Definitief besluit aanwijzing artikel 99 Wet gemeenschappelijke regelingen - gemeente Ridderkerk

 

Geacht college,

 

Hierbij ontvangt u ons definitieve besluit van 9 december jl. inhoudende een aanwijzing op grond van artikel 99 Wet gemeenschappelijke regelingen, dit op het verzoek van de gemeenten Albrandswaard, Barendrecht, Capelle aan den IJssel, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Maassluis, Nissewaard, Rotterdam, Schiedam, Vlaardingen en Voorne aan Zee.

 

U ontving eerder bij brief met kenmerk PZH-2025-882858228 een afschrift van ons voorgenomen besluit ter zake.

 

Gedeputeerde Staten hebben grote waardering voor de inzet en resultaten van uw gemeente op sociale en betaalbare woningbouw. Wij zijn trots op een gemeente die dusdanig veel toevoegt en echt een verschil maakt in de strijd tegen de wooncrisis. Het (voornemen tot) opzetten van een eigenstandig Ridderkerks woonruimteverdeelsysteem maakt dat GS zich geen andere mogelijkheid zien dan het geven van een aanwijzing.

 

De provincie is er, samen met het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) en de elf gemeenten van het Samenwerkingsverband Wonen regio Rotterdam (hierna: de (woningmarkt-)regio Rotterdam), van overtuigd dat een eigen Ridderkerks woonruimteverdeelsysteem gebaseerd op een eigen huisvestingsverordening nadelig uitpakt voor alle woningzoekenden in de betreffende woningmarktregio en dat het afbreuk doet aan een evenwichtige verdeling van sociale en betaalbare woonruimte. Bovendien werkt het contraproductief voor de regionale samenwerking en afstemming op alle woononderwerpen, ook zaken die voor de provincie en het Rijk van zeer groot belang zijn.

 

De omstandigheden in Ridderkerk zijn niet zodanig dat deze uitzonderlijk of onevenredig knellend of oneerlijk te noemen zijn, in verhouding tot de overige gemeenten in de woningmarktregio. Meerdere gemeenten in de woningmarktregio verkeren bijna in dezelfde situatie met een knellende woningmarkt, schaarste aan sociale en betaalbare huurwoningen, veel woningzoekenden en veel urgenten. Uittreden vormt in dat opzicht geen enkele vorm van oplossing, integendeel. Voor woningzoekenden in alle gemeenten zal het aantal aanbod van sociale huurwoningen afnemen, tenzij zij zich inschrijven in een extra woonruimteverdeelsysteem. Tegelijkertijd wordt er niet één woning méér toegevoegd door de introductie van een nieuw systeem.

 

De afgelopen periode heeft de provinciaal bemiddelaar, de heer Jan van Belzen, oud-burgmeester van onder meer Barendrecht, verkend of de samenwerking in de regio zonder aanwijzing van de provincie in stand gehouden kan worden. Helaas is zijn conclusie dat deze impasse door de provinciaal bemiddelaar niet te doorbreken is.

 

In het overleg van 4 december jl. hebben de 11 verzoekende gemeenten nogmaals hun positie onder woorden gebracht. Uw gemeente heeft herhaald dat wordt ingezet op een eigen woonruimteverdeelsysteem. Uit het separate overleg met raadsleden van uw gemeenten bleek een zelfde positie. De overleggen hebben GS niet op andere standpunten gebracht; het eerdere voorgenomen besluit is om die reden, met aanvulling van argumentatie, omgezet in een definitief besluit tot aanwijzing.

 

Uw brieven van 31 oktober jl. en 7 november jl. (uw kenmerk 2025-070735) zijn door ons betrokken in de afwegingen die hebben geleid tot het bijgevoegde definitieve besluit.

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

secretaris,

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

voorzitter,

mr. A.W. Kolff

Bijlagen

  • 1.

    Definitief besluit aanwijzing artikel 99 Wet gemeenschappelijke regelingen

  • 2.

    Reflectie van de bemiddelaar

  • 3.

    Impressie van overleg(gen) d.d. 4 december 2025

 

 

Naar boven