Verkeersbesluit voor definitieve verkeersmaatregelen na vervanging en renovatie van de Cruquiusbrug richting Heemstede

20251118JW/01

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

Aanleiding

De Cruquiusbrug over de Ringvaart bij Cruquius maakt onderdeel uit van de provinciale weg N201 en verbindt de gemeenten Haarlemmermeer en Heemstede.

De huidige, oostelijke Cruquiusbrug richting Heemstede stamt uit 1932 en is aan vervanging toe. In de periode 2024 – 2025 is het brugdeel richting Heemstede vervangen en het brugdeel richting Hoofddorp onderhouden. Hierdoor blijft de brug bereikbaar en veilig en is er een goede doorstroming van verkeer.

De oostelijke Cruquiusbrug (richting Heemstede) wordt ook verbreed, waardoor er meer ruimte ontstaat voor fietsers en voetgangers. De huidige voetgangerstunnel wordt aangepakt en er komt aan de kant van gemeente Haarlemmermeer een fietsonderdoorgang, waardoor het fietsverkeer de N201 in de toekomst ongelijkvloers kruist.

De werkzaamheden op en rondom de bruggen zijn in 2023 gestart en voor de tijdelijke situatie is op 6 december 2023 een verkeersbesluit gepubliceerd (Provinciaal blad 2023, 14427).

Vanaf april 2026 is gepland dat de definitieve eindsituatie zal worden gereedgemaakt en opengesteld. In het kader van voornoemde veranderingen dienen bepaalde definitieve verkeersmaatregelen te worden ingesteld. Het onderhavige besluit ziet op deze definitieve maatregelen.

Maatregelen en motivering

In verband met de nieuwe infrastructuur is het noodzakelijk om definitieve verkeersmaatregelen te nemen. Deze maatregelen zijn gericht op het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van de weggebruikers.

Met de realisatie van de nieuwe fietsonderdoorgang onder de Cruquiusbrug is er een verbeterde en veilige route voor fietsers en voetgangers gecreëerd. De fietsonderdoorgang zorgt ervoor dat fietsers de N201 ongelijkvloers kunnen kruisen, wat de veiligheid significant verbetert. Hierdoor wordt niet alleen het verkeer beter gescheiden, maar wordt ook de doorstroming van zowel gemotoriseerd verkeer als langzaam verkeer verbeterd.

De nieuwe fietsonderdoorgang onder de brug voldoet aan de moderne eisen voor fietsinfrastructuur en draagt bij aan een veilige en comfortabele reis voor fietsers.

Voor de veiligheid van alle verkeersdeelnemers en om de nieuwe situatie helder te maken, is het noodzakelijk om de juiste verkeersbebording te plaatsen. Dit betreft onder andere borden die de verplichte rijrichting aangeven voor het gemotoriseerde verkeer, borden die de nieuwe fietspaden aanduiden, en borden die de (veranderde) voorrangssituaties duidelijk maken. Door middel van deze maatregelen wordt beoogd om de verkeersveiligheid te waarborgen en de nieuwe infrastructuur op een duidelijke manier te communiceren naar alle weggebruikers.

De specifieke maatregelen omvatten:

  • -

    de inrichting van een nieuw verplichte fietspad, aangeduid met bord G12A, onder de Cruquiusbrug;

  • -

    het laten vervallen van de fietsoversteek ter hoogte van de bushalte, deze is met de komst van de nieuwe onderdoorgang overbodig;

  • -

    de bestaande paden aan de westzijde van de Cruquiusbrug aan te merken als onverplicht fietspad;

  • -

    aanpassingen van de voorrangssituaties met borden B6;

Door het nemen van deze maatregelen kan het verkeer op de N201 en de aangrenzende wegen op een veilige en efficiënte manier verlopen, terwijl tegelijkertijd een betere en veiligere infrastructuur voor fietsers en voetgangers wordt gewaarborgd.

Als bijlage bij dit besluit wordt het bebordingsplan bijgevoegd.

Noodzaak en doelstelling verkeersbesluit

Op grond van artikel 15, lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) moet voor het plaatsen van borden G12A en B6 een verkeersbesluit te worden genomen. De doelstelling van dit verkeersbesluit is het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers en passagiers. Deze belangen zijn genoemd in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994.

Verplicht overleg

Over een verkeersbesluit moet op grond van artikel 24 van het BABW overleg worden gevoerd met de korpschef van het betrokken politiekorps. De daartoe gemachtigde medewerker verkeersadvisering van politie heeft ingestemd met de maatregelen.

Afweging belangen

De maatregelen zullen leiden tot verhoogde verkeersveiligheid, verbeterde doorstroming en gebruiksvriendelijkheid van de infrastructuur. Dit dient de belangen van de weggebruiker. Gelet op deze aspecten concluderen wij dat de voordelen van deze verkeersmaatregelen zwaarder wegen dan eventuele nadelen. Wij verwachten niet dat door deze maatregelen belangen onevenredig geschaad zullen worden.

Bevoegdheid

Het weggedeelte waar deze maatregelen voor worden getroffen, is in beheer bij de provincie Noord-Holland. Daarom zijn wij (Gedeputeerde Staten van Noord-Holland) op grond van artikel 18, lid 1, sub b, van de Wegenverkeerswet 1994 het bevoegde bestuursorgaan om dit verkeersbesluit te nemen.

Besluit

Gelet op het voorgaande besluiten wij:

  • 1.

    door plaatsing van bord B6 van bijlage 1 van het RVV 1990 op verschillende locaties de voorrangssituatie te regelen;

  • 2.

    door plaatsing van bord G12A van bijlage 1 van het RVV 1990 het verplichte (brom)fietspad aan te duiden ter hoogte van de Cruquiusbrug

  • 3.

    door plaatsing van borden G13 van bijlage 1 van het RVV 1990 het onverplichte fietspad aan te duiden aan de westzijde van de Cruquiusbrug;

  • 4.

    door intrekking van bord G12A van bijlage 1 van het RVV 1990 het verplichte (brom)fietspad ter hoogte van hmp. 21.3 te laten vervallen;

Haarlem, 18 november 2025,

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

namens dezen,

sectormanager Netwerkmanagement en Gebruik

dhr. I. Kielenstijn

Rechtsmiddelen

  • 1.

    Als u belanghebbende bent kunt u binnen zes weken na de verzending, uitreiking of publicatie van dit besluit schriftelijk bezwaar aantekenen. Het bezwaarschrift kunt u sturen aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, ter attentie van de secretaris van de Hoor- en adviescommissie, Postbus 3007, 2001 DA Haarlem. Wij verzoeken u om in uw bezwaarschrift het telefoonnummer te vermelden waarop u overdag bereikbaar bent. Ook kunt u voor meer informatie de provinciale website bezoeken: www.noord-holland.nl.

    Indien u bezwaar heeft ingediend is het mogelijk gebruik te maken van een minder formele procedure: een gesprek tussen u en medewerkers die namens van het college van gedeputeerde staten deelnemen. Indien uw bezwaar zich hiervoor leent, wordt contact met u opgenomen, maar u kunt hier ook zelf om verzoeken, Een gesprek tast uw rechten als bezwaarmaker niet aan. Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Gelijktijdig met het indienen van een bezwaarschrift kunt u –bij een spoedeisend belang- een voorlopige voorziening vragen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland.

Informatie

  • 2.

    Voor vragen of opmerkingen over het besluit kunt u bellen met het servicepunt Noord-Holland, telefoonnummer (gratis): 0800 0200 600.

Naar boven