vereiste in artikel 5, onderdeel d, onder 3°. Dit komt echter ook tot uitdrukking in dit artikel inzake de maximale hoogte van de bijdrage. Doordat de hoogte van de bijdrage maximaal 50% van de totale begrote subsidiabele kosten bedraagt, dient ten minste de andere helft gefinancierd te worden door een eigen bijdrage van de aanvrager zelf.
Per aanvraag kunnen maximaal drie projecten worden aangevraagd. Indien de aanvraag bestaat uit twee of drie projecten wordt gekeken naar het totaal van de eigen bijdrage. De eigen bijdrage per project mag dus verschillen, mits het totaal maar tenminste voor 50% bestaat uit een eigen bijdrage van de gemeente.
Het vragen van een eigen bijdrage is een beproefd instrument om alleen voor die projecten een bijdrage te verlenen waarvoor in de samenleving draagvlak en vertrouwen bestaat. Dit vergroot de kans van slagen van de projecten waarvoor een bijdrage wordt aangevraagd. De bron en vorm van de eigen bijdrage zijn volledig vrij, De eigen bijdrage mag bestaan uit eigen gelden van de gemeente, co-financiering door subsidies van andere overheden, co-financiering door samenwerkingspartners of andere derden, maar ook bijdragen in natura van samenwerkingspartners of derden.
Arbeids- en personeelskosten en bijdragen in natura van de gemeente zelf mogen niet worden meegerekend in de berekening van het 50% eigen bijdrage deel van de totale begrote subsidiabele kosten. Deze kosten zijn in artikel 7 namelijk expliciet uitgezonderd van een bijdrage.
De maximale hoogte van de bijdrage van € 100.000 per bedrijventerrein, voorkomt in combinatie met het totale bijdrageplafond van artikel 9 dat het bijdrageplafond overschreden kan worden. Alle genoemde bedrijventerreinen kunnen dus in volgorde van binnenkomst in aanmerking komen voor een bijdrage.
Permanente link
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2025-4988.html