Provinciaal blad van Noord-Brabant
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2025, 4596 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2025, 4596 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant van 18 maart 2025, houdende regels omtrent het verstrekken van bijdragen voor het verrichten van haalbaarheidsstudies naar het oprichten van energiehubs (Bijdrageregeling haalbaarheidsstudies energiehubs Noord-Brabant)
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
Gelet op artikel 2 van de Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat het wenselijk is een bijdrageregeling vast te stellen teneinde bijdragen te kunnen verstrekken voor het uitvoeren van haalbaarheidsstudies naar de mogelijkheid om een energiehub in te richten op Brabantse bedrijventerreinen om het tekort aan energietransportcapaciteit voor de betreffende bedrijvigheid terug te dringen;
In deze regeling wordt verstaan onder:
Abv: Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant;
bedrijventerrein: aaneengesloten terrein met een bruto oppervlakte groter dan één hectare, ten behoeve van de bedrijfsmatige uitoefening van industriële, ambachtelijke of dienstverlenende bedrijven of groothandel met de daarbij behorende voorzieningen;
energiehub: decentraal slim gestuurd energiesysteem waar vraag en aanbod van energie tussen ten minste 5 partijen op elkaar worden afgestemd;
haalbaarheidsstudie: onderzoek naar de haalbaarheid van het oprichten van een energiehub op Brabantse bedrijventerreinen aan de hand van vooraf opgestelde criteria;
samenwerkingspartners: rechtspersonen waarmee de aanvrager samenwerkt met het oog op het opzetten van een energiehub waarvoor op grond van deze regeling een bijdrage wordt aangevraagd;
verkenningsfase: startfase van een project waarin de doelgroep onderzoekt of het opzetten van een energiehub technisch, financieel, juridisch en sociaal gezien mogelijk en wenselijk is.
Een bijdrage op grond van deze regeling kan worden aangevraagd door de gemeenten, genoemd in bijlage 1 bij deze regeling.
Artikel 3 Activiteiten die in aanmerking komen voor een bijdrage
Een bijdrage kan worden verstrekt voor haalbaarheidsstudies gericht op het opzetten van een energiehub op de bedrijventerreinen, genoemd in bijlage 1 bij deze regeling.
Artikel 5 Vereisten voor een bijdrage
Om voor een bijdrage in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Gedeputeerde Staten stellen het bijdrageplafond voor de periode, bedoeld in artikel 6, vast op € 1.200.000.
Artikel 8 Hoogte van de bijdrage
De hoogte van de bijdrage bedraagt € 60.000 per bedrijventerrein, genoemd in bijlage 1 bij deze regeling.
Artikel 10 Verplichtingen algemeen
Indien het project wegens onvoorziene omstandigheden niet kan worden afgerond binnen de termijn, genoemd in het eerste lid, onder b, en de bijdrageontvanger verlenging van die termijn wenselijk acht, kan hij uiterlijk de dag voor het verstrijken van die termijn schriftelijk een gemotiveerd verzoek indienen bij Gedeputeerde Staten tot verlenging van deze termijn.
Artikel 11 Verplichtingen verantwoording
De bijdrageontvanger toont bij de aanvraag tot vaststelling van de bijdrage aan dat de activiteiten waarvoor de bijdrage is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de bijdrage verbonden verplichtingen is voldaan door middel van het overleggen van de Eindrapportage haalbaarheidsstudie Brabantse energiehub, bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder b.
Artikel 13 Wijze van verstrekken
De bijdrage wordt verleend en op aanvraag vastgesteld op grond van artikel 13, onder c, van de Abv.
Gedeputeerde Staten zenden in 2027 en vervolgens telkens na vier jaar aan Provinciale Staten een verslag over de effecten en de doeltreffendheid van deze regeling in de praktijk.
’s-Hertogenbosch, 18 maart 2025
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter,
mr. I.R. Adema
de secretaris,
drs. G.H.E. Derks MPA
Bijlage 1 behorende bij artikel 1, artikel 3 en artikel 8 van de Bijdrageregeling haalbaarheidsstudies energiehubs Noord-Brabant
Lijst Bedrijventerreinen voor haalbaarheidsstudies energiehub
Bijlage 2 behorende bij artikel 10 van de Bijdrageregeling haalbaarheidsstudies energiehubs Noord-Brabant
Format Eindrapportage haalbaarheidsstudie Brabantse energiehub
2. Verantwoording uitgevoerde werkstappen
Welke werkstappen zijn er gezet?
Maak aannemelijk dat de stappen ‘initiatief & inzicht’, ‘verkennen’ en ‘analyse’ uit het Stappenplan voor Energiehubs van Netbeheer Nederland volledig zijn gezet.
3.1 Bespreking (ontwikkeling in) samenwerking op bedrijventerrein
3.2 Bespreking energiehuishouding
3.3 Stand van zaken netschaarste en nettopologie
4. Eerste ontwerp van de energiehub
Terugblik hoofdaanvragers (gemeente, bedrijven, eventueel parkmanagement) en de eventuele partijen die betrokken gaan zijn bij een vervolg (free format):
Toelichting behorende bij de Bijdrageregeling haalbaarheidsstudies energiehubs Noord-Brabant
In het Nationaal Plan Energiesysteem NPE van de Rijksoverheid is aangekondigd, dat het energiesysteem van de toekomst zowel centraal als decentraal wordt georganiseerd. Om die reden zet de Rijksoverheid in op het stimuleren van slimme decentrale energiesystemen. Aan provincies is gevraagd, het stimuleren van lokale en regionale energiehubs in de eigen regio te bevorderen, en de uitvoering hiervan ter hand te nemen via een Uitvoeringsprogramma per provincie.
In het Uitvoeringsprogramma Stimulering Brabantse Energiehubs geeft de provincie uitvoering aan haar ambitie om in Brabant de totstandkoming van lokale en regionale energiehubs te versnellen. Deze energiehubs worden enerzijds bevorderd om op korte termijn meer ruimte op het stroomnet te creëren door de mogelijkheden van het huidige stroomnet beter te benutten. Anderzijds kunnen energiehubs zich ontwikkelen naar cruciale lokale en regionale bouwstenen voor het energiesysteem van de toekomst, waar decentraal energie wordt opgewekt, opgeslagen en gebruikt en waar geschakeld kan worden tussen verschillende vormen van energie, zoals elektriciteit, warmte, waterstof en (groene) gassen.
Voor de ontwikkeling van energiehubs worden 5 fasen onderscheiden. 0. Pre-initiatie, gericht op verduurzamingsmaatregelen per bedrijf, het vaststellen van kansrijke locaties en het bevorderen van de organisatiegraad op een bedrijventerrein; Fase 1. Haalbaarheid/initiatieffase. Samenstellen projectorganisatie, uitvoeren van energiescans, coalitievorming en het verzamelen van basisinformatie; Fase 2. Ontwikkel- en ontwerpfase. Hier gaat het om schetsontwerp, het bestuderen van verschillende scenario’s voor de ontwikkeling van de hub en het maken van een keuze voor de inrichting van de hub. Fase 2 eindigt in een go/no go moment voor de energiehub, en eventueel in het ondertekenen van intentieverklaringen en/of contracten tussen netbeheerder en de groep. Fase 3 betreft het definitief ontwerp, de bouw en uitvoering, vergunningen en het afsluiten van contracten. Fase 4. Betreft beheer, onderhoud, optimalisatie en doorontwikkeling van de energiehub.
De ontwikkeling van energiehubs in Brabant bevindt zich momenteel nog in de pioniersfase: op dit moment zijn er nog nauwelijks succesvolle energiehubs gerealiseerd. In het Uitvoeringsprogramma Stimulering Brabantse Energiehub wordt daarom als eerste gestart met het onderzoeken van de haalbaarheid van energiehubs op een aantal goed geselecteerde plaatsen in Brabant (fase 1 in bovenstaande ontwikkelingsfasen).
In deze Bijdrageregeling haalbaarheid energiehubs Noord-Brabant zijn er 20 bedrijventerreinen geselecteerd waar de ontwikkeling van een energiehub volgens de geraadpleegde databronnen de grootste toegevoegde waarde zou kunnen hebben in termen van lokale urgentie met betrekking tot netcongestie, CO2 reductie potentie, en de realiseerbaarheid van een energiehub. Of een energiehub op de voorgestelde plaatsen ook daadwerkelijk realiseerbaar is, is daarbij onzeker. Dit hangt onder meer af van de nettopologie ter plaatse, de bereidheid of mogelijkheid tot samenwerking op het bedrijventerrein op energievraagstukken, maar ook de financiële en juridische factoren die een rol spelen. Met deze bijdrageregeling wordt ingezet op het daadwerkelijk en specifiek op een aantal terreinen verkennen of een energiehub realiseerbaar en wenselijk is.
Voor de geselecteerde terreinen stelt de provincie per bedrijventerrein een bedrag ter beschikking van maximaal 60.000 euro voor het uitvoeren van een haalbaarheidsstudie naar de mogelijkheid van een energiehub op deze locatie. In de voorgestelde werkwijze voor lokale partijen sluit de provincie aan bij het Stappenplan voor Energiehubs die momenteel wordt ontwikkeld door Netbeheer Nederland. Specifiek richt deze haalbaarheidsregeling zich op de stappen ‘initiatief en inzicht’, ‘verkennen’ en ‘analyse’.
Deze bijdrageregeling haalbaarheidsstudies energiehubs Noord-Brabant wordt vervolgd met een later in 2025 open te stellen subsidieregeling voor de doorontwikkeling (fase 2) van Brabantse energiehubs. Deze subsidieregeling richt zich op die bedrijventerreinen die de haalbaarheidsstudie al achter de rug hebben, en die zich richten op de fasen ‘criteria’ en ‘ontwerp’ uit het Stappenplan van de netbeheerders. De regeling is gebaseerd op cofinanciering door de regionale partners (gemeente en private partners) en staat open voor bedrijventerreinen waarbij aan de ‘startvereisten’ van een uitgevoerde haalbaarheidsstudie en een positief advies vanuit de regionale netbeheerder wordt voldaan.
Deze bijdrageregeling is vastgesteld op grond van de Algemene bijdrageverordening Noord-Brabant (Abv). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van de bijdrage niet in de bijdrageregeling zijn vastgelegd, maar in de Abv. In de Abv staat onder meer wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten en algemene verplichtingen voor de bijdrageontvanger, zoals de meldingsplicht. Voor een goed begrip van deze bijdrageregeling is dus bestudering van de Abv noodzakelijk.
Artikel 10 van de Abv verplicht de bijdrageontvanger om alle ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de hoogte van de bijdrage te melden. Hierbij wordt uitgegaan van de voorwaarden en verplichtingen die aan de bijdrage zijn gesteld. De bijdrageontvanger doet onverwijld melding aan Gedeputeerde Staten. Gedeputeerde Staten kunnen hierop naar bevind van zaken handelen. Een dergelijke melding kan leiden tot het intrekken of wijzigen van de bijdrageverlening, het opschorten van voorschotten of het aanpassen van verplichtingen of het lager of zelfs op nihil vaststellen van de bijdrage. De meldingsplicht geldt gedurende het hele proces van bijdrageverstrekking, dus vanaf de bijdrageverlening tot aan de bijdragevaststelling. Indien er geen melding is gedaan en pas bij een aanvraag voor vaststelling of bij een steekproef blijkt dat er wel een melding gedaan had moeten worden, kan dit leiden tot volledige terugvordering inclusief wettelijke rente. In geval van misbruik wordt dit geregistreerd.
Een energiehub is een decentraal slim gestuurd energiesysteem waar vraag en aanbod van energie tussen ten minste 5 partijen op elkaar worden afgestemd. Waar mogelijk wordt de energiehub aangevuld met energieopslag en conversie tussen energiedragers, ten einde energiekosten te verlagen of het elektriciteitsnet efficiënter te benutten Het doel van het oprichten van een energiehub is dat er meer elektriciteit geconsumeerd kan worden door nieuwe en bestaande bedrijven. Hierbij delen meerdere partijen één collectieve (virtuele) netaansluiting en sluiten hiertoe een groepscontract af met de netbeheerder.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2025-4596.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.